Direct naar artikelinhoud
Opinie

Is het nu niet beter de Britten te laten uitproberen wat de brexit echt is?

Rolf Falter.Beeld rv

Rolf Falter is historicus, auteur en gewezen journalist. Hij leidt vandaag het Bureau België van het Europees Parlement.

Het Britse brexitfeuilleton kampt met krimpende kijkcijfers. Minder en minder mensen doen nog een poging om het te volgen. Afgezien van het feit dat er sowieso weinig seks en geweld in te beleven viel, is de plot hopeloos ingewikkeld geworden, is niet meer duidelijk wie de goeden en de slechten zijn, zijn er te veel oude mannen en te weinig jonge vrouwen, is er verwarring over de locaties en voelt elke kijker aan dat een happy end er niet meer in zit.

Toch is het drama, intens drama. Groot-Brittannië, dat we allen kennen als het land waar mensen altijd pragmatische oplossingen vinden, heeft een geschiedenis waarin om de vijftig jaar het bestaande politieke bestel in elkaar stuikt en democratisch vervangen wordt door iets anders. De doorbraak van Margaret Thatcher aan het eind van de jaren 70 was de vorige keer.

Zowel May als Labour-leider Corbyn herpositioneerden zich deze week, omdat ze het zand onder hun voeten voelen bewegen

Ditmaal is het een vijftig jaar oude tegenstelling die nooit opgelost geraakte, die naar haar hoogtepunt groeit. Groot-Brittannië is in 1973 lid geworden van de Unie, dankzij de bereidheid van toenmalig premier Edward Heath om dat quasi te allen prijze te doen. 1973 was helaas het slechtst denkbare jaar, al kon Heath dat niet weten toen hij in 1972 in het Egmontpaleis de toetreding ondertekende: het begin van de eerste economische crisis na de oorlog. Die viel voor de Britten dus samen met het begin van het lidmaatschap van de EU. Beiden vermengden zich in de geesten.

Sindsdien had altijd ongeveer 40 procent van de Britse publieke opinie en van de politieke klasse heel veel twijfels over het EU-lidmaatschap, daartoe aangevuurd door de tabloids van Rupert Murdoch. Toen dan David Cameron in 2016 een referendum uitschreef over de kwestie, kon de timing weer niet slechter zijn: net na een nieuwe, nog zwaardere economische crisis, en nog volop in de migratiecrisis van eind 2015. Enkel dat laatste kon hij niet beseffen toen hij eraan begon. Maar het resultaat kennen we: de klassieke 40 procent werd 52 procent.

Theresa May streefde terecht twee jaar lang de voor haar enige mogelijke weg na

Drie jaar later komt duidelijker dan ooit naar boven wat iedereen al wist: zowel de tory’s als Labour zijn hopeloos verdeeld over de kwestie. Een nieuwe meerderheid vormen van één strekking uit beide partijen in zo’n fundamentele kwestie is echter niet haalbaar zonder de heel oude partijstructuren, en al de persoonlijke ambities die zij schragen, onderuit te halen. Dat gebeurt nooit zolang de toestand min of meer normaal lijkt.

Theresa May streefde dus terecht twee jaar lang de voor haar enige mogelijke weg na: een eerbaar compromis met Brussel onderhandelen en dat zo laat mogelijk aan het Lagerhuis voorleggen, met de niet mis te verstane boodschap: het wordt dit of niets, en dus de chaos. Het mislukte desastreus: amper 202 Lagerhuis-leden steunden haar op 15 januari jongstleden, 432 stemden haar plan weg. Een ongekende afgang voor een Britse premier.

Sindsdien is er geen uitweg meer, en voelt ook de politieke klasse de aanzwellende crisis. De partijstructuren beginnen te schuiven, en zowel May als Labour-leider Jeremy Corbyn herpositioneerden zich deze week, omdat ze het zand onder hun voeten voelen bewegen. De positie van beiden draait richting een vraag om uitstel van de brexit, May al half expliciet, Corbyn met zijn vraag om een tweede referendum, dat een proces van vele maanden is.

De Europese Unie, bij monde van Donald Tusk, liet al blijken daarover te willen praten. De Unie is een compromissenfabriek en zegt dus nooit automatisch neen, ook al is er geen enkel nieuw element dat wijst op een nieuwe toestand. Het referendum van Corbyn zou dat kunnen zijn. Maar stel dat straks 52 of zelfs 55 procent van de Britten voor een terugkeer naar de EU stemt, is het fundamentele probleem dan opgelost? Of keren we gewoon terug naar een EU met Groot-Brittannië als permanente twijfelaar en afremmer in haar schoot?

Pragmatici zullen zeggen: het lukte vroeger ook en terugkeren naar die toestand is beter dan de schade die we nu gaan krijgen. Anderzijds: is het nu niet beter de Britten te laten uitproberen wat de brexit echt is, eventueel na een genereus eerste en enig uitstel tot 30 juni, in de quasi zekerheid dat ze er ook dan niet uit zullen zijn?

De Britse EU-schizofrenie heeft een catharsis nodig om opgelost te geraken. Dat kan de pijn van de ‘no deal’ zijn, die de balans doet doorslaan in het voordeel van de EU (naar pakweg 70-30 bijvoorbeeld), zeker als daar de afscheuring van Schotland en opnieuw aanslagen aan de Ierse grens bij horen. Of dat kan, na enige tijd, het met succes overwinnen van die pijn zijn en gelukkiger leven zonder EU. Binnen de bestaande partijstructuren, of met nieuwe. Londen moet hoe dan ook vandaag eerst in therapie. Pas nadien valt er hopelijk opnieuw mee te praten.