Direct naar artikelinhoud

Lek legt Amerikaanse nonchalance bij droneaanvallen bloot

Twee jaar geleden lekte Edward Snowden geheime NSA-documenten. Nu richt een andere klokkenluider zijn pijlen op het droneprogramma van Obama.

Net nu de Amerikaanse regering haar missie in Afghanistan verlengt tot na 2016, staat een tweede Snowden op om de ontbrekende pagina's van het Amerikaanse droneprogramma bloot te leggen. De droneaanvallen op terroristische doelwitten blijken het beoogde doel wel heel vaak te missen.

Uit het eerste deel van het lek, met een gigantische hoeveelheid documenten van vluchten tussen 2011 en 2013, moet blijken dat Obama geregeld maskeert dat er burgerdoden vallen bij drone-aanvallen. Dieptepunt is operatie Haymaker. Ongeveer 90 procent van de mensen die daarbij in vijf maanden tijd door Amerikaanse drones werden gedood, bleken geen geviseerde doelwitten, maar onschuldige Afghaanse burgers.

Die aantallen worden ook niet op een juiste manier door de Amerikaanse overheid naar buiten gebracht. Het aantal niet-beoogde doden zou kunstmatig laag worden gehouden door niet-geïdentificeerde doden aan te duiden als vijand, terwijl ze aanvankelijk dus geen doelwit waren. Tussen januari 2012 en februari 2013 vielen in Afghanistan tweehonderd doden van wie er slechts 35 op de lijst stonden van verdachte personen. "Het plaatsen van mensen op lijsten, hen nummers geven én de doodstraf zonder enige kennisgeving, was van meet af aan verkeerd", zegt de klokkenluider.

De documenten tonen aan dat het Pentagon zelf toegaf dat een deel van de bombardementen is gebaseerd op 'onbetrouwbare informatie' die er vermoedelijk zelfs voor zorgde dat enkele Amerikanen omkwamen bij drone-aanvallen. "Als zo'n aanval meer dan één persoon doodt, is er geen garantie dat al die mensen dat lot verdienden", zegt de klokkenluider. "Het is een enorme gok."

Speciale eenheden zouden ook te snel hun boekje te buiten gaan. Een groep Amerikaanse militairen die in Afghanistan de opdracht had gekregen om strijders van Al Qaida en de taliban uit te schakelen, bleken ook leden van andere strijdgroepen aan te vallen en te doden.

Simkaarten

De 'Drone Papers' onthullen ook een niet eerder onthulde techniek om doelwitten op te sporen. De explosieven die vanaf drones worden afgevuurd, zijn niet altijd ingesteld op het vinden van mensen, maar op de simkaarten van bepaalde personen. Op het moment dat een mobiele telefoon met een geregistreerde simkaart aangaat, kan een drone de simkaart opsporen. Wie op dat moment de telefoon bezit, wordt automatisch het doelwit.

De 'Drone Papers' zijn gepubliceerd op The Intercept, het journalistieke project dat werd opgericht door onder meer Glenn Greenwald, de journalist die eerder naar buiten trad met de gelekte Snowden-gegevens. De informatie komt van één enkele anonieme klokkenluider. Die wilde de documenten vrijgeven omdat hij "gelooft dat het publiek het recht heeft om de manier te weten waarop mensen op slachtofferlijsten worden gezet", klinkt het op de site. "Ze worden vermoord op bevel van de hoogste regionen van de Amerikaanse regering."

"Wij laten dit gebeuren", besluit de klokkenluider. "En met 'wij' bedoel ik iedere Amerikaanse burger die nu toegang heeft tot deze informatie, maar niets onderneemt."