Direct naar artikelinhoud
Opinie

“Hoeveel verdien jij nu eigenlijk?”, vroeg de zoon van de dokter

Marc Cosyns.Beeld Tim Dirven

Marc Cosyns is huisarts.

“Ja maar hoeveel verdien jij nu eigenlijk”, vroeg mijn zoon naar aanleiding van de reeks Dokterslonen in deze krant. 

Niet zo makkelijk te zeggen, antwoordde ik naar waarheid, “en het belangrijkste is dat je rondkomt, ook later.” Hij daagde me natuurlijk uit om met cijfers voor de dag te komen: “Of wil je het niet zeggen?”

Hoeveel ik verdien? En verdien ik dat? Ik heb er geen probleem mee om die vragen te beantwoorden.

Als (halftijds) huisarts in het wijkgezondheidscentrum (WGC) verdien ik maandelijks 3.210 euro bruto.  Daarnaast krijg ik aan de universiteit een loon als loontrekkende praktijkassistent en als zelfstandige voor het Interuniversitair Centrum voor Huisartsopleiding. Die andere halftijdse baan is goed voor 2.825 euro. per maand. 

“Je verdient dus ongeveer 6.000 bruto”, besluit mijn zoon, “bijna dubbel zoveel als een mediane Belg die De Morgen leest.” 

Jong of kwetsbaar talent

Maar mijn zoon wil weten of ik mijn inkomsten uit voordrachten en boeken niet ben vergeten. Voordrachten betekent in de helft van de gevallen een fles wijn of streekproducten. En als ze betalen, wat ik liever heb, laat ik het storten of een van de vzw’s betreffende palliatieve zorg, of Oxfam. “De opbrengst van mijn schrijverij gebruik ik om jong of kwetsbaar talent kansen te geven op het podium”, voeg ik eraan toe.

“Weet ik,” repliceert hij, “maar je verdient dus wel 4,4 keer minder dan het hoogste loon in het UZ Gent én die geschatte lonen houden geen rekening met de inkomsten via privéconsultaties. Maar misschien geven jouw collega’s die inkomsten ook aan caritatieve instellingen”, glimlacht hij met de krant online op zijn Fairphone. 

Wie weet, maar wat ik zeker weet is dat ik me niet goed voel dat mijn jongste collega, die ongeveer even oud is als mijn zoon, in ons wijkgezondheidscentrum de helft van mijn loon heeft. Dat verdient zij niet. Door mijn anciënniteitsverlof werk ik minder uren.

Wat ik zeker weet is dat ik me niet goed voel dat mijn jongste collega, die ongeveer even oud is als mijn zoon, in ons wijkgezondheidscentrum de helft van mijn loon heeft

Loondiscussies ken ik van in het prille begin van mijn carrière en zullen aanwezig blijven tot aan mijn pensioen en later, want ik wil me blijven engageren in raden van bestuur van caritatieve en culturele instellingen. Gelijk loon voor gelijk werk blijft mijn devies. Man, vrouw en alles ertussenin gelijk betaald.

In de groepspraktijk waar ik samen met mannelijke en vrouwelijke, jonge en oudere collega’s werkte tot 2010, voor we overstapten naar een WGC-werking, werd principieel iedereen gelijk betaald. 

Of je nu zes of drie consultaties per uur deed, veel of weinig technische ingrepen, thuisbevallingen of weekendwachten. Alle inkomsten kwamen in één pot en werden verdeeld volgens gewerkte uren, jaarlijks geëvalueerd. We werkten als zelfstandigen, verdienden veel meer dan nu maar werkten 60 à 70 uur per week. Inclusief administratie en onthaal: we deden alles zelf. 

In het WGC kan ik mij toeleggen op de kerntaken van huisarts. Administratie, onthaal, labo mag ik overlaten aan gekwalificeerd personeel. Wat zalig om samen te werken! De loonmassa die we nu in het WGC hebben zou ik gelijk willen kunnen verdelen. Jonge mensen met een gezin hebben het geld meer nodig dan oude zoals ik, wiens kinderen de deur uit zijn en wiens huis is afbetaald.

Geprivilegieerd 

Begin jaren 80 werkte ik in het abortuscentrum in Gent waar iedereen, tot en met de poetsman, 500 toenmalige Belgische franken verdiende. Het was een ‘Kollektief’ met zelfbestuur. Ik werkte er een halve dag van vier uren. In diezelfde periode werkte ik ook vier uren in het Centrum voor Verantwoord Ouderschap (CEVO) in Brugge. Ik kreeg er 1.500 frank per uur betaald. De verpleegkundige kreeg er 500, de poetsvrouw 125…. Van zodra de abortuswet in voege was en abortuscentra ‘gelegaliseerd’ ben ik in Brugge gestopt.

Gelijk loon voor gelijk aantal uren werk is een moeilijke. Dit kan waarschijnlijk alleen met een basisloon voor iedereen vanaf 18? De argumenten van langer gestudeerd, grotere verantwoordelijkheid overtuigen me niet als verantwoording om zoveel meer te verdienen. Ben ik juist niet geprivilegieerd dat ik heb kunnen en mogen studeren en mijn werk mijn passie is, waar ik door de ontmoeting met de andere ook nog extra zingeving krijg?

Gelijk loon voor gelijk aantal uren werk is een moeilijke. Dit kan waarschijnlijk alleen met een basisloon voor iedereen vanaf 18?

Waar heb ik dat aan verdiend? Ik heb dat niet verdiend, ik heb geluk dat ik zoveel verdien, mijmer ik. “Maar binnenkort moet je op pensioen en hoeveel zal je dan verdienen?” plaagt mijn zoon mij.

Ik antwoord dat dat wellicht 1.236 euro per maand zal zijn, bijna driemaal minder dan de werkende mediane Belg. “Gelukkig heb je een aanvullend pensioen dat je hebt kunnen betalen door meer te verdienen als je werkte”, lacht hij.

Blij dat ik straks kan blijven werken, ook om wat extra te verdienen.