Direct naar artikelinhoud

DNA verklikt kankers

Met de resultaten van een uitzonderlijk omvangrijk kankeronderzoek bij 200.000 mensen, kunnen artsen borst-, eierstok- en prostaatkanker sneller ontdekken. Onderzoekers identificeerden tachtig nieuwe stukjes DNA die verhoogde risico's verraden.

Honderden genen spelen een rol in het ontstaan van kanker. Of iemand kanker krijgt valt dan ook deels af te lezen uit die genen. Die specifieke informatie is voorlopig wel nog weinig ontgonnen terrein. Maar een internationale en unieke samenwerking tussen kankeronderzoekers heeft nu meer dan tachtig 'regio's' in ons DNA gevonden die iemands risico op borst-, prostaat- en eierstokkanker vergroten. Daarvoor is in veertig landen het DNA van 100.000 kankerpatiënten vergeleken met dat van 100.000 gezonde mensen. Het is de eerste keer dat dit soort onderzoek op zo'n grote schaal wordt uitgevoerd.

De resultaten verschijnen in de beste wetenschappelijke vakbladen zoals Nature Genetics. "Het onderzoek toont hoe complex kanker is. Toch zijn we er nu in geslaagd veel meer te ontdekken over hoe drie soorten kankers ontstaan", zegt geneticus Diether Lambrechts (VIB/KU Leuven) die het Belgische coördineerde luik coördineerde. Daarin is DNA van 5.000 mensen gescreend op borst-en eierstokkanker.

Begrijpen waarom sommige mensen een groter risico op kanker hebben dan anderen, is heel cruciaal. Het onderzoek opent perspectieven om sneller kanker op te sporen en om de ziekte aan te vallen in het allervroegste stadium en zo de kans op overleven te verhogen. "Dat kan nu al dankzij genetische screening. Op erg lange termijn kan deze nieuwe kennis leiden tot betere behandelingen", zegt Lambrechts.

Effect combineren

De wetenschappers gingen op zoek naar genetische afwijkingen, zogenaamde 'single nucleotide polymorphisms' (SNP's), die een verhoogd risico geven op kanker.

Tot nu waren voor borstkanker een tiental van die stukjes riskant DNA bekend. Nu zijn er daar 49 bijgekomen. Sommige daarvan bevinden zich in regio's die ook betrokken zijn in andere kankers. Dit wijst erop dat ze aan de basis kunnen liggen van een algemener mechanisme in het ontstaan van kanker. Voor eierstokkanker zijn 9 nieuwe SNP's geïdentificeerd. Voor prostaatkanker zijn 26 nieuwe SNP's geïdentificeerd, waarvan 20 geassocieerd zijn met de ziekte in zijn meest aggressieve en levensbedreigende vorm.

Lambrecht: "Het is erg belangrijk dat we zoveel SNP's ontdekt hebben. Het gevolg is dat we het effect van al die stukjes DNA kunnen combineren. Eén enkele SNP verhoogt het risico op kanker minimaal. Maar bij sommige mensen vonden de onderzoekers veel SNP's."

Het verhoogde risico ontstaat omdat de SNP's de controlefunctie op het gedrag van genen verstoren. Lambrechts legt uit: "Een normale cel in ons lichaam staat onder controle zodat ze niet ongebreideld groeit. Bepaalde genen zorgen daarvoor. Maar de genen die een stukje DNA bevatten dat wij hebben ontdekt als een van die kanker-SNP's slagen daar niet in. De rem van de cel werkt in dat geval minder en zo onstaat sneller kanker."

Wie de 67 nu bekende SNP's voor borstkanker heeft, loopt bijvoorbeeld een drie keer hogere kans op de aandoening. "Vijf procent van de vrouwen is in dat geval", zegt Lambrechts. Voor eierstok- en prostaatkanker zijn die percentages lager.

Betere screening

Door de cummulatie van de SNP's in te schatten krijgen artsen een beter beeld van de mogelijke risico's. Daardoor kun je beter voorspellen wie kanker zal krijgen en de ziekte dus sneller opsporen." Een preciezere en snellere screening is volgens Lambrechts dan ook het belangrijkste gevolg van de studie. "In ons land ondergaan vrouwen tussen hun vijftigste en zeventigste een gratis borstkankerscreening, maar sommige vrouwen krijgen de ziekte al op hun 35ste. Wij pleiten er nu voor om de screenings vroeger te starten en te combineren met een DNA-onderzoek op basis van de SNP's, zodat we meer gericht en sneller borstkanker kunnen voorspellen en de schade kunnen inperken", zegt Lambrechts.

Dat geldt ook voor mannen met een risico op prostaatkanker. De 26 nieuwe SNP's die in verband zijn gebracht met de ziekte laten toe tests op te zetten om mannen te identificeren met een heel hoog risico op prostaatkanker. Door ook die groep genetisch te screenen, kan het aantal mannen dat sterft aan prostaatkanker dalen. Vandaag sterft een op de zes aan deze kanker.