Belgische vloot mag minder tong en kabeljauw vangen

door
Belga
Leestijd 2 min.

Vissers mogen volgend jaar minder tong en kabeljauw bevissen. Dat is gisterenavond beslist op de Europese Visserijraad. Elk jaar buigt de Europese Visserijraad zich over de vangstquota. Onderzoeksinstellingen werken internationaal samen en verzamelen gegevens over de aangroei van de visbestanden en de geslachtsrijpe jonge vissen. Op basis van wetenschappelijke adviezen beslist de raad wat er moet gebeuren met de visquota om op die manier de visserij duurzaam te houden.

De visserijbestanden waar de Belgische vloot op vist, zijn de laatste jaren sterk geëvolueerd naar een duurzaam of bijna duurzaam peil. Dat blijkt uit de jongste wetenschappelijke bevindingen. Waar de bestanden het goed doen, werden de vangstmogelijkheden behouden of opgetrokken. Bij bestanden die het moeilijk hebben, werden de visserijmogelijkheden verminderd, zodat deze vissoorten de tijd krijgen om zich te herstellen.

Soorten die voor onze visserij belangrijk zijn, zoals pladijs, zeeduivel, tarbot, tongschar en roggen, doen het over het algemeen goed. Er is ook een minkantje want de quota voor kabeljauw, ook een belangrijke vissoort voor de Belgische vloot, is stevig naar omlaag herzien. Hiervoor dalen de vangstmogelijkheden in de Noordzee en het aanpalend Engels Kanaal met 30 procent en in de Keltische zee met 50 procent.

Voor tong is er goed en minder goed nieuws. In de Iers zee mag er terug meer bevist worden, in het Bristolkanaal waar Belgische vissers veel rechten hebben minder. Op dezelfde wijze schommelen de rechten voor tongvangst in het oostelijk deel van het Engels Kanaal: vorig jaar een stijging van 25 procent, dit jaar een daling met evenveel procent.

2019 wordt een belangrijk jaar, want vanaf 1 januari geldt de aanlandingsplicht. Dit betekent dat ongewenste vangsten niet meer mogen teruggegooid worden in zee. Zodra het vangstquotum voor één soort uitgeput is, kan er bijgevolg in dat gebied niet meer gevist worden.

"Het behouden van duurzame visbestanden is voor mij belangrijk, dit betekent dat er bij een gezond bestand van een vissoort niet meer opgevist wordt dan er opnieuw aangroeit. Ik ben tevreden dat wij, dankzij de inspanningen van onze vissers, in de meeste gebieden erin geslaagd zijn dit niveau nu of binnenkort te bereiken. Bij kwetsbare bestanden blijven we extra voorzichtig", aldus Vlaams minister van Visserij Joke Schauvliege (CD&V)

bron: Belga