Pelosi vraagt Trump om zijn State of The Union uit te stellen tot na de shutdown: “Wegens bezorgdheid over veiligheid”

Door de (gedeeltelijke) stopzetting van de overheidsdiensten zitten enorm veel Amerikanen werkloos thuis, waaronder ook enkele veiligheidsmedewerkers van de Amerikaanse geheime dienst.

“Jammer genoeg zijn er enkele bezorgdheden omtrent veiligheid. Tenzij de overheidsdiensten deze week nog hervat worden, stel ik voor dat we samen op zoek gaan naar een nieuwe en beter geschikte datum”, schreef Pelosi in een brief. “Zowel de Amerikaanse geheime dienst als het Departement van Binnenlandse Veiligheid ontvingen al 26 dagen geen geld meer”, beargumenteert ze. Bovendien zou er geen enkel precedent zijn waarbij een Amerikaanse president zijn State of The Union houdt tijdens een shutdown. 

Met zowel de Amerikaanse president als de voorzitter van het Huis van Afgevaardigden aanwezig op één plaats, is de jaarlijkse State of The Union een risicovol evenement dat gecoördineerd wordt door de Amerikaanse geheime dienst. Normaliter bereiden ze zich maandenlang voor op de bijeenkomst, maar nu zitten ze al 26 dagen thuis.

De State of The Union van Trump op een andere dag plannen, zou wel eens erg voordelig kunnen zijn voor Nancy Pelosi en haar partij. Het is immers zeer waarschijnlijk dat Trump, tijdens de langste shutdown ooit, de Democraten in een slecht daglicht plaatst tijdens zijn speech voor het Amerikaanse volk.

Als Donald Trump zijn jaarlijkse toespraak, tegen beter weten in, wil laten doorgaan op 29 januari, zou hij de toespraak schriftelijk kunnen verspreiden. Maar een speech middenin het Amerikaanse Congres is te gevaarlijk vindt Pelosi. 

De Amerikaanse president houdt traditioneel aan het begin van het jaar een toespraak over de algemene situatie in het land. Dit gaat terug naar artikel 2 van de Amerikaanse grondwet. George Washington bracht de afgevaardigden in 1790 persoonlijk verslag uit. Andere presidenten na hem zagen het als een vervelende plicht en informeerden hen alleen schriftelijk. Pas Woodrow Wilson richtte zich in 1913 opnieuw persoonlijk tot het Congres.