© rr

Tot vijf jaar cel gevorderd voor IS-financiering en plannen van aanslag

De federale procureur heeft maandag celstraffen tot vijf jaar gevorderd voor vijf beklaagden die vervolgd worden voor hun deelname aan de activiteiten van Islamitische Staat (IS). Ze hadden meer bepaald gelden overgemaakt naar IS-strijders in Syrië en Irak. Twee van de beklaagden hadden bovendien ook een gesprek gevoerd over het plegen van een aanslag op Belgische bodem.

Het onderzoek was in maart 2017 van start gegaan, nadat de Staatsveiligheid vernomen had dat Mohammed A.D. (32) uit Antwerpen geld zou inzamelen voor IS. Hij had via het systeem van ‘hawala-bankieren’ drie bedragen van in totaal 6.400 euro overgemaakt. Ook Omar A. (35) uit Lokeren had als hawala-bankier bijna 21.000 euro naar bestemmelingen in Syrië en Irak gestuurd.

Hawala-bankieren is een informeel banksysteem dat geen financiële instellingen gebruikt. Het geld wordt contant aan een vertrouwenspersoon gegeven. Die neemt contact op met een vertrouwenspersoon in het buitenland, om het geld aan de bestemmeling uit te betalen. Het grote voordeel is dat de geldstromen moeilijk te traceren zijn.

Uit het telefonie-onderzoek bleek dat Mohammed A.D. en Omar A. met verschillende IS-strijders in contact stonden onder wie ‘terreurimam’ Yussuf E.G. uit Berchem, die eerder deze maand bij verstek veroordeeld werd tot acht jaar cel.

Mohammed A.D. chatte ook met Soufiane M., wiens naam voorkomt op een lijst met strijders die bereid zijn om een aanslag te plegen. “Ik meen dan ook dat Soufiane M. een rol had in het aanzetten tot geweld op Belgische bodem”, zei federaal procureur Antoon Schotsaert.

Het was immers na zijn contacten met Soufiane M. dat Mohammed A.D. een gesprek had met Najem S. (32) over een aanslag in ons land. Dat gesprek vond plaats op 10 juni 2017 in de auto van Mohamed A.D., die werd afgeluisterd. Ze hadden het over de aankoop van wapens, zoals een kalasjnikov en een raketlanceerder, het doden van mensen en een aanslag op een politiekantoor.

Op 6 juli 2017 werden de beklaagden opgepakt bij een reeks huiszoekingen. Er werden nergens wapens of explosieven aangetroffen. Op de laptop van Mohamed A.D. werden wel meer dan duizend afbeeldingen en video’s aangetroffen van folteringen, onthoofdingen, executies en IS-propaganda, die hij uitwisselde met Najem S. “Ik heb zelden zo’n collectie gezien en ik kan alleen maar veronderstellen dat mijnheer A.D. een zeer sterke maag heeft”, zei de procureur.

Hij vorderde voor Mohamed A.D., Najem S. en Soufiane M. vijf jaar cel en 8.000 euro boete. Voor Omar A. en Mawafq M., die ook gelden had overgemaakt, werd respectievelijk vijf en drie jaar cel geëist, alsook 8.000 euro boete. Alle beklaagden ontkenden dat ze wetens en willens IS gefinancierd hadden. “Hij heeft gelden overgemaakt om mensen te helpen, niet om IS te steunen”, pleitte meester Joke Kerremans namens Omar A.

Najem S. en Mohammed A.D. betwistten dat ze een aanslag wilden plegen. Hun afgeluisterde gesprek moet met een korrel zout genomen worden en de aangetroffen afbeeldingen en video’s vielen te kaderen in “een interesse voor wat er zich in hun thuisland afspeelde”. Voor twee andere beklaagden werd bij gebrek aan bewijs de vrijspraak gevorderd door de federale procureur.

Vonnis op 17 december.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER