Direct naar artikelinhoud
Column

België is verre van perfect, maar naar Amerika, nee, daar krijg je me voorlopig niet meer terug naartoe

Annelies De Rouck.Beeld Tim Coppens

Annelies De Rouck herontdekt haar vaderland.

Deze week ben ik precies een jaar terug in België. Ik breek me al dagen het hoofd over deze column, want het enige wat ik voel bij deze verjaardag is rust. Dat zorgt nu niet meteen voor spannende lectuur, maar hoe ik het ook draai of keer, ik voel me vredig en oprecht dankbaar voor mijn nieuwe leven in Brussel. Van verscheurende twijfel of enorm gemis heb ik geen last. Ik mis mijn New Yorkse en Bellportse vrienden en gemeenschap wel, natuurlijk, maar ik heb zo veel contact met mijn crew daar, dat dat allemaal best meevalt.

Eigenlijk zijn vakanties genoeg om iedereen te zien en mijn dosis Amerika op te doen. Mijn Belgische vrienden in New York passeren regelmatig in Brussel en er zijn er die ik nu vaker zie dan toen we in dezelfde stad woonden. Tot mijn verbazing zijn er ook al flink wat van mijn niet-Belgische vrienden in Brussel op bezoek gekomen en ze vinden het hier heerlijk. Er gaat geen maand voorbij of iemand uit New York stelt me voor om ergens in Europa af te spreken. Zo ver wonen die eigenlijk niet, voelt het. De wereld is zoveel kleiner geworden dan toen ik in 2003 vertrok.

Ik ben altijd superblij om wat New Yorkse energie op te doen en de laatste nieuwtjes te horen, maar nooit voel ik spijt over mijn verhuis. Soms vind ik het moeilijk om leuke momenten uit hun leven te missen, maar daar staat meer dan genoeg tegenover in België. Ik zie mijn familie eindelijk weer regelmatig en mijn zus, met wie ik sinds mijn achttiende heel weinig tijd doorbracht, leer ik nu eindelijk kennen. En zij mij ook. Mijn nichtje en neefje noemen me niet meer ‘Tantelies uit Amerika’ en ik ben nu gewoon ‘Tantelies die in Brussel woont’, bij wie ze graag gaan logeren. Vrienden en vriendinnen van vroeger zie ik weer regelmatig en ik heb ook heel fijne nieuwe mensen in Brussel ontmoet.

Thuiskomen, het is niet makkelijk, maar once the dust settles, voelt het wel goed. De winter was hard, ja, maar dat was hij voor iedereen, met die luttele uurtjes zon. De eerste maanden in België voelde ik me een beetje shell-shocked, maar zodra de lente aanbrak en iedereen uit zijn winterslaap tevoorschijn kwam, was ik vertrokken.

Thuiskomen, het is niet makkelijk, maar ‘once the dust settles’, voelt het wel goed

Met de midterm verkiezingen luisterde ik weer vaak naar WNYC, het publieke radiostation van New York, en de gesprekken met ­geagiteerde democraten die nu al twee jaar lang vechten om Trump uit het zadel te lichten, stresseerden me mateloos. Ik voelde weer dat ­ongeloof en de wanhoop van zo’n van de pot gerukte leider te hebben, die verworven vrijheden onderuithaalt en ruzie stookt met andere staatshoofden. In de schaduw van de verkiezingsuitslagen – zo veel ­verkozen vrouwen! – waren er dodelijke schietpartijen, fatale ­bosbranden in Californië en Trumps kinderachtige tweets gingen maar door.

België is verre van perfect, maar naar Amerika, nee, daar krijg je me voorlopig niet meer terug naartoe. Been there, done that.