Het Ziekenhuis Oost-Limburg dat drie campussen omvat (Lanaken, Genk en Waterschei) goed voor 3.000 medewerkers en 450.000 consultaties per jaar, had van de BBI een claim gekregen van 58 miljoen euro en 60 miljoen euro op basis van een aantal fiscale fiches die het ziekenhuis voor het jaar 2013 en 2014 had opgesteld.

De BBI was het niet eens met de manier waarop het ziekenhuis die fiscale fiches inzake uitbetaalde erelonen opstelde en had een forse claim neergelegd. Sommigen spreken van een agressieve claim omdat de BBI een belastingverhoging van 103 procent toepaste alsof het om geheime commissies gaat, dit terwijl het nog helemaal niet vaststaat dat er effectief belasting ontdoken werd.

Het probleem in het Limburgs dossier was dat het ziekenhuis de erelonen van de betrokken artsen uitkeert aan hun maatschappij. Een vorm van associatie met een eigen kosten- en inkomstenverdeling maar zonder eigen rechtspersoonlijkheid. Daardoor was het voor de fiscus lastig controleren wie wat kreeg.

Samen met de koepelorganisatie Zorgnet-Icuro - en tal van andere ziekenhuizen die bij de uitbetaling van de erelonen dezelfde werkwijze als het ZOL hanteerden - vroeg het ZOL daarop dat de overheid richtlijnen zou opstellen over hoe deze fiches dan wel opgesteld moeten worden. In april van dit jaar volgde uiteindelijk een richtlijn. Op basis daarvan werden er voor de jaren 2015 en 2016 aangepaste fiscale fiches opgesteld en voor 2017 definitieve fiches.

‘Ondertussen voerde de BBI diverse steekproeven uit om te verifiëren of de opgestelde fiches tot de nodige en juiste fiscale aangiftes door de betrokken artsen hebben geleid’, zegt het ziekenhuis in Het Belang van Limburg. ‘Dat bleek het geval te zijn waarna nu dus het bericht volgde dat de twee taxaties voor in totaal 118 miljoen euro vervallen.’