Matchwinnaar Kevin Vandenbergh: ‘Het beste van Eupen moet nog komen’

Kevin Vandenbergh ontpopte zich op Sclessin als matchwinnaar. De 27-jarige spits scoorde binnen het eerste halfuur twee keer. Zijn tweede dubbel dit seizoen na die tegen STVV.

Vandenbergh beschreef om te beginnen zijn twee goals. “De eerste was er eentje uit mijn register. Voet ertussen, tegenstander afhouden, draaien en schieten. Bij de tweede goal raakte ik de doelpoging van Milicevic slechts heel lichtjes. Net genoeg om de doelman te verrassen, want anders zou de bal niet binnen zijn gegaan. Slecht op mij verdedigd van Standard? Dat is hun zorg.”

“De druk lag bij Standard, dat moest winnen”, vervolgde Vandenbergh. “Wij kwamen naar hier om iets te tonen. Natuurlijk overstijgt het resultaat de verwachtingen. Maar we hebben de overwinning niet gestolen. Zouden we trouwens ook niet gedaan hebben, mochten we op Cercle een punt hebben gepakt en vorige week thuis tegen Lierse de drie. Naar het einde toe kregen we het moeilijk. Logisch, aangezien Standard met een bijkomende spits steeds meer druk begon te zetten. In die fase van de match hebben onze eendracht en organisatie de doorslag gegeven.”

De spelers van Eupen kregen na afloop een staande ovatie van het thuispubliek. “Nooit eerder meegemaakt”, aldus Vandenbergh. “Komt natuurlijk omdat we Eupen zijn. Ik ben ooit met Racing Genk op Sclessin komen winnen, maar de perceptie en de reactie waren totaal anders. Toen werden we uitgefloten (lacht).

De tweede zege van Eupen, de eerste buitenshuis, sterkt Vandenbergh in zijn overtuiging dat Eupen allesbehalve een vogel voor de kat is. “Er is veel veranderd met de komst van Albert Cartier als coach. Hij is veeleisend, maar in tegenstelling met Capuano (de voorganger van de Cartier, red.) slaat zijn werkwijze aan. Iedereen aanvaardt de inspanningen die hij ons oplegt omdat het de prijs is die we moeten betalen om ons behoud in eerste klasse te verzekeren. Er wordt hard gewerkt, maar de coach overdrijft niet. De vrees dat we op een bepaald ogenblik uitgeblust riskeren te zijn, is ongegrond. Het collectief functioneert gaandeweg beter. Het beste van Eupen moet nog komen.”