Direct naar artikelinhoud

Erfgenamen weigeren echte Warhol te erkennen uit eigenbelang

NEW YORK l Een Amerikaanse cineast heeft een rechtszaak aangespannen tegen de beheerders van de nalatenschap van Andy Warhol. Die zouden weigeren een zelfportret van de kunstenaar als authentiek te erkennen, waardoor de huidige eigenaar het niet kan verkopen. Laatstgenoemde beschuldigt de erven Warhol ervan de markt te manipuleren.

door Dirk Steenhaut

Volgens filmmaker Joe Simon-Whelan, die al jaren in Londen woont, handelt de Warholcommissie, die werken van de kunstenaar het 'certificaat van echtheid' moet verlenen, bewust te kwader trouw. Door sommige zeefdrukken als vervalsingen af te doen tracht ze kunsthandelaars en particulieren ertoe te bewegen uitsluitend werken uit haar eigen Warholcollectie te kopen, met een miljardenwinst als resultaat. "Niemand kan vandaag de dag een Warhol verhandelen zonder dat die door de Andy Warholstichting als 'authentiek' is erkend", zegt hij.

Simon-Whelan onderneemt juridische stappen nadat een ongetiteld zelfportret met perzikkleurige achtergrond uit 1964, dat hij in 1989 kocht voor 195.000 dollar, tot twee keer toe door de echtheidscommissie werd afgekeurd. Sindsdien noemt Simon-Whelan de bewuste zeefdruk Double Denied, verwijzend naar de rode afwijzingsstempels die de erven Warhol achterop het canvas aanbrachten.

De eigenaar houdt de authenticiteit van het zelfportret staande. In de rand bevat het potloodnotities van wijlen Fred Hughes, die een tijdlang Warhols belangen behartigde, met de tekst: "I certify that this is an original painting by Andy Warhol, completed by him in 1964." Voorts werden aan de commissie brieven voorgelegd van fotograaf Billy Name en cineast Paul Morrissey, die destijds actief waren in The Factory, Warhols atelier. Allebei bevestigen ze de echtheid van het gewraakte werk.

Door de afwijzing door de commissie kan Simon-Whelan de zeefdruk niet verkopen voor 2 miljoen dollar, zoals eerst gepland. Via de rechter eist hij nu een schadevergoeding ter waarde van het tienvoudige van dat bedrag. De Warhol Foundation weigert voorlopig iedere commentaar.

De prijzen van Warhols werk op de kunstmarkten van New York en Londen zijn de jongste jaren spectaculair gestegen. Green Car Crash en Lemon Marilyn gingen respectievelijk van de hand voor 72 en 28 miljoen dollar.

Het probleem met Andy Warhols werk is dat het zich ophoudt in de grijze zone tussen kunst en massaproductie. Bovendien vallen zeefdrukken van iconen of alledaagse voorwerpen heel makkelijk na te maken, waardoor het uiterst moeilijk is het kaf van het koren te scheiden.