Minstens veertien slachtoffers bij gasontploffing in gevangenkamp waar nog altijd Belgische IS-vrouwen en kinderen vastzitten

De beruchtste IS-vrouwen, Tatiana Wielandt en Bouchra Abouallal, zijn er intussen weggehaald en overgeplaatst naar het kamp van Ain Issa, dat zich eveneens in het noorden van Syrië bevindt. Wielandt en Abouallal werden in Al-Hol vorig jaar nog bezocht door VRT-journalist Rudi Vranckx. Vandaag zouden er nog altijd ten minste vijf Belgische IS-vrouwen en hun kinderen zich bevinden.

De explosie vond plaats bij een depot met gasflessen en veroorzaakte een grote brand in het kamp. Volgens de Koerdische nieuwsdienst ANHA vielen er ten minste veertien burgerslachtoffers. Ze worden verzorgd door de Koerdische Rode Halve Maan. Enkele zwaargewonden zijn overgebracht naar het Hikma-ziekenhuis in de stad Al-Hasakah.

Er circuleren geruchten over “slapende cellen van IS” die de explosie veroorzaakt zouden hebben, maar de omstandigheden van de ontploffing worden onderzocht. De oorzaak zou ook kunnen liggen bij een mankement aan gasvuurtjes die gebruikt worden in het kamp. Na de explosie werd het kamp meteen omsingeld door veiligheidstroepen.

Zo’n 20 burgers zijn vandaag in Salamyiah, in het westen van Syrië, omgekomen door een landmijn die door Islamistische Staat werd achtergelaten. Dat meldden het Syrische staatspersagentschap SANA en het Syrische Observatorium voor Mensenrechten (SOHR).

De slachtoffers vielen toen een busje met arbeiders over de landmijn reed. Volgens SANA vond het incident plaats op het platteland van Salamyiah. Het agentschap spreekt van “meer dan 20 doden”. Het SOHR bevestigt de ontploffing, maar houdt het op 18 doden.