Jean-Marie Dedecker haalt hard uit naar klimaatspijbelaars: “Vroeger verheerlijkten we warme zomers, kinderen zwegen als ouderen praatten”

Al een paar weken komen ze iedere donderdag op straat: de klimaatspijbelaars. Ze genieten de sympathie van velen. Maar niet iedereen staat achter de actie. In een opiniestuk op de website van weekblad Knack haalt Jean-Marie Dedecker, voorzitter van LDD en lijstduwer voor N-VA voor West-Vlaanderen voor de verkiezingen van mei, hard uit naar de klimaatspijbelaars en bijhorende groene golf. Daarbij schuwt hij harde, en vaak ook denigrerende uitspraken niet.

lbo

In het opiniestuk verwijst hij naar de Zweedse Greta Thunberg en naar Anuna De Wever als handpoppen van de politiek correcte klimaatkerk. “Als een getalenteerd klimaatstakingsleider bekritiseert ze met holle retoriek het regeringsbeleid en zowel ministers als journalisten staan met open mond en kwispelstaartend te luisteren als apostelen op het laatste avondmaal”, vindt Dedecker over die laatste.

Hij uit in het opiniestuk ook zijn beklag over het zogenaamde ‘superioriteitsgevoel’ van de klimaatspijbelaars samen met andere groengezinden, die hij verderop in zijn stuk “de groene stedelingen en geitenwollensokkenvaders met zo’n babydraagtuigje op hun buik”, noemt.

“Geen klimaatontkenner”

“Ondergetekende moet volgens het hysterisch discours van journaliste Tine Hens van MO* zelfs voor de rechtbank gesleept worden wegens verregaand klimaatnegationisme”, gaat Dedecker verder. Maar hij is geen klimaatontkenner, zo zegt hij. “Maar ik las zowel de rapporten van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC), als teksten van andere wetenschappers die zich vragen stellen over catastrofale gevolgen die de opwarming van de aarde met zich zou meebrengen.” Daarbij verwijst hij ook naar de Nederlandse klimaateconoom Richard Tol die zegt dat wie apocalyptische ideeën verspreidt dat alleen maar doet om zijn politieke invloed te vergroten.

“Vroeger zwegen kinderen als de ouderen praatten"

Hij mijmert in het opiniestuk ook over vroeger, toen hij jong was. “We verheerlijkten warme zomers en genoten van elke zonnestraal op onze blanke huid. We spraken toen zelfs af met ons lief in plaats van te chatten. Om de telefoon te gebruiken moesten we het eerst aan vader vragen. Kinderen zwegen als de ouderen praatten. Leraars hadden toen nog meer gezag dan hun leerlingen, en spijbelen werd bestraft in plaats van aangemoedigd. Vandaag worden Vitabishummeltjes van zeven van de spijbelstraat geplukt om voor een microfoon in een kijkkast de psalmen van de klimaatkerk na te neuriën, nu nog de proefbuisbaby’s. We leerden dat er warme en koude periodes op onze blauwe planeet waren en we moesten de wet van Archimedes onder de knie hebben [...] We dronken melk uit flessen die gespoeld werden en opnieuw gevuld en overleefden de bacteriën. Onze uitsloofmoeders kookten de was en hingen die te drogen aan de wasdraad, van menstruatiedoeken tot babyluiers. Deze generatie vervuilende ouders heeft ervoor gezorgd dat de spijbelaars van deze wereld in pampers opgevoed werden, en van een nooit geziene welvaart kunnen genieten.”

Dedecker schuwt de harde en denigrerende woorden niet. Hij heeft het smalend over ‘wereldverbeteraars’, geitenwollen kringloopmoeders of verwijst naar de gele hesjes-beweging als gelehesjesproletariaat.

Zijn klaagzang eindigt hij met een boodschap voor de klimaatspijbelaars; dat ze beter hun best moeten doen op school, dat ze voor ingenieur zouden moeten studeren om later iets uit te vinden waardoor de Indiërs en de Chinezen minder zouden uitstoten.

© Photo News

© Photo News

© Hans Lucas

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER