Direct naar artikelinhoud

Verenigde Staten zagen in Guantánamo-Belg mogelijke betrokkene 9/11

Wikileaks heeft nieuwe documenten vrijgegeven rond de twee Belgen die drie jaar lang vastzaten in Guantánamo Bay. Een van hen, Mesut Sen, werd naar de basis overgevlogen omdat hij kort voor 11 september 2001 tweemaal een vliegreis zou hebben gemaakt aan de zijde van de man die Mohammed Atta, aanvoerder van de kapers, zou hebben gerekruteerd.

Vorig weekend startte de klokkenluiderswebsite met de publicatie meer dan 700 documenten over de 779 mannen die ooit werden opgesloten in Guantánamo. Onder hen ook Brusselaar Mesut Sen (31) en Mosa Zemmouri (32) uit Wilrijk. Zemmouri schreef vorig jaar een boek waarin hij de willekeur en de folteringen in de gevangenis aanklaagde. Het WikiLeakslek maakte zijn verhaal aannemelijker. Over meer dan 100 mensen die, veelal vanuit Afghanistan of Pakistan, naar Guantánamo zijn overgevlogen, vroeg de Amerikaanse legerleiding zich in beoordelingsverslagen af wat ze met deze mensen aan moest. Onder de overgevlogenen bevonden zich een kind van 15 en een seniele kankerpatiënt van 89.

Volgens de gisteren vrijgegeven documenten kreeg Zemmouri eind 2000 een opleiding het beruchte Deruntatrainingskamp van Al Qaida in Afghanistan. In zijn beoordelingsverslag wordt Zemmouri omschreven als een ‘high risk-gevangene’, omdat hij bij zijn arrestatie begin 2002 een kaart op zak had met een boodschap van Osama bin Laden. Die riep daarin alle moslims op “de vijand te doden, waar je hem ook kunt vinden”. Volgens het beoordelingsverslag was Zemmouri “een getrainde strijder van Al Qaida”. Zemmouri werd niettemin samen met Sen in 2005 terug naar België gevlogen en kortstondig in beschuldiging gesteld door het federale parket, maar uiteindelijk werden ze allebei vrijgelaten.

Brussels jeugdcentrum

Het beoordelingsverslag voor Memut Sen, zoon van een Turkse groentehandelaar uit Schaarbeek, laat zien hoe hij in oktober 2000 naar Afghanistan reisde en tijdens de vlucht van Hamburg naar Peshawar (Pakistan) naast Mohamed Haydar Zammar zat. Die wordt door de Amerikaanse autoriteiten gezien als de man die Mohammed Atta rekruteerde voor Al Qaida. Van Atta wordt verondersteld dat hij het vliegtuig bestuurde dat op 11 september 2001 in New York tegen de eerste WTC-toren aanvloog. Volgens het rapport reisden Zammar en Sen nog een tweede keer zij aan zij, van de Verenigde Arabische Emiraten naar Karachi in Pakistan. Sen zou in Kandahar een religieuze opleiding hebben gevolgd.

Het verslag laat zien dat de Amerikanen hem vooral willen uithoren over zijn reis vanuit Hamburg, maar ook over “activiteiten en personeel van het jeugdcentrum in Brussel” en “activiteiten en personeel van het centrum Al Bukhari, Zuidstation Brussel”. Het gaat hier meer dan vermoedelijk om de vereniging Al Imam Al-Boukhari in de Fabriekstraat nabij het Brusselse Zuidstation. Voor zover bekend, werd het centrum nooit eerder genoemd in dossiers rond moslimextremisme.

Sen werd begin 2004 door de gevangenisleiding in Guantánamo omschreven als “operationeel in het internationale terreurnetwerk van Al Qaida” en “van middelmatig informatieve waarde”. Sem wordt ook ten kwade geduid dat hij “in het gezicht van een bewaker heeft gespuwd”.