Westend61 / Sandra Seckinger

Waarom worden de half miljoen alleenstaande ouders fiscaal afgestraft?

21 maart: het is niet alleen de start van de lente, het is ook de Internationale Dag van de Alleenstaande Ouder. Een dag waarop er al eens op tafel geslagen mag worden. Want extra aandacht voor de positie van alleenstaande ouders is nodig, vindt ervaringsdeskundige Benedikte Van Eeghem, "omdat die in de samenleving fiscaal vaak aan het kortste eind trekken. Onterecht."

opinie
Benedikte Van Eeghem
Benedikte Van Eeghem is communicatiemedewerker bij OCMW Brugge, copywriter, tekstredacteur en blogger. Ze schrijft over de actualiteit, opvoeding, sociale thema's en de dingen die haar 'positief' wakker houden.

Ruim acht jaar geleden werd ik zelf zo’n alleenstaande ouder. De breuk overkwam me, zoals ze veel jonge gezinnen overkomt. Het is een minderheid van de bevolking die bewust voor het statuut van ‘ongehuwde ouder’ kiest. Na een uiteengaan is er een bikkelharde realiteit die langzaam maar zeker insijpelt: je staat er alleen voor. De partner die tot dan toe samen met jou praktische, financiële en andere beslissingen heeft genomen, verdwijnt uit het plaatje. Je moet je een weg banen in een oerwoud van onzekerheid en onduidelijkheid. Dat gaat met tranen, gevloek en slapeloze nachten gepaard. Als de mist optrekt, moet er over een hoop dingen worden beslist: huisvesting, verblijfsregeling voor de kinderen, verdeling van de financiën, verdeling van het huis.

De mallemolen van administratieve verplichtingen dwingt je om vooral niet stil te vallen: je leven moet op koers blijven, dat van de kinderen ook. Die koers aanhouden is mij met vallen en opstaan gelukt. Ik ben niet te beroerd om toe te geven dat een correcte attitude van mijn ex-partner ertoe heeft bijgedragen dat ik het hoofd financieel boven water kon houden. Toen de haat die ik voelde na onze breuk wijlen was, zijn we vrij snel op correcte, zakelijke communicatie overgeschakeld. Alimentatie maakt dat ik vandaag comfortabel kan leven en dat het de kinderen aan niks ontbreekt. In ruil voor die financiële steun engageerde en engageer ik me om de vader te allen tijde te betrekken bij beslissingen over het kroost. Hier geen koude oorlog, geen centen in tweeën bijten op het eind van de maand.

En toch breek ik vandaag een lans voor alle alleenstaande ouders. Omdat ze, ook als ze standhouden en zich gesteund weten door vrienden en familie, nog te vaak botsen op (verdoken) financiële discriminatie. Forfaitaire belastingen zijn er het bekendste voorbeeld van. Neem nu de stads- en de provinciebelasting: die worden berekend per huishouden. Bij ons zijn dat drie personen. Het vergt niet gek veel moeite om te becijferen dat zo’n bedrag meer doorweegt voor een alleenstaande ouder met twee kinderen, dan voor tweeverdieners met één kind: zelfde aantal personen, verschillend budget. De eerste categorie heeft pech, de tweede geluk.

De eerste categorie heeft pech, de tweede geluk

Op grotere schaal hakt de oneerlijkheid er nog forser op in. Zo beschouwt ons land het traditionele gezin met samenwonenden of gehuwden nog steeds als ‘hoeksteen van de maatschappij’. Die hoeksteen wordt op veel vlakken fiscaal bejegend, terwijl alleenstaande ouders – om het boud te zeggen – afgestraft worden. Stel: zo’n alleenstaande ouder kan wegens langdurige ziekte niet meer gaan werken. Hij of zij leeft van een uitkering, op het moment dat het oudste kind de school verlaat en zelf gaat werken.

In de veronderstelling dat het kind thuis blijft wonen, kan de RVA oordelen dat ze voortaan samenwonenden zijn. Gevolg: de uitkering van wie werkloos is, daalt fors. Wil het gezin daaraan ontsnappen, dan moet het op basis van facturen en verdeelsleutels zelf bewijzen dat ze ‘samen wonen onder één dak’ en niet ‘samenwonend’ zijn, met een gelijkwaardig aandeel in de gezinslast (lees hier meer). Doen ze dat niet, dan stuurt de overheid spontaan de hoogste factuur. Alweer: pech.

Dat een steeds groter wordende groep alleenstaande ouders zelf stappen moet zetten voor een fiscaal correcte behandeling, houdt geen steek

Als je op cijfers van het Federaal Planbureau (FPB) afgaat, moeten er stevige vraagtekens geplaatst worden bij zo’n achterhaalde aanpak. Het FPB noteerde in 2018 maar liefst 485.768 eenoudergezinnen in België. Tegen 2050 zullen dat er naar schatting meer dan 560.000 zijn. Dat een steeds groter wordende groep alleenstaande ouders zelf stappen moet zetten voor een fiscaal correcte behandeling, houdt geen steek. Ze kunnen die hete adem in de nek missen, want een kroost in je eentje runnen vergt alles.

Je hebt in een eenoudergezin bitter weinig ademruimte op het eind van de dag. Je hebt lak aan extra kopzorgen. Het is dus aan een overheid om werk te maken van een geactualiseerd en rechtvaardiger belastingmodel, op maat van een veranderende maatschappij. Waardoor die eenoudergezinnen evenveel financiële ademruimte krijgen als alle andere gezinnen met kinderen. 

Wij, de net geen half miljoen alleenstaande ouders in dit land, staan niet écht alleen. We staan er en masse. 

Moeilijk te realiseren? Misschien. Onmogelijk? Dat niet. Alleen al daarom is die Internationale Dag van de Alleenstaande Ouder zo essentieel. Ze maakt duidelijk dat we kwetsbaar zijn en baat hebben bij een gelijkwaardige behandeling. Net daarom rapen we vandaag onze resterende brokken energie samen en slaan we op tafel. Wij, de net geen half miljoen alleenstaande ouders in dit land, staan niet écht alleen. We staan er en masse. Noem ons gerust helden. En voor die helden, zo vinden wij, mogen (fiscale) deuren iets sneller geopend worden.

(met dank aan Carla Dejonghe, voorzitster van vzw All1, voor cijfergegevens & input)

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen