Jeroen Piqueur, zijn zoon Ruben en dochter Rebecca werden in december 2017 door de onderzoeksrechter in Gent aangehouden. Jeroen Piqueur werd in verdenking gesteld voor misbruik van vennootschapsgoederen, witwasmisdrijven, bedrieglijk onvermogen en inbreuken op de bankwetgeving.

De Gentse kamer van inbeschuldigingstelling besliste eind december 2017 om hem vrij te laten onder voorwaarden in afwachting van een proces, maar het onderzoek sleept nog altijd aan. Het gerechtelijk onderzoek startte nadat de Nationale Bank in juni 2016 aanwijzingen van strafrechtelijke inbreuken overmaakte aan het parket van Oost-Vlaanderen.

De KI legde Piqueur naast de klassieke voorwaarden van een vast verblijf en beschikbaar zijn voor de gerechtelijke diensten, ook een contactverbod op met andere betrokkenen in de zaak, uitgezonderd zijn familieleden. Piqueur en zijn zoon kregen ook het verbod om nieuwe functies op te nemen in vennootschappen. Ze kregen ook een verbod om contact te houden met pers en media en mogen niet naar het buitenland zonder toestemming van de onderzoeksrechter.

Voorwaarden blijven gelden

Jeroen Piqueur vroeg dinsdag aan de Gentse kamer van inbeschuldigingstelling om alle voorwaarden op te heffen, maar de KI ging daar niet op in. Hij mag dus nog altijd niet met de pers praten en ook de andere voorwaarden blijven gelden. Hij verklaarde voor zijn aanhouding dat de schuld voor het faillissement bij de Nationale Bank ligt en dat het strafonderzoek de waarheid aan het licht zou brengen.

Piqueur is intussen failliet verklaard door de ondernemingsrechtbank in Gent, maar hij gaat daartegen in beroep. Eerder tekende hij ook al cassatieberoep aan tegen zijn veroordeling voor grootschalige fiscale fraude. Piqueur kreeg van het hof van beroep vier maanden effectieve celstraf, 1,5 miljoen euro geldboete en 2,3 miljoen euro verbeurdverklaring opgelegd.