Sp.a: “Banken worden slapend rijk door pensioensparen”

Pensioensparen blijft een populaire spaarmethode in ons land. Het systeem is dan ook fiscaal interessant. Dit jaar kan iedereen 980 euro sparen. Dat bedrag kan voor 30 procent afgetrokken worden van de belastingen. Sinds vorig jaar is er ook een alternatieve regeling, waarbij maximaal 1260 euro gespaard wordt met een belastingvermindering van 25 procent.

In totaal werd in 2017 voor 2,3 miljard euro gespaard via pensioenspaarfondsen en pensioenspaarverzekeringen, blijkt uit cijfers van Assuralia, de beroepsvereniging van de verzekeringssector. Het totaal aan gespaarde 'voorzieningen' bij de banken en verzekeraars staat op 34,7 miljard.

Die derde pensioenpijler kost de overheid ieder jaar enkele honderden miljoenen aan belastingverminderingen. Het recentste cijfer is dat van 2016, toen de kosten op 532 miljoen euro geraamd werden. Door de toevoeging van een alternatieve regeling met een hoger maximumbedrag zullen de kosten opgelopen zijn en veeleer in de buurt van 600 miljoen liggen.

De banken en verzekeraars verdienen uiteraard zelf ook aan het pensioensparen; buitensporig veel zelfs, vindt oppositiepartij sp.a. Van nieuwe stortingen worden instapkosten afgeroomd, die volgens de partij gemiddeld ongeveer 3 procent bedragen. Van het totaalbedrag dat bij de spaarinstellingen geparkeerd werd, worden ook jaarlijkse beheerskosten van ongeveer 1 procent afgehouden. Dat leverde de banken en verzekeraars in 2017 naar schatting 417 miljoen euro op. Twee derde van de fiscale subsidie die de overheid in het pensioensparen stopt, vloeit met andere woorden naar de instellingen die het systeem opzetten.

Terugschroeven

"De banken worden slapend rijk door het fiscale voordeel voor pensioensparen", zegt Conner Rousseau (sp.a). Het is een van de redenen waarom de partij het systeem wil terugschroeven. Met de opbrengst van die operatie moet een verhoging van de laagste pensioenen gefinancierd worden. “Niet de banken, wel werkende mensen hebben nood aan hoger pensioen. Er is geld genoeg, het moet eerlijker verdeeld worden.”

Karel Van Eetvelt, CEO van bankenfederatie Febelfin, bevestigt dat de cijfers in de juiste grootteorde zitten. Tegelijk vindt hij het al te tendentieus om de kost aan de overheid en de opbrengst voor de bank tegenover elkaar te zetten, al was het maar omdat met die omzet ook ten dele het personeel betaald wordt dat de spaartegoeden beheert. Hij wijst er ook op dat pensioensparen de lage pensioenen in ons land moest compenseren. “De afschaffing van dat fiscaal voordeel betekent eigenlijk een verhoging van de belastingdruk op de middenklasse.”