Mehdi Nemmouche was bij tweede verhoor “niet in staat uitleg te geven over de wapens”

© rr

Het Brusselse assisenhof besteedt vandaag een groot deel van de dag aan het bekijken van de videoverhoren van Mehdi Nemmouche, de hoofdbeschuldigde van de aanslag op het Joods Museum van België.

jvh

Het gaat om acht verhoren die in Frankrijk werden opgenomen maar enkel in het eerste verhoor legde Nemmouche ook een, zij het beperkte, verklaring af. Hij toonde zich bij dat eerste verhoor opvallend ontspannen. Dat eerste verhoor is volgens het federaal parket van cruciaal belang omdat Mehdi Nemmouche op dat moment nog steeds het pak aanheeft dat hij droeg bij zijn arrestatie. “Bekijk de beelden goed en vergelijk ze met de bewakingsbeelden van het Joods Museum die op 23 mei 2014 gemaakt zijn, met de man in kostuum die daarop te zien is”, zei advocaat-generaal Yves Moreau.

Op de beelden van de bewakingscamera’s van het Joods Museum duikt op 23 mei 2014 een man op die het museum binnenstapt, er een kort gesprek heeft met museummedewerker Alexandre Strens en vervolgens na een tweetal minuten vertrekt. Volgens het federaal parket gaat het om de dader van de aanslag, die op dat moment een verkenning komt uitvoeren. Die beelden zijn herhaaldelijk geanalyseerd en daaruit blijkt dat de man die op 23 mei te zien is, qua fysionomie overeen kan komen met de dader van de aanslag, en zijn haarkleur, -implanting en coupe kunnen overeenstemmen met het haar van Mehdi Nemmouche.

Nemmouche toont zich bij dat eerste verhoor opvallend ontspannen en glimlacht zelfs enkele malen. Hij geeft beleefd antwoord op een aantal vragen over zijn identiteit, zijn burgerlijke staat en zijn studies. Ook geeft hij zonder schroom toe dat hij al gekend is door de politie en in de gevangenis heeft gezeten voor diefstallen. Een vaste woonst, telefoon, gsm of andere communicatiemiddelen heeft hij naar eigen zeggen niet. Op vragen over zijn verplaatsingen of de wapens die hij bij had, zegt hij dan weer niet te willen antwoorden.

Bij tweede verhoor “niet in staat uitleg te geven over de wapens”

Bij zijn tweede verhoor door de Franse politie verklaarde Nemmouche dan weer dat hij op dat moment niet in staat was uitleg te geven over de wapens die hij bij zijn arrestatie bij zich had. Het was zowat het enige dat hij tijdens dat verhoor zei. Op alle andere vragen zei hij geen antwoord te willen geven, of riep hij zijn zwijgrecht in. Zo ook op de vraag of hij die wapens gebruikt had om mensen te doden in het Joods Museum van België.

Tijdens de overbrenging van Marseille, waar zijn eerste verhoor plaatsvond, naar Parijs praatte Nemmouche wel honderduit met zijn begeleiders, over uiteenlopende onderwerpen zoals vechtsporten, geschiedenis, het conflict in Bosnië, geopolitiek, de Franse cinema van de jaren ‘50 tot ‘70, en het Franse chanson, en dan vooral Charles Aznavour.

Bij het begin van het verhoor zegt hij gerust te hebben en gegeten te hebben maar geeft hij ook meteen aan dat hij zijn zwijgrecht wil uitoefenen. De speurders leggen hem vervolgens vragen voor over zijn hobby’s, zijn verplaatsingen naar het buitenland, zijn reis naar Azië, zijn leefomstandigheden, zijn religieuze overtuiging en studies, en zijn eerdere vergrijpen, maar op zowat alle volgende vragen, volgt een standaardantwoord: “Ik geef geen antwoord, op geen enkele vraag”, of “Ik oefen mijn zwijgrecht uit”.

Alleen als hem gevraagd wordt naar de wapens die hij bij had, geeft Nemmouche aan gedeeltelijk te willen antwoorden. “Over die wapens zal ik op een later moment uitleg geven maar op dit moment ben ik daar niet toe in staat”, zegt hij.

Op de vraag of hij de wapens gebruikt heeft om mensen te doden in het Joods Museum, antwoordt hij niet. Op de vraag of wat hem tegenhoudt te antwoorden, in zijn macht ligt, antwoordt Nemmouche: “Ik oefen mijn zwijgrecht uit, ik hoef me daar niet voor te verantwoorden”.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen