Direct naar artikelinhoud

'Dit doet ongelooflijk veel pijn'

Tweede in Parijs-Roubaix. Elke jonge snaak van 24 zou een gat in de lucht springen. Sep Vanmarcke barstte in tranen uit. 'Ik weet dat ik trots moet zijn. Maar als je zo dicht bij de overwinning komt in een van de grote klassieke monumenten, doet dat pijn. Heel veel pijn.'

Niet te tellen waren ze, de mensenharten die Sep Vanmarcke brak op en rond de Vélodrome. De eerste tranen vloeiden al in de seconden nadat hij als tweede de finish had overschreden. En ze stopten maar niet. Interview na interview snotterde Vanmarcke zich door de vragen en figuurlijke schouderklopjes heen. Sep en zijn zes jaar oudere broer Ken omhelsden elkaarminutenlang op het zonnige gazon van het middenplein. De kus en knuffel van vriendin Pauline troffen amper doel. "Ik weet dat ik trots moet zijn. Maar dit doet zo ongelooflijk veel pijn."

Honderden keren nog zal hij de komende dagen en nachten op 'rewind' drukken in zijn hoofd. En de spurt tegen Cancellara analyseren. Wat vorig jaar in de Omloop in een rechtstreeks duel met Tom Boonen miraculeus lukte, liep nu af met een sisser. "Toen ik op kop de piste opdraaide, had ik hoop en zelfvertrouwen te koop. Veel fouten heb ik niet gemaakt, denk ik. Fabian pokerde, ik ook. Hij stuurde aan op een surplace, maar zover wilde ik het niet laten komen. Ik dacht dat ik hem in de tang had. Al had ik nog van iets dichter moeten aanzetten. Ik had wel kracht genoeg, maar in de laatste vijftig meter voelde ik hem komen. Toen hij alsnog over me heen kwam, stortte mijn wereld in."

Of Vanmarcke niet te veel werk verzette op weg naar Roubaix, kon je je afvragen. Onze landgenoot ging opvallend gretig in op de koersdrang van Cancellara. "Ik putte enorm veel mentale kracht uit het feit dat ik hem op Carrefour de l'Arbre als enige kon volgen", klonk het. "En uit de vaststelling dat hij me er in de slotfase niet af kreeg - ook al was het daar heel nipt. Toen begon ik er echt in te geloven. En dat geloof groeide met de kilometer. Ik nam vol over, omdat ik niet wist hoe groot onze voorsprong was en minstens tweede wilde worden." Hij had er op voorhand ook willen voor tekenen, gaf Vanmarcke toe. "Maar als je zo dicht komt in dit wielermonument, een van de grootste en mooiste klassieke koersen ter wereld... Pijnlijk."

Keihard werken

Het had ook de beloning kunnen en moeten zijn voor weken keihard werken. Na een zware val in Tirreno-Adriatico, waarbij hij een scheurtje opliep in de slijmbeurs van de knie, leek Vanmarckes voorjaar namelijk compleet om zeep. Maar hij knokte terug, op zijn stilaan gekende verbeten manier. Uren sleet hij met broer Ken in het zwembad en de fitness en op het kabinet van kine Lieven Maesschalck.

"Tot die val was mijn voorbereiding perfect. Ik wist dat ik klaar zou zijn voor een sterk voorjaar. Maar plots viel alles in het water. Parijs-Roubaix was nog mijn enige redding, besefte ik. Dus kopieerde ik mijn winter en deed ik er alles aan om klaar te geraken. De Vlaamse klassiekers zijn echt wel mijn koersen. Hiervoor ben ik renner geworden. Natuurlijk ben ik nog jong. En komt mijn tijd nog wel. Maar ik koop er niks mee. Véél liever had ik vandaag al Parijs-Roubaix gewonnen."