Direct naar artikelinhoud

In je blootje op het internet

'Het wordt tijd dat mensen stoppen met denken dat het internet een magische wereld is.' Clo Willaerts, internetspecialiste en auteur van Altijd naakt, Manage je identiteit online, maakt het haar missie mensen te tonen hoe het er online aan toe gaat. En neemt in één moeite door de verdediging van Facebook en Google op zich. Sjoukje Smedts

Ze deelt van alles en nog wat over zichzelf op Twitter, Facebook en LinkedIn, maar op haar deurbel in meatspace - de echte wereld dus - staat niet eens haar naam. "Bnox zou toch al wat moeten weggeven", lacht Clo Willaerts (42). Bnox - voorheen Babynox - is het alter ego dat Willaerts meer dan tien jaar geleden koos en waarmee ze sindsdien het internet afschuimt. Lange tijd ging het goed met dat online leven, maar nu is Willaerts boos. Boos om wat er op dat geliefde internet van haar allemaal gebeurt.

"De Facebookpagina over de 'Antwerpse hoeren', waarop jonge meisjes te kijk werden gezet, was er een te veel", vertelt de internetspecialiste. "Die reflex om iemand te straffen door iets dat privé was publiek te maken, daar word ik zo kwaad van." Maar er is iets waar Willaerts zich nog meer aan stoort. Dat het onder andere Facebook en Google zijn die de schuld krijgen telkens zulke haatpagina's opduiken. "Let op, Facebook wordt af en toe terecht met de vinger gewezen. Het is toch al te gemakkelijk om te zeggen dat het menselijke gedrag waarvoor computers en smartphones worden misbruikt de schuld is van evil empireszoals Google en Facebook. Intellectuele luiheid is het, beweren dat die twee bedrijven de problemen veroorzaken die ontstaan omdat ons leven op het internet zo verweven is met het echte leven."

Misschien is er beterschap op komst, want online een lekker anoniem leventje leiden, zit er steeds minder in. "Het internet is niet langer die plaats waar dingen kunnen die in het echte leven niet mogelijk zijn", stelt Willaert.

Moeten we blij zijn dat mensen minder anoniem zijn op het internet of niet?

"Ik ben er nog niet helemaal uit. Voor mensen die liefde zoeken op datingsites is het zeker een goede zaak. Zij moeten er niet langer veel te laat achterkomen dat hun nieuwe partner eigenlijk getrouwd is. Maar minder anonimiteit op het internet betekent ook dat mensen niet langer onder een schuilnaam kunnen experimenteren, bijvoorbeeld omdat ze nog uitzoeken wat hun seksuele voorkeur is.

"Als je op Instagram of Spotify een account wil aanmaken, kan je al niet meer anders dan inloggen via Facebook. Ook Google wil ondertussen een platform zijn waar je je identiteit aan toevertrouwt. Zowel Facebook als Google krijgen zo een heel machtige positie. Alleen al uit de hevigheid waarop ze elkaar op dat vlak aanvallen, leid ik af dat er veel geld te verdienen is met de identiteit van mensen."

Is het geen probleem dat we het opheffen van de anonimiteit op het internet overlaten aan commerciële bedrijven?

"Het is nu eenmaal zo dat het een aantal grote Amerikaanse bedrijven is dat dit soort diensten aanbiedt. Ja, dat heeft nadelen. Omdat Amerikaanse bedrijven zich heel anders gedragen dan Europese ondernemingen, zeker als het op privacy aankomt. Maar, wie anders kan een miljard mensen iets gelijkaardigs aanbieden? Het alternatief is dat je het aan overheden overlaat. Of aan organisaties waarvan we de agenda niet kennen. Dat lijkt me nog verontrustender. Bedrijven als Facebook en Google kun je tenminste nog op het matje roepen."

Ondertussen geven ze ons surfgedrag wel door aan adverteerders.

"Het wordt tijd dat mensen stoppen met denken dat het internet een magische wereld is waarin dingen gebeuren zonder dat je ze hoeft te begrijpen. Velen vinden het toch nog altijd normaal dat bijvoorbeeld een bedrijf als YouTube ervoor zorgt dat je de hele dag filmpjes kunt bekijken. Wie daarachter zit, wie dat onderhoudt, wie daar voldoende bandbreedte voor voorziet? Daar staan ze niet bij stil. Wel, het is naïef om te denken dat daar gratis voor wordt gezorgd. There is no such thing as a free lunch. If you can't see the free lunch, yóu are the lunch."

Google gaat wel zo ver dat het meeleest in e-mails die je stuurt via Gmail.

"Google verzekert wel dat er niemand meeleest en dat hun systeem automatisch sleutelwoorden oppikt. Dan nog kan dat verregaande gevolgen hebben. Stel je maar voor dat je borstkanker krijgt en daar via Gmail over mailt met je dokter. Dan kan het dat je even later plots advertenties voor pruiken te zien krijgt. Ik kan me voorstellen dat je daar liever niet mee wordt geconfronteerd."

Geldt het principe van de free lunchhier volgens u dan ook?

"Toen ik vorige week voor een groep ingenieurs in spe ging praten, vertelden de mannelijke studenten me zonder verpinken dat ze een tweede browser hebben. Op die browser zetten ze alle cookies uit omdat ze hem alleen gebruiken voor internetactiviteiten waar ze niet aan herinnerd willen worden. Andere mensen moeten er nog aan wennen dat ze op het internet altijd worden bekeken als ze de cookies niet uitschakelen. Daardoor worden niet alleen zoekresultaten, maar ook advertenties afgestemd op hun interesses. Eigenlijk moeten we dat toejuichen."

Zegt een dame die op haar brievenbus plakte dat ze geen reclame wilt.

"Omdat die reclame niet is afgestemd op mijn interesses. Die blaadjes staan vol producten waar ik niet van wakker lig. Maar op het internet is gerichte reclame gewoon nodig om een aantal dingen gratis te houden. Vroeger dacht ik ook dat ik jongeren moest beschermen tegen het feit dat commerciële bedrijven hen online zien als een product. Dat blijkt toch niet nodig. Je mag niet vergeten dat jongeren vroeger ook al werden aangesproken, bijvoorbeeld door banken die zwaaiden met sporttassen of festivaltickets. Jongeren waren toen al slim genoeg om te beseffen dat die geschenken een doel hadden. Ook nu zijn jonge mensen niet zo naïef als we denken."

U schrijft nochtans dat jongeren niet zoveel mediawijsheid bezitten als mensen hen toedichten.

"Dat jongeren een commerciële deal herkennen betekent nog niet dat ze mediawijs zijn. Zij vinden iets op Facebook zetten namelijk even normaal als iemand iets vertellen terwijl ze op de bus wachten. Alleen is de kans veel kleiner dat een weetje dat je deelt aan bushalte wordt gedeeld. Een digitaal weetje gaat veel gemakkelijker een eigen leven leiden. Daar staan jongeren niet bij stil. Zij zien internet als een vluchtig medium, omdat het lijkt dat Facebookberichten en tweets snel voorbij flitsen."

Maakt dat u soms bang, bijvoorbeeld omdat u zelf kinderen hebt?

"Ik ben niet zo'n helikoptermoeder die de browsergeschiedenis van haar kinderen bekijkt. Onze computer stond vroeger wel in de woonkamer, waardoor ik toch met een scheef oog kon volgen als er iets verdacht gebeurde. Ondertussen hebben mijn kinderen voor zichzelf uitgemaakt hoever ze willen gaan op het internet. Mijn zestienjarige zoon weigert bijvoorbeeld Facebook te gebruiken. Hij zit in het gamecircuit en dat is een van de weinige online bastions waar een schuilnaam nog belangrijk is. Maar mijn zoon is ook nog aan het uitzoeken wie hij is en dat wil hij niet op Facebook documenteren. Bij mijn veertienjarige dochter ligt het anders. Zij heeft net een Facebookprofiel aangemaakt, want als ze op school kwam, kreeg ze het gevoel dat er informele communicatie was geweest die zij had gemist. Heel herkenbaar."

Verwittigde u haar dat mensen kenmerken van haar kunnen afleiden op basis van haar onlinevrienden?

"Zeg mij wie je vrienden zijn en ik zal je zeggen wie je bent? Dat is al een oud gezegde. Dat hoeft niet eng te zijn, al is het dat in sommige gevallen wel. Als verzekeringsmaatschappijen een algoritme op je online vriendennetwerk loslaten bijvoorbeeld. Als veel van je vrienden te boek staan als slechte betalers, krijg jij daarom misschien ook geen verzekering. In de Verenigde Staten bestaan er al firma's die onder andere de sociale media gebruiken om in te schatten of mensen kredietwaardig zijn."

Gebeurt dat in ons land dan nooit?

"Als bedrijven in België dezelfde technieken toepassen, zullen ze het alleszins nooit toegeven. Hoewel je in ons land verplicht bent om iemand op de hoogte te brengen als je iemands persoonsgegevens verzamelt en bijhoudt. Bovendien moet je daar toestemming voor vragen en de persoon in kwestie de kans geven om de informatie die je over hem vond aan te passen of te verwijderen. Maar, België is zo'n belachelijk kleine markt dat ik me niet kan voorstellen dat het loslaten van algoritmes op mensen hun vriendenkring iets kan opbrengen. Het buikgevoel van de bankier zal hier meer renderen."

Zouden Belgische bedrijven het echt kunnen laten om iemand na te trekken nu zovelen met hun echte naam een online leven leiden?

"Tijdens sollicitatieprocedures raadplegen bedrijven zeker sociale media. Ze kijken na of hun sollicitante dezelfde voruw is die op Twitter altijd over haar ex klaagt. Of of de man die ze net zagen dezelfde is als de persoon die op Facebook meldt dat de medicatie niet aanslaat en hij daarom nog altijd last heeft van paniekaanvallen. Maar dat je daardoor een baan misloopt, zul je nooit officieel te horen krijgen. Het toont wel dat iedereen ondertussen bijna verplicht is om zijn imago te beheren."

Of om ervoor te zorgen geen sporen na te laten op het internet. Waarom raadt u totale online afwezigheid toch af?

"De kans is inderdaad groter dat je een baan niet krijgt omdat je met een joint in je mondhoek op je Facebookprofiel te zien bent dan dat je door een werkgever wordt geweigerd omdat je geen Facebookprofiel hebt. De helft van de Belgen die online actief zijn, zitten tenslotte niet op Facebook. Maar als je aanwezig bent op sociale media is de kans groot dat mensen je sneller zullen vertrouwen. Ik weet dat het raar klinkt, maar het schept vertrouwen dat je eerst online kunt nagaan of iemand 'menselijk' is, nog voor je hem of haar in het echt ontmoet. Dan weet je tenminste dat hij of zij niets te verbergen heeft."

Zoals Anders Breivik, ook niet actief op sociale media, iets te verbergen had?

"Het gaat natuurlijk niet op om de redenering om te draaien en te stellen dat iedereen die de sociale media niet gebruikt een psychopaat is. Net zoals het niet opgaat om te verkondigen dat het menselijke gedrag al veranderde door de komst van sociale media. Zoiets verandert niet op een paar generaties, zelfs niet in tijden van internet. Trouwens, de sociale controle die zich nu afspeelt op sociale media werd vroeger opgenomen door de huismoeders die achter hun sanseverias mompelden dat de de rokjes van de voorbijgangers te kort waren."

U schrijft wel over gedragsverandering door de komst van little brothers, mensen die alles wat ze zien of doen online vastleggen.

"Ik weet niet wat ik het ongemakkelijkste vind: de vijftienjarigen die een smartphone hebben en daarmee alles kunnen registreren en online zetten. Of de huisvrouwen je vanachter hun raam volgden. Wie het doet, veranderde. Dat het gebeurt, is jammer genoeg gewoon des mensen. Al komen er zo ook wel dingen aan het licht die anders verborgen blijven. Dat iemand het moeilijk heeft met een scheiding bijvoorbeeld. Daar wordt op Facebook soms mooi op ingepikt."

Gebruikt u sociale media ook als zo'n uitlaatklep?

"Mijn problemen zijn waarschijnlijk dezelfde als die van anderen, ik denk niet dat ik hen of mezelf help door ze te delen. Al waren er een paar momenten in mijn leven waarop ik dankzij de sociale media het gevoel had dat er een hele bende mensen achter mij stond. Ik ben bijvoorbeeld ooit aangereden door een vrachtwagen en ik ben er nog altijd van overtuigd dat die chauffeur dat met opzet deed. Meteen na het ongeval had ik dus het gevoel dat iemand net had geprobeerd me te vermoorden. Met trillende vingers heb ik op Twitter gezet wat er was gebeurd. Er kwamen onmiddellijk reacties met concrete tips. Die reacties kwamen zo snel en waren zo hevig, ik sta er nog van te kijken. Mensen die actief zijn op sociale media hebben dus altijd een hulplijn. Of misschien wel vijftig hulplijnen. Je kunt dan zeggen dat ze daardoor afleren om zelf na te denken. Ach, toen de rekenmachines van Texas Instruments opdoken, dachten mensen ook dat kinderen massaal dommer zouden worden.

"Naar aanleiding van mijn huwelijk merk ik nu opnieuw dat mijn volgers er voor me zijn. Hartverwarmend."

Vindt u het dan niet erg dat iedereen na een minuut online zoeken weet dat u trouwt en met wie, waar en wanneer?

"Daardoor had je toch meteen een ijsbreker toen je binnenkwam? Zo creëren mensen ook zelf kansen om meer gesprekken te voeren als ze het even wat moeilijker hebben. Dat iemand hen er dan met een online boodschap bovenop kan helpen, dat is goud waard. Noem mij naïef, maar ik geloof daar heel erg in."

Altijd naakt, Manage je identiteit online, Clo Willaerts, uitgegeven bij Lannoo