Direct naar artikelinhoud

Politieke impasse blijft compleet

Het rapport dat de twee voorzitters van de highlevelgroep overhandigden aan bemiddelaars Danny Pieters (N-VA) en André Flahaut (PS), bevat één grote conclusie: begin met de fiscale autonomie, want dat is het grootste knelpunt. Inhoudelijk zijn de zeven partijen nauwelijks dichter naar elkaar gegroeid. De impasse blijft dus totaal.

BRUSSEL

Het rapport bevat geen enkele consensus over hoe de financieringswet gewijzigd moet worden, de 15 pagina’s reiken enkel uiteenlopende modellen aan. ‘Nu is het aan anderen om knopen door te hakken’, vat covoorzitter Jan Jambon (N-VA) samen.

Het rapport, dat ongeveer 15 pagina’s telt, werd gisteren overhandigd “op gezag van de twee voorzitters”, dus niet ondertekend door alle leden van de groep. Die kregen het verslag overigens pas ’s avonds per koerier overhandigd, opdat er enkel een papieren versie zou circuleren.

Aanvatten doet het rapport met een interpretatie van de twaalf principes die in augustus werden vastgelegd door de zeven partijvoorzitters. Het gaat dan onder meer om een toename van de fiscale autonomie van de deelstaten, het vermijden van deloyale belastingconcurrentie, het behoud van de progressiviteit van de belastingschalen, het garanderen van een leefbare federale overheid, responsabilisering, enzovoort.

“Die fase van interpretatie en definiëring was behoorlijk belangrijk om een aantal misverstanden uit de weg te ruimen”, geeft Koen Van den Heuvel (CD&V) aan. “Zo waren de Franstaligen bang dat de Vlamingen de progressiviteit wilden afschaffen, maar dat was absoluut niet het geval.”

Personenbelasting

Na een definiëring van de twaalf principes worden de visies van de verschillende delegaties uiteengezet, zonder dat ze bij naam genoemd worden. Na elk onderwerp volgt er een korte conclusie, het rapport eindigt met een algemene conclusie. “Wie nu ook het initiatief neemt, de bemiddelaars of de twee tenoren, het belangrijkste is dat het grootste knelpunt eerst wordt opgelost. Alle andere problemen zijn afgeleiden”, verduidelijkt covoorzitter Jan Jambon (N-VA). Dat knelpunt is de fiscale autonomie.

De Vlaamse partijen willen de gewesten eigen inkomsten geven, de Franstaligen zijn daar niet happig op en zweren bij het systeem van de dotaties aan de deelstaten. “Iedereen is het erover eens dat de deelstaten meer geld moeten krijgen”, vat covoorzitter Jean-Claude Marcourt (PS) samen, “maar de vraag is hoe.”

De Franstaligen zouden wel een beperkte vorm van financiële autonomie willen toestaan. De gewesten beschikken nu al over de mogelijkheid om opcentiemen te heffen of kortingen toe te staan op de personenbelasting. De marge bedraagt nu 6,75 procent en zou kunnen worden opgetrokken tot 10 procent. De Vlamingen willen echter echte fiscale autonomie voor de deelstaten, waarbij ze zelf zouden instaan voor de inning van belastingen.

“Om eventuele eigen inkomsten te realiseren, blijven er voor de deelstaten vier belastingstelsels over: de personenbelasting, de vennootschapsbelasting, de accijnzen en de BTW”, legt Jambon uit. “PS, cdH en Ecolo zijn à la limite bereid om de accijnzen en de BTW op het onroerend goed over te hevelen naar de deelstaten, maar willen niet raken aan de personen- en zeker niet aan de vennootschapsbelasting.”

Verdeelsleutel

Toch is het precies die personenbelasting die N-VA, CD&V, sp.a en Groen! deels willen regionaliseren, maar de gradatie van regionalisering verschilt. Als het van de socialisten en de groenen afhangt, blijft het leeuwendeel federaal. CD&V wil “om en bij de” 50 procent naar Vlaanderen versassen zodat Vlaanderen een eigen tarief kan hanteren, in concreto alle gewestdotaties die nu al verdeeld worden op basis van de personenbelasting plus eventueel die voor de nieuwe bevoegdheden.

N-VA daarentegen neemt de verdeelsleutel die momenteel wordt gebruikt om de gemeenschapsdotaties uit te reiken als uitgangspunt. “Dat komt neer op 16,5 miljard euro dat naar Vlaanderen gaat. Volgens onze berekening int Vlaanderen dan voor tweederde zijn eigen inkomsten via de personenbelasting en komt een derde van het geld nog uit de federale kas”, besluit Jambon.