Direct naar artikelinhoud
Interview

Sally Rooney domineert de bestsellerlijsten met ‘Normale mensen’: tussen Salinger en Snapchat

Sally Rooney.Beeld BELGAIMAGE

Achtentwintig jaar en al twee bestsellers: hoe heeft Sally Rooney dat geflikt? De Ierse auteur verklapt haar inspiratiebronnen en schrijversgeheimen. “Ik tik zo snel als ik denk.”

“Ik heb volstrekt geen verklaring voor mijn succes”, zegt Sally Rooney haast verontschuldigend, terwijl ze van haar muntthee nipt. “En hoe prettig de erkenning ook is: succes is een kwestie van willekeur, wat natuurlijk geweldig frustrerend is voor al die goede auteurs die onopgemerkt blijven.”

Rooney gold al als een van de rijzende sterren aan het literaire firmament sinds haar debuut Conversations with Friends (Gesprekken met vrienden) in 2017 door de literaire kritiek met gejuich werd binnengehaald. Toen een jaar later Normal People (Normale mensen) verscheen, was het pleit beslecht: Sally Rooney kreeg de status van nieuwe literaire superster.

De schrijfster blijft er nuchter onder. “Natuurlijk ben ik overweldigd door alle plotselinge aandacht. Tegelijk heeft het mijn dagelijkse leven nauwelijks beïnvloed. Ik krijg alleen aanzienlijk meer e-mails dan vroeger.”

Het gesprek vindt plaats in een trendy koffiebar in Dublin. Rooney geeft zelfverzekerde, zorgvuldig geformuleerde antwoorden en laat zich niet afleiden door het rumoer en de luide muziek. Ze komt hier vaak, woont om de hoek met haar vriend John Prafiska, een docent wiskunde die weinig met boeken en de literaire wereld heeft. “Wat ik eerlijk gezegd wel relaxed vind.”

‘Ik ben een puur intuïtief schrijver. Als ik al plannen heb, hou ik mij daar doorgaans niet aan en dat vind ik eigenlijk wel een goede zaak’
Sally Rooney

Waarom wilde je Normale mensen schrijven?

Sally Rooney: “Ik had een idee dat ik wilde uitwerken: ik wilde me verdiepen in de communicatie tussen een aantal personages die ik had bedacht. Puur uit nieuwsgierigheid en niet met een publicatie in mijn achterhoofd.”

Wat was de eerste zin die je opschreef?

“Geen idee. Ik was vooral bezig met mijn twee personages, niet met het schrijven van een zin die staat als een huis. De uiteindelijke openingszin van Normale mensen – ‘Marianne doet open als Connell aanbelt’ – geeft iets van de dynamiek tussen de twee weer, maar heeft geen enkele stilis­tische pretentie.”

Hoe ben je op je verhaal gekomen?

“Ik wist dat ik over twee jonge mensen wilde schrijven die ondanks hun jeugdigheid een verleden hadden samen. Via enkele korte verhalen werd dat uiteindelijk een roman.”

Dat Rooneys romans zo vlak na elkaar verschenen, betekent niet dat ze extreem snel schrijft. “Toen ik tijdens het schrijven van Gesprekken met vrienden vast kwam te zitten, ben ik begonnen met twee verhalen die uiteindelijk de opmaat van Normale mensen bleken te zijn. Toen een literair agent belangstelling toonde, heb ik eerst Gesprekken met vrienden afgemaakt. Maar Normale mensen stond al in de steigers. In de praktijk heb ik er twee jaar aan gewerkt.”

Beide boeken zijn gesitueerd in het milieu van Dublinse studenten aan Trinity College. In Gesprekken met vrienden zijn vertelster Frances en haar vriendin Bobbi kunststudenten en performing poets. Ze raken bevriend met de wat oudere fotograaf Melissa en haar vriend Nick, een aantrekkelijke, nooit helemaal doorgebroken acteur.

‘Ironie is een typisch internetding. Mensen zijn er online heel bekwaam in om alles met een grap af te doen. Natuurlijk is dat niet zonder gevaar’
Sally Rooney

Analoge en digitale discussies over de grote en iets minder grote vraagstukken des levens vormen een rode draad in wat uiteindelijk een roman over volwassenwording is. Een stiekeme liefdesrelatie tussen Frances en Nick zorgt ervoor dat het niet bij gesprekken alleen blijft.

Normale mensen is een coming-of-age­roman over twee jonge mensen, Marianne en Connell, die voor elkaar geschapen lijken, maar na periodes van samenzijn toch telkens weer van elkaar afdrijven. Beide boeken excelleren in het invoelbaar en tastbaar maken van complexe gedachten en gevoelens, en het analyseren van subtiele machtsverschuivingen die de aard van relaties definiëren.

Hoe ben je bij uitgeverij Faber terecht­gekomen?

“Mijn agent heeft zeven uitgeverijen een bod laten doen, met Faber als winnaar.”

Heeft je redacteur veel veranderd?

“Mitzi Angel, mijn redacteur, had perfect in de gaten wanneer ik schetsmatig begon te schrijven en ideeën niet echt goed had uitgedacht of uitgewerkt. Op zins- en paragraafniveau heeft ze me erg geholpen. Met de structuur van het boek was ze het gelukkig helemaal eens.”

Hoe zou je je stijl omschrijven?

“Kaal, zakelijk, feitelijk.”

Bij die onopgesmukte, kale stijl past ook haar gewoonte om geen aanhalingstekens te gebruiken wanneer personages sprekend worden opgevoerd. “Ik wil dat de pagina’s in mijn boeken schoon zijn. In Gesprekken met vrienden gebruikte ik een sobere slash in plaats van die veel te formele asterisk om alinea’s van elkaar te onderscheiden. Ook voor al te poëtische formuleringen is geen plaats. Waarschijnlijk is er wel een relatie tussen het minimalistische taalgebruik in het digitale verkeer waarmee ik ben opgegroeid, en mijn stijl van schrijven. Ik ben ook veel minder geïnteresseerd in beschrijvend taalgebruik dan in directe communicatie.”

‘Ik moet er niet aan denken met pen en papier te schrijven en dan dingen te moeten doorstrepen. Die rommel op de pagina!’
Sally Rooney

De dramatische momenten in Rooneys boeken zijn dan ook die waarin de communicatie faalt: situaties waarin de taal tekortschiet in haar pogingen om de werkelijkheid te beschrijven.

“Momenten waarop de communicatie faalt, verschaffen de schrijver het noodzakelijke drama om een verhaal rond op te bouwen. Ik ben minder geïnteresseerd in externe situaties die intermenselijke relaties onder druk kunnen zetten. Wat mij fascineert, zijn de interne situaties: hoe personages psychisch in elkaar zitten, hoe ze dat verwoorden en hoe dat vervolgens kan botsen.”

Hoe schrijf je?

“Op de laptop. Ik typ ongeveer net zo snel als ik denk. Als een zin niet loopt, herschrijf ik hem onmiddellijk. Ik moet er niet aan denken met pen en papier te schrijven en dan dingen te moeten doorstrepen. Die rommel op de pagina! Als ik aan een roman werk, schrijf ik van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Momenteel heb ik al twee maanden bijna niets geschreven, maar ik weet dat dat deel is van het schrijfproces.”

Heb je het weleens opgegeven omdat je dacht dat het niet goed werd?

“Heel vaak! Vooral bij mijn eerste boek was ik er, zelfs toen het bijna voltooid was, van overtuigd dat het een totale mislukking was. Bij het tweede twijfelde ik hevig over hoe het moest eindigen. Als ik Marianne en Connell in de laatste scène diep gelukkig met elkaar zou achterlaten, zou ik het gevoel hebben gehad dat hun leven was afgelopen. Pas na lang twijfelen kon ik het boek afronden.”

Ironie speelt een hoofdrol in Rooneys boeken. Veel van haar personages gebruiken het om zich achter te verschuilen en nergens op aanspreekbaar te zijn. Een van de grappigste voorbeelden komt voor in Gesprekken met vrienden, als Frances tegen haar getrouwde minnaar zegt: “We kunnen wel met elkaar naar bed als je dat wilt, maar je moet beseffen dat ik het alleen ironisch doe.”

Rooney: “Ook van ironie kun je zeggen dat het een typisch internetding is. Mensen zijn er online heel bekwaam in om alles met een grap af te doen. Natuurlijk is dat niet zonder gevaar. Je drukt er je gevoelens mee weg en maakt het moeilijk of onmogelijk werkelijk betekenisvolle relaties aan te gaan. Ironie maakt uiteindelijk intimiteit onmogelijk.”

‘Ik heb veel recensies gehad en ze waren over het algemeen lovend, maar ik moet eerlijk zeggen dat ik er niet veel van heb geleerd’
Sally Rooney

Wie is je grote voorbeeld?

“J.D. Salinger en Carson McCullers. Als tiener las ik die twee en plagieerde ik ze. Zo wilde ik ook schrijven! In die zin was het wel grappig om jaren later de ‘Salinger voor de Snapchat-generatie’ te worden genoemd.”

Wat was de werktitel van Normal People?

Scenes from a Friendship. Maar toen was Conversations with Friends nog niet verschenen en twee boeken met friend in de titel leek me niet zo’n goed idee.”

Wie heeft de uiteindelijke titel bedacht?

“Ik heb wel tien titels overwogen. Op het laatst kwam ik met Normal People, een verwijzing naar een scène waarin Marianne zich afvraagt waarom ze niet als normale mensen kan zijn. Mijn redacteur was meteen enthousiast.”

Hoe belangrijk zijn recensies voor je?

“Toen ik net gepubliceerd was, dacht ik: ik moet openstaan voor kritiek, daar kan ik van leren. Ik heb veel recensies gehad en ze waren over het algemeen lovend, maar ik moet eerlijk zeggen dat ik er niet veel van heb geleerd. Nou ja, ze worden ook niet voor schrijvers geschreven, maar voor lezers. Als auteur heb je meer aan commentaar van collega’s en vrienden.”

Wat is de ergste kritiek die je zou kunnen krijgen?

“Misschien komt het doordat ik nog geen zeer negatieve kritiek heb gekregen, maar ik zou oprecht niet weten wat. Alle kritiek is legitiem.”

Wie is je belangrijkste meelezer?

“Thomas Morris, auteur van We Don’t Know What We’re Doing, die ik als eerstejaars op Trinity College heb leren kennen en met wie ik bevriend ben geraakt. Wij lezen elkaars werk intensief en ik vind zijn commentaar altijd zeer nuttig.”

Werk je met een schema?

“Nee, ik ben een puur intuïtief schrijver. Als ik al plannen heb, hou ik mij daar doorgaans niet aan en dat vind ik eigenlijk wel een goede zaak. Het zijn mijn personages die uitmaken wat er gaat gebeuren. Wanneer ik dialogen schrijf, verzin ik die niet, maar noteer ik wat mijn personages zeggen.”

‘Ik heb twee boeken geschreven, meer dan dat kan ik niet claimen. Fantaseren over een derde boek biedt geen garantie dat het er ook komt’

Wanneer begin je aan je volgende boek?

“Als waar ik nu over nadenk de basis voor een roman zal blijken te zijn, ben ik al begonnen. Zo niet, dan luidt het eerlijke antwoord: geen idee. Ik heb twee boeken geschreven, meer dan dat kan ik niet claimen. Fantaseren over een derde boek biedt geen garantie dat het er ook komt. Ik weet dat ik bepaalde technieken heb ontwikkeld, maar of ik ook een nieuw goed idee heb, zal moeten blijken.

“Na een periode van enkele jaren intensief schrijven zit ik momenteel in een broedfase. Ik weet uit ervaring dat je pas na 20.000 of 30.000 woorden ontdekt of een idee tot een boek zal leiden. Het feit dat ik veel publiciteitswerk voor mijn romans doe, helpt niet. Dat heeft ook te maken met hoe ik in elkaar zit: ik ben een piekeraar. Als ik een interview van een uur doe, zit ik me de rest van de middag op te vreten omdat ik het allemaal zoveel beter had kunnen formuleren.”