Direct naar artikelinhoud
Analyse

Daar is de Kasjmir-crisis weer

Pakistanen steken een Indiase vlag in brand in de stad Peshawar. India en Pakistan zijn al lang aartsvijanden. Twistappel: het gebied Kasjmir.Beeld EPA

India heeft een luchtaanval uitgevoerd in Pakistan als vergelding voor een ­terroristische aanslag in Indiaas Kasjmir, met onduidelijk resultaat. Het is een nieuwe escalatie in het conflict tussen de aartsrivalen – en kernmachten.

Dit staat vast: gisterenochtend tegen vier uur plaatselijke tijd voerden twaalf Indiase Mirage-bommenwerpers een aanval uit op een doelwit bij Balakot in de Pakistaanse provincie Khyber Pakhtunkhwa. Zo’n 80 kilometer diep in het vijandig luchtruim en op zo’n 50 kilometer van de bestandslijn in Kasjmir, het gebied in de Himalaya dat India en Pakistan elk ten dele onder controle hebben maar in zijn geheel claimen.

Over het effect van de aanval verschillen de meningen. Volgens India werd een van de grootste terroristische trainingskampen in Pakistan volledig verwoest, met een ‘groot aantal’ of zelfs 300 doden. Volgens Pakistan werden de Indiase vliegtuigen direct verjaagd, waarbij ze nog net vier bommen konden laten vallen. Niet bij een ‘vermeend terroristenkamp’ maar in onbewoond bosgebied, met nul schade en nul slachtoffers als resultaat.

De vraag is, ondanks deze tegengestelde ­lezingen: stevenen India en Pakistan af op hun vijfde oorlog?

Opkrikken populariteit

De Indiase aanval was aangekondigd, als een vergelding voor de zelfmoordaanslag van 14 februari in Pulwama, Kasjmir, waarbij 40 Indiase militairen om het leven kwamen. De aanslag, de dodelijkste in Kasjmir in dertig jaar, werd opgeëist door de islamitische separatistische beweging Jaish-e-Mohammad. Hoewel Pakistan de aanslag veroordeelde en elke betrokkenheid ontkende, gaf India het buurland meteen de schuld en zwoer het wraak.

De exploitant van het getroffen trainingskamp, Jaish-e-Mohammad (JeM), is een aan Al Qaida gelieerde groepering die eind 2001 samen met een andere groep, Lashkar-e-Taiba, een aanslag pleegde op het Indiase parlement en sindsdien op de internationale terreurlijsten staat. Hoewel de beweging ook in Pakistan is verboden, kan zij er ongemoeid opereren. Volgens India is JeM een creatie van het Pakistaanse leger, bedoeld om onrust te stoken in Indiaas Kasjmir.

Het feit dat India in staat blijkt de Pakistanen een lesje te leren kan de electorale steun voor premier Modi doen groeien

India presenteerde zijn luchtaanval als een noodzakelijke ‘pre-emptive strike’, omdat er aanwijzingen zouden zijn dat in het kamp nieuwe aanslagen werden voorbereid. Het belangrijkste doel lijkt echter het opkrikken van de populariteit van de Indiase premier Narendra Modi. Die staat er aan de vooravond van de landelijke verkiezingen in mei in de peilingen niet goed voor. De banengroei stagneert, er is een landbouwcrisis en zijn hindoe-nationalistische BJP heeft al drie regionale verkiezingen verloren. Modi zocht dus een thema om de kiezer te raken, een afleidingsmanoeuvre voor de kwakkelende economie.

Twistappel

De eeuwige strijd tegen aartsvijand Pakistan en de separatisten in Kasjmir is daar geknipt voor. Kasjmir is de grote twistappel tussen India en Pakistan. Het overwegend islamitische prinsdom belandde bij de dekolonisatie en deling van Brits-Indië grotendeels in de boedel van India. Pakistan en India claimen het echter beide in zijn geheel en voerden er tweemaal oorlog over. Sinds 1989 woedt er een volksopstand voor zelfbeschikking, dan wel aansluiting bij Pakistan die door India met aanzienlijk militair geweld wordt onderdrukt.

“Ik kan u ervan verzekeren dat India in veilige handen is”, riep premier Modi na de luchtaanval. “Vandaag is een dag om eer te bewijzen aan India’s moedige harten. Ik zweer dat ik het land nooit zal laten buigen.”

De opzet lijkt te werken. Het geclaimde succes van de Indiase luchtaanval leidde gisteren tot gejuich op straat in diverse steden. De natie schaarde zich achter haar strijdkrachten. “Een trots moment voor een onverslaanbaar India”, kopte de krant ­Times Now. “Ik groet de piloten van de Indiase luchtmacht”, twitterde oppositieleider Rahul Gandhi. Het feit dat de regering in staat blijkt de Pakistanen een lesje te leren zal de electorale steun voor Modi doen groeien, verwacht analist Sanjay Kumar van denktank CSDS.

Dit neemt niet weg dat er risico’s kleven aan verdere escalatie. Pakistan heeft woedend gereageerd op de Indiase aanval. Premier Imran Khan sprak van ongevraagde agressie van India voor ‘binnenlandse consumptie’ in de aanloop van de verkiezingen en kondigde aan dat het zal terugslaan. “Nu is het jullie beurt om op onze respons te wachten”, aldus een legerwoordvoerder. De vraag is hoe India dan weer reageert.

Pakistan heeft woedend gereageerd op de Indiase aanval. Premier Imran Khan sprak van ongevraagde agressie van India

Regionale supermacht China roept intussen op tot terughoudendheid. Terrorisme is een wereldwijd probleem en de bestrijding vereist samenwerking tussen landen, liet Peking weten. China heeft veel geïnvesteerd in de China-Pakistan Economic Corridor, een handelsroute die pal langs Kasjmir loopt, door eveneens betwist gebied. China heeft ook geen behoefte aan een oorlog vlak bij zijn toch al onrustige islamitische provincie Xinjiang.

Gelukkig hebben ook Modi noch Khan belang bij oorlog. Als hun achterban hun stoere verhalen gelooft kunnen de gemoederen betijen. Alleen mag er niks misgaan. Feit blijft dat India en Pakistan nucleaire mogendheden zijn. Om die reden noemde de voormalige Amerikaanse president Bill Clinton, die in 1999 voorkwam dat een eerdere crisis over Kasjmir in een kernoorlog ontaardde, de ‘Line of Control’ de gevaarlijkste grens ter wereld.