Direct naar artikelinhoud

Kinderen van de jungle

De verzworen teen van Navid (10), de wilde ogen van Said (15), het donzen snorretje van Farid (13): het zijn drie beelden die je maar niet loslaten, na een bezoek aan de jungle van Calais. Navid is bang. Said is gek geworden. En Farid is doodop. Ze zijn jong en helemaal alleen. Ze overleven. Nipt.

Calais, 8 oktober 2016, de 'jungle'. Nog negen dagen en dan gaat alles hier plat. Ook de houten barak waarin Navid slaapt, met al zijn kleren aan, op een gore slaapmat vol kringen, onder een plakkerig deken met luipaardmotief. "Ik ben zo bang 's nachts, ik slaap meestal alleen." zegt Navid aan onze tolk, Shakir.

De jongen van tien verbijt de tranen, kijkt dan naar een punt in de verte en hoest. Hij rochelt als een kettingroker, heeft de blik van een oude, moede man. Shakir kijkt ons aan. "Dit is erg", zegt hij. "Mijn hart bloedt." Hij staakt even zijn vertaling uit het Farsi (Afghaans) en wrijft de tienjarige Navid over zijn kortgeschoren kopje. "Rustig maar."

Navid wijst naar zijn rechtervoet. "Pijn." Zegt hij. "Mag ik eens kijken?", vraagt Shakir, en hij helpt de jongen uit zijn te nauwe basketschoenen. We zien een verzworen teen, de nagel is weg. "Hoe komt dat?" vraagt Shakir. Navid slikt. "Een paar dagen geleden probeerde ik in een vrachtwagen te klimmen. Ik ben gevallen." Shakir vraagt: "Ontsmettingsmiddel, hebben we dat bij?" Neen dus. En Navid wil niet naar de medische post. "Ik ga even geen vragen stellen", zegt Shakir. "Dit grijpt me enorm aan, een landgenoot die zo afziet. En zo jong is."

Shakir vluchtte ooit zelf uit Afghanistan, woont nu vijf jaar in Gent en is vrijwilliger bij de vzw Humain. De vzw is een consortium van vrijwilligers uit Antwerpen, Gent, Oostende en Brussel. Ze ontmoetten elkaar in het 'oude' Duinkerke-kamp van 'Grande-Synthe'. Nu komen ze vooral in actie al ze merken dat de overheid faalt. Hun focus ligt op Calais én op de niet-begeleide minderjarigen.

Bebloede messen

Met Patrick en Sofie van vzw Humain trokken we vorige zaterdag het kamp van Calais binnen, met achterin de camionette 200 eieren, 25 liter melk en 10 kilogram bloem, voor pannenkoeken. "We doen niet enkel aan voedselbedeling. We willen vooral de kinderen bereiken", zegt Sofie. "Hun situatie is momenteel zo precair, we moeten hen nabij zijn", zegt Patrick.

De vrijwilligers maken beslag, bakken en delen uit, in de buurt van Hummingbird, een Britse vzw die minderjarigen opvangt, met hen tekent en schildert, én praat, als ze dat willen.

Snel vormt zich een rij voor de minibuitenkeuken. Eén jongen valt op. Said. Hij schuift eerst aan en loopt dan weg, wiekend met zijn armen. Hij krijst. Zijn ogen vallen op, zijn verdwaasde blik. Hij snelt op een Britse vrijwilligster af. "You are so beautiful", roept hij, grijpt haar vast, hardhandig. Ze wrikt zich los. "Kalm Said, kalm." Hij spurt weg. "Het effect van qat", zucht de Britse. "Said heeft een ongelooflijke tocht achter de rug, hij verblijft hier alleen, is vijftien jaar oud. Het gaat slecht met hem. Hij heeft dringend psychologische hulp nodig. Intussen is hij verslaafd. Qat is dé drug van de jongeren hier, om de opgelopen trauma's te vergeten. Kijk in hun tenten, overal vind je het spul." Said is intussen op het dak geklommen van een hut verderop. "Kom naar beneden", horen we roepen in het Engels. Said lacht, steeds luider, hysterisch.

Navid wil geen pannenkoeken. Hij heeft net gegeten, rijst en bonen, in de kid's bar om de hoek. Daar hadden we hem ook gevonden, naast de snookertafel, zwaaiend met een keu. "Hij is de jongste van het kamp", weten de uitbaters van de kid's bar. Vier maanden geleden kwam Navid met zijn neef van twaalf in Calais aan. Twee maanden terug vond de neef een vrachtwagen en vertrok. Zonder Navid. "Ik heb mijn familie al vier maanden niet gehoord", zucht de jongen aan het einde van ons gesprek. Wat als hij de keuze had: terug naar vader en moeder, of naar Londen? Hij antwoordt ferm: "Londen, Londen, Londen." De mantra van alle niet-begeleide jongeren hier. Er is geen weg terug.

Na het gesprek toont Navid ons zijn slaapplek. "Hij is heel bang 's nachts", vertaalt Shakir. "Hij heeft al zware gevechten meegemaakt in het kamp. Hij ziet die beelden de hele tijd. Van messen met bloed aan."

Omgekeerd leven

In de kid's bar, op een oude lederen bank, zit de dertienjarige Farid, constant in de weer met zijn smartphone. Hij zoekt via Facebook naar contacten in Londen. Hij is vol goede moed, zegt hij, maar hij ziet er uitgeput uit. Hij leeft omgekeerd. Overdag slapen, 's nachts proberen oversteken. Vijf dagen is hij hier, waarvan drie dagen alleen bezig met vrachtwagens zoeken. "Gisteren probeerde ik het twee keer na elkaar. Helaas."

Farid is er amper dertien, wrijft vaak over zijn prille pubersnor. Waarom hij alleen naar hier kwam, vraagt Shakir. Waarop Farid, smalend. "Komaan, waarom stel jij deze vraag? Waarom deed jij het vijf jaar geleden?"