Direct naar artikelinhoud

'Waarom ANC? Madiba is heilig'

In de sloppenwijken van Johannesburg groeit de ergernis over de koers van het regerende ANC, de partij die Zuid-Afrika verloste van de apartheid maar daarna vooral haar trouwe kaders beloonde.

"Kom", zegt Paulina Noma tegen de buurtkinderen, "we gaan een kasteel bouwen. Of een mooi groot huis." De vaalroze legoblokjes op de grond voor haar woning zijn nog niet genoeg voor een minischuurtje, maar dat geeft niet. Als 'Auntie Paulina' zegt dat er een kasteel gaat komen, zal het gebeuren ook.

Ook de 58-jarige Noma gelooft in deze tijdelijke droom. Trouwens, een mooi echt huisje heeft ze zelf al. Ze laat het ons vol trots zien, voor de gelegenheid ook nog eens gekleed in een T-shirt met de afbeelding van haar president, een lachende Jacob Zuma. Want aan die man tenslotte, of in elk geval aan zijn ANC, de regeringspartij in Zuid-Afrika, heeft ze het huis te danken.

"Eerst woonde ik in een hostel", vertelt ze. "Bed naast bed, vrouwen alleen bij vrouwen. Geen leuke tijd. Maar mijn regering heeft ervoor gezorgd dat mijn familie en ik het beter hebben gekregen. Goed, soms valt de elektriciteit uit, maar dat komt overal in de stad voor." Paulina Noma heeft weinig te klagen.

"Kijk, dit is mijn keuken." Het is een kleine open ruimte, maar wel met een elektrisch fornuis en een magnetron. "En hier is mijn slaapkamer, waar ik vredig slaap." Ze wijst nog twee ruimtes aan, en legt dan haar vinger bij een rozenkrans aan de muur, naast een plaatje van de vorige paus, Johannes Paulus II. Daaronder, meent Paulina, is ruimte voor de afbeelding van nog een 'heilige'.

'Onbaatzuchtige strijd'

Het is Madiba, zoals zij Nelson Mandela, de eerste president van het vrije Zuid-Afrika, bij zijn clannaam noemt. "Madiba is een heilige; hij is voor ons een held en een vader. Ik weet niet wat er in Mangaung allemaal zal gebeuren, maar dankzij Madiba weet ik in mijn hart dat ik altijd voor het ANC zal blijven stemmen."

In Mangaung, het vroegere Bloemfontein, vond honderd jaar geleden de oprichting van het ANC plaats. Deze week beleeft de partij er een van de belangrijkste conferenties uit haar geschiedenis. Er wordt een nieuwe partijvoorzitter verkozen, die dan bij de landelijke verkiezingen in 2014 vrijwel zeker de ANC-kandidaat en dus ook vrijwel zeker de nieuwe president van Zuid-Afrika zal worden. Maar er speelt meer.

"Met Mangaung", zei Zuma tijdens de opening van het congres - een bijeenkomst waar harde woorden zullen vallen en vooral ook klinkende munt onder tafel zal gaan om de verkiezingen te beïnvloeden -"gaan we de tweede fase in, waarin we onze aandacht zullen verleggen naar het bereiken van betekenisvolle sociaaleconomische vrijheid."

Het lijkt wollige politieke taal. Maar Zuma kan moeilijk anders. Mensen als Julius Malema, de inmiddels uit het ANC gezette ex-leider van de Jeugdliga, zouden liever van een 'tweede revolutie' spreken. Aan de andere kant kan de huidige president, die vurig hoopt herkozen te worden en daartoe ook een goede kans lijkt te maken, niet meer om mildere critici heen, die eveneens zeggen dat het ANC zichzelf voor een deel opnieuw zal moeten uitvinden, of anders kiezers zal verliezen.

Een 'tweede fase' dus. Op de spandoeken voor het feest van het 100-jarige bestaan kan het ANC nog verkondigen dat het honderd jaar van "onbaatzuchtige strijd" aan het vieren is. Maar voor- en tegenstanders zijn het erover eens dat die onbaatzuchtigheid van ooit al een poos geleden is omgeslagen is in een beleid dat de trouwe kaders beloont, maar dat vooral de massa arme zwarte en vaak jeugdige werklozen - het electoraat van de toekomst - soms bitter weinig heeft weten te bieden.

Open riolen en cholera

Dat blijkt op plekken als Marathon, een zogeheten 'squatters camp' van tamelijk vormeloze nederzettingen, dat aan de rand van een snelweg door Johannesburg lijkt neergekwakt. De stroom valt er nooit uit, want er is geen stroom. De tienduizend bewoners hebben een paar waterputten weten te slaan en mobiele toiletten neergezet van het ironische merk B-One, "Wees Eén". Overal ligt vuil dat nergens wordt opgehaald. Het open riool is een bron van mogelijke ziektes, zoals cholera.

Lenard Matolotolo woont al bijna vijftien jaar in Marathon. Tot voor kort verdiende hij wat als schilder-dagloner, maar nu het bedrijfje waarvoor hij werkte geen baan meer voor hem heeft, heeft hij de laatste pot verf gebruikt om de halfgescheurde latten onder zijn lekkende dak een likje lichtblauw te geven. Zijn grootste bezit lijkt een brede, doorgezakte fauteuil, vanwaaruit hij ruim zicht heeft op de leegte van zijn eigen toekomst.

Matolotolo en zijn sloppenvrienden gingen persoonlijk langs bij een van de hoogste ANC-bazen, Tokyo Sexwale, om over hun mensonwaardige bestaan te klagen. Ze wachten nog steeds op een tegenbezoek. "Als wij het ANC onze klachten toevertrouwen", zegt Matolotolo, "dan verwachten we dat het ANC er iets aan doet. Als dat niet gebeurt, hoe kunnen ze dan denken dat we een volgende keer nog voor hen zullen stemmen?"

Als de mensen uit Marathon in Mangaung zouden zijn, zo meent hij, "dan zou misschien van de tienduizend inwoners hier er maar eentje op het ANC stemmen." Tegelijkertijd geeft hij toe dat hij al jaren onder erbarmelijke omstandigheden leeft en eerder toch steeds, net als de meeste andere arme zwarten, koos voor de partij die hen in 1994 verloste van de apartheid, en burgerlijke vrijheden en minstens in naam democratie bracht.

Op die mensen, een meerderheid van de Zuid-Afrikaanse bevolking, zal het ANC nog wel even kunnen rekenen. Maar dat nog altijd veel werk nodig is voor "het bereiken van een betekenisvolle sociaaleconomische vrijheid" staat buiten kijf. En in 2014 zal het krotje van Lenard Matolotolo minstens weer aan een nieuwe laag verf toe zijn.