Direct naar artikelinhoud
Klimaatmars

Politiek antwoord op de klimaatmars? “Nog even geduld”

Minstens 70.000 betogers liepen mee in de klimaatmars gisteren. Of die actie zoden aan de dijk zal brengen? Politici blijven ons voorlopig het antwoord schuldig.Beeld Francis Vanhee

De klimaatmars in Brussel heeft met minstens 70.000 aanwezigen een nieuw politiek momentum gecreëerd. De klimaatbetogers eisen een ambitieus plan van de politiek, maar die zit met haar hoofd al bij de verkiezingen. Wat is er nog mogelijk?

De grootste Belgische klimaatmars ooit, zo gaat de bijeenkomst de geschiedenis in. Minstens 70.000 mensen trotseerden overvolle treinen, regen en koude om af te zakken naar de hoofdstad. Daarmee overklaste deze klimaatmars die van 2 december 2018, toen 65.000 mensen door Brussel liepen.

Hun eis? De politiek moet meer doen voor het klimaat. “Dit is een ongelooflijk momentum. Als politici ons nu nog niet gehoord hebben, dan zal het paybacktime worden bij de verkiezingen”, waarschuwt Karen Naessens van Rise for Climate, de organisatie achter de klimaatmars. Een duidelijke boodschap in de aanloop naar de verkiezingen van 26 mei.

De grote opkomst zorgde gisteren voor nervositeit op het kabinet van Vlaams minister Joke Schauvliege (CD&V). “Er zijn vier klimaatministers in dit land, maar we hebben de indruk dat die anderen zich allemaal verschanst hebben”, klonk het. En effectief: hoewel federaal minister Marie Christine Marghem (MR) vorige keer nog vrolijk meeliep, hield ze zich nu opvallend afzijdig.

“Wij zijn geen doemdenkers”

“Wij zijn geen doemdenkers”
Beeld Francis Vanhee

Met 70.000 waren ze. Maar wat vragen de klimaatbetogers nu eigenlijk? Vier marcheerders aan het woord.
  

Waar eindigt dit? 

De opeenvolgende klimaatmanifestaties voeren de politieke druk wel op. Zo zijn er ook de ‘klimaatspijbelaars’ die elke donderdag op straat komen en op een golf van bredere sympathie lijken te surfen. Eerst waren zij met 3.500, daarna met 12.500 en vorige week met 35.000. Op elk partijbureau weerklinkt wekelijks de vraag: waar gaat dit eindigen?

Elke partij probeert een antwoord te vinden. Maar op vier maanden voor de verkiezingen is de slagkracht beperkt. Zeker nu de federale regering in lopende zaken zit. “We moeten er niet flauw over doen: nieuwe beslissingen gaan er niet morgen liggen”, klinkt het bij minister Schauvliege. Wat nu gebeurt, heeft vooral impact op wat er in de jaren na de verkiezingen wordt beslist.

‘We moeten er niet flauw over doen: nieuwe beslissingen gaan er niet morgen liggen’
Kabinet van Vlaams minister van Leefmilieu en Natuur Joke Schauvliege (CD&V)

Schauvliege trekt met twee strijdpunten naar de verkiezingen: een vergroening van de bedrijfswagens en een groene heffing op vliegtickets. “Er zullen sowieso moeilijke beslissingen moeten worden genomen. Als het van CD&V afhangt, rijden nieuwe bedrijfswagens binnenkort elektrisch, op waterstof of een andere niet-verontreinigende technologie.”

Dat die twee speerpunten niet op Vlaams niveau liggen – bedrijfswagens zijn een federale aangelegenheid, vliegtickets een Europese – is handig meegenomen voor een Vlaamse milieuminister. Schauvliege: “We kunnen nu eenmaal niet alles zelf doen. Op Vlaams niveau hebben we al een plan goedgekeurd om tegen 2030 onze uitstoot te reduceren.”

Even vaag als veelzeggend

Opvallend: de Vlaamse regering werkt nu ook aan een visie richting 2050. Zo’n visie komt tegemoet aan de eis van de klimaatjongeren. Maar wanneer komt die er, en wat staat erin? “Er wordt aan gewerkt”, is het enige wat Schauvliege voorlopig kwijt wil.

Minstens even geheimzinnig zijn de plannen van federaal minister Marghem. Ook bij haar valt te horen dat er nog een klimaatverrassing uit de lucht kan vallen. “We kunnen met een nieuw wetsontwerp komen, waarvoor we een wisselmeerderheid moeten vinden in het parlement. Dat is niet evident, maar het is ook niet uitgesloten”, zegt haar woordvoerder Bernard Van Hecke.

Op de vraag wat we moeten verwachten, is het antwoord even vaag als veelzeggend. “Nog even geduld.”