Staatsveiligheid geeft tips tegen spionage: 'Ga vooral niet alleen op onderzoek uit’

Brochure Staatsveiligheid© rr

Met een brochure voor het grote publiek hoopt de Staatsveiligheid te voor­komen dat gevoelige info in vijandige handen komt.

Stijn Cools

Hotelkamers vol afluisterapparatuur, nieuwsgierige taxichauffeurs en charmante maar onbetrouwbare gesprekspartners in het buitenland zijn geen fictie. Zelfs relatiegeschenken zijn niet altijd wat ze lijken: een USB-stick bevat mogelijk meer dan alleen leuke promofilmpjes. En een nieuwe smartphone kopen, uitsluitend voor die ene gevoelige reis, is heus geen overbodige luxe.Dat staat te lezen in een nieuwe brochure van de Veiligheid van de Staat (VSSE). Die moet het grote publiek, maar vooral leidinggevenden van bedrijven en publieke instellingen en diplomaten, attent maken op spionage. ‘De dreiging is nog nooit zo groot geweest’, staat in vette letters in de inleiding.

Als een rode draad doorheen de verschillende tips loopt een minimum aan gezond verstand. Gevoelige documenten lezen op openbare plaatsen is echt geen goed idee. Nieuwe medewerkers kunnen maar beter goed gescreend worden. Virtuele vrienden op sociale media zijn niet altijd echte vrienden. En een organisatie die een uitgebreide Who’s who online zet, riskeert te veel informatie prijs te geven.

Achteraan in de brochure staan een contactadres en telefoonnummer. ‘Voor wanneer u het gevoel heeft dat er iets niet klopt en spionage niet kan worden uitgesloten.’ Nog een tip: ‘Ga vooral niet alleen op onderzoek uit.’

Toenemende openheid

De Staatsveiligheid zoekt steeds meer het daglicht op, getuige deze publicatie, die ook online beschikbaar is. Tien jaar geleden was er al een brochure over spionage gemaakt, maar die was alleen beschikbaar voor een select publiek. Vorig jaar werd een brochure over salafisme breed verspreid (‘om te sensibiliseren en helderheid te brengen’) en vorige maand waren er nog publieke aanbevelingen voor een ­cyber­veilige verkiezingscampagne.

Die toenemende openheid en communicatie lijkt haaks te staan op het imago van de inlichtingendiensten als zouden ze in alle discretie opereren. Maar administrateur-generaal Jaak Raes schreef in het voorwoord van het laatste jaarverslag al dat hij een voorstander is van ‘heldere en consequente’ informatie. Onder meer vanuit de redenering dat er zo komaf gemaakt kan worden met bepaalde fabeltjes die de ronde doen. ‘Binnen de grenzen van wat voor een inlichtingendienst aanvaardbaar is natuurlijk.’