Stijn Decock, vroeger Voka-hoofdeconoom en nu verantwoordelijk voor de macro-economische analyses van de vermogensbeheerder Candriam, legt uit hoe economen de schade van een stakingsdag berekenen.

Het begint het bruto binnenlands product (bbp). Dat is meerwaarde die we creëren door onze arbeid. Stel: een bakker heeft voor een halve euro water, bloem en gist. Hij bakt daarmee een brood dat hij voor 2,5 euro verkoopt: de bakker genereerde dus 2 euro meerwaarde. Over een heel jaar creëert onze economie zo 400 miljard euro meerwaarde.

Die 400 miljard per jaar creëren we op 220 werkdagen - zoveel dagen werkt de Belg gemiddeld. Nu is het makkelijk te berekenen hoeveel meerwaarde we op één dag berekenen. 400 miljard gedeeld door 220 is: 1,8 miljard.

LEES OOK. Staking woensdag wordt “ongezien”: hier zal u het voelen en dit kan u wel doen (+)

363 miljoen

Met die 1, 8 miljard kunnen we de impact van een stakingsdag berekenen. Daarvoor moet je enkel weten hoeveel mensen woensdag gaan staken. De vakbonden verwachten zeer veel stakers. Wat is zeer veel? Dat berekende professor Luc Sels (KULeuven) in 2006, toen hij de effecten van de staking tegen het generatiepact (vergrijzing) bestudeerde. Toen was 20 procent van de werknemers aan het staken of raakte door blokkade niet op hun werk.

Als de staking van woensdag hetzelfde effect heeft, zal de economie die dag 363 miljoen verliezen. Of 20 procent van 1,8 miljard, de meerwaarde die we normaal op één dag creëren. Als je weet dat de belasting op die meerwaarde 50 procent is, verliest de schatkist woensdag 181 miljoen.

Kanttekening

“Zo’n berekening is de meest accurate die we kunnen maken om de impact van een stakingsdag te berekenen”, zegt economieprofessor Paul De Grauwe. “Maar er moeten kanttekeningen bij gemaakt. Dat economisch verlies is niet permanent. Veel van het niet-gedane werk wordt later ingehaald waardoor de uiteindelijke economische en fiscale schade minder zwaar uitvalt.”

LEES OOK. NMBS verwacht dat woensdag slechts helft van treinen rijdt