Regering laat begroting na met tekort van 7,7 miljard, Wilmès (MR) noemt bericht ‘fictie’

Minister van Werk Kris Peeters, premier Charles Michel en minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon © BelgaImage

Het begrotingstekort zal dit jaar oplopen tot 1,7 procent van het bbp ofwel 7,7 miljard euro.

Het begrotingstekort zal dit jaar oplopen tot 1,7 procent van het bbp ofwel 7,7 miljard euro. Dat heeft De Tijd berekend op basis van cijfers van het Planbureau. CD&V-vicepremier Kris Peeters bevestigt dat de begroting een pijnpunt is. Mocht de regering niet in lopende zaken zitten, dan had ze het budget nog wat kunnen bijsturen, aldus de minister.

Het was al langer duidelijk dat het begrotingstekort in 2019 opnieuw stevig zou oplopen. Eerdere ramingen gingen al uit van een tekort van meer dan 7 miljard euro. Vorig jaar werd nog afgesloten met een tekort van 0,8 procent. Een van de verklaringen is het wegvallen van het eenmalig effect, dat het optrekken van de boetes voor bedrijven of zelfstandigen die te weinig voorafbetalingen doen, teweeg had gebracht. Maar ook de groeiverwachtingen liggen lager dan geraamd.

Wilmès: ‘Fictie’

Federaal begrotingsminister Sophie Wilmès (MR) zegt dat het geschatte begrotingstekort van 7,7 miljard euro voor dit jaar, waarover kranten op basis van cijfers van het Planbureau schrijven, louter een raming is, die in realiteit anders kan uitdraaien. Ze herhaalt dat de regering op vier jaar tijd een sanering van bijna negen miljard euro doorvoerde.

‘Op dit moment is dit scenario fictie en geen objectieve realiteit. Als we een balans willen opmaken van de begroting onder deze legislatuur, moeten we de feiten vergelijken en niet de assumpties’, zegt Wilmès. ‘Als we kijken naar het reële tekort in 2014 (-3,1%) en het waargenomen (reeds gevalideerde) tekort in 2018 (-0,8%), voerden we dus een sanering door van 8,8 miljard in vier jaar, om te komen tot een tekort van 3,5 miljard euro. Ter herinnering, in 2014 erfde de regering een tekort van 12,4 miljard euro’, aldus de minister.

‘Elk jaar lees ik rampscenario’s, voorgesteld als feitelijke waarheden, die uiteindelijk anders uitdraaien’, zegt Wilmès. ‘Dit toont de limieten en de moeilijkheden van elke prognose aan, evenals het belang van een regering in volheid van bevoegdheid die maand na maand instaat voor de naleving van het begrotingstraject en, indien nodig, de nodige maatregelen kan nemen om dat te verzekeren.’

Peeters bevestigt wél

In De Ochtend op Radio 1 bevestigde vicepremier Peeters nochtans dat de volgende regering opnieuw voor een serieuze saneringsoperatie staat. Volgens hem had de regering nog een volwaardige begrotingscontrole kunnen houden indien ze niet in lopende zaken zat, en dan nog een en ander kunnen bijsturen. ‘We hadden als regering met volle bevoegdheden nog iets kunnen rechttrekken, maar niet de volledige 7,7 miljard euro’, geeft Peeters aan.

Hij ontkent dat de regering geen begrotingsinspanningen heeft geleverd. Bij het begin van de legislatuur bedroeg het tekort nog 3,1 procent van het bbp, luidt het. De ‘Zweedse’ coalitie had bij haar aantreden een begrotingsevenwicht vooropgesteld. ‘We hebben een evenwicht tussen het economische en sociale gezocht’, bijvoorbeeld door de tax shift niet alleen de bedrijven ten goede te laten komen, geeft Peeters een reden waarom de regering daar niet in is geslaagd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content