Direct naar artikelinhoud

Allemaal dezelfde, allemaal anders

De Nederlandse studie naar millennials legt een aantal opmerkelijke overeenkomsten bloot tussen generatiegenoten wereldwijd. Nochtans kunnen de verschillen tegelijk erg groot zijn. 'Dezelfde welstand betekent niet hetzelfde denken.'

Twee baby's worden op dezelfde dag in hetzelfde jaar geboren aan de andere kant van de wereld. Dat die baby's opgroeiden tot volwassenen met een enigszins tot radicaal verschillend waardenpatroon, was tot twintig jaar geleden geheel vanzelfsprekend.

Waarom zou dat bij jongeren die tussen 1980 en 2000 geboren zijn, opeens anders zijn? De karaktereigenschappen van de millennial, in 2001 opgeschreven door de Amerikaanse generatieonderzoekers Neil Howe en William Strauss in hun boek Millennials Rising, zijn op de VS gebaseerd, maar wereldwijd toegepast. Het ging hier immers om de eerste volwassen kinderen van de globalisering, de eerste kinderen van the cloud, een vanwege hun omvang en koopkracht voor bedrijven hoogst interessante groep.

Dat de vrije markt en internet zouden leiden een global village en wereldwijde jongeren cultuur, is een in Europa en de VS breed gedeelde gedachte. Het Motivaction-onderzoek zet vraagtekens bij die gedachte omdat het aantoont dat dat 'op elkaar lijken' en 'van elkaar verschillen' hand in hand kunnen gaan dat mensen uit landen die hetzelfde welstandsniveau bereiken als Amerikanen en Europeanen, niet vanzelfsprekend hetzelfde gaan denken.

Het boek van Neil en Strauss typeert millennials als beschermd opgevoed, zichzelf speciaal voelend, goede samenwerkers, maar ook gezagsgetrouwer dan voorgaande generaties en ambitieus.

Neil Howe vindt nog steeds dat deze kenmerken wereldwijd van toepassing zijn. "Dat speciale en beschermde, maar ook het zelfvertrouwen, zie je evengoed in China, waar millennials de generatie van de kleine heersertjes wordt genoemd."

Hij vindt de verschillen vooral gradueel. In Azië hechten jongeren meer waarde aan familie, maar ook hier is de protestcultuur van weleer grotendeels weggeëbd. Wie had toen kunnen denken dat de twintigers van nu bewondering zouden opbrengen voor The Rolling Stones, of Bob Dylan - muziek van hun ouders?

Voorstander van Poetin

Daar zit iets in, het is in elk geval niet zo dat millennials uit de verschillende windstreken lijnrecht tegenover elkaar staan. Toch blijft het slikken voor de sociaal netwerkende millennials als een kennis uit India, van wie je weet dat ze over alle Disneyfilms mee kan praten, het ondertussen ook belangrijk vindt om 'zo blank mogelijk te zijn'. Of als een Russische studievriend een voorstander van Poetin blijkt. Vanuit progressief Europees perspectief is dat volstrekt onlogisch.

Martijn Lampert van Motivaction zoekt de verklaring voor dit soort culturele verschillen in het verschil tussen landen die wel en landen die niet de studentenrevolte en culturele omslag van 1968/69 hebben meegemaakt en landen waar dat niet zo is, of waar die zoals in China, bloedig werd neergeslagen.

Zij hebben niet dezelfde protestcultuur gekend en hechten daardoor niet evenveel belang aan democratie, gelijkheid van mannen en vrouwen, homorechten en grote scepsis ten aanzien van nationalisme.

Dat het nationalisme in Azië en Rusland zo welig tiert, is volgens Haroon Sheikh het gevolg van het culturele en ideologische vacuüm van de afgelopen decennia. Sheikh (34) promoveerde op het behoud van lokale tradities in moderne economieën, en geeft colleges over de opkomst van Azië maar doet ook marktonderzoek voor het consultancybedrijf Dasym.

In Rusland is de jeugd juist opgeroeid in de verwarrende de jaren negentig en in China in de overgangsperiode tussen communisme en het huidige autoritaire staatskapitalisme, dat officieel nog communisme heet.

De ongebreidelde trots op de economische vooruitgang verklaart volgens Sheikh het sterke materialisme. Waar de ouders van Europese en Amerikaanse twintigers vaak welvarender zijn dan hun kinderen en hen waar nodig financieel kunnen ondersteunen, hebben Chinese ouders nog hongersnoden meegemaakt.

Sheikh denkt dat Europese millennials weldegelijk met een strategie moeten komen om economisch te kunnen blijven concurreren met de vooruitgangsdrift van hun leeftijdgenoten elders ter wereld. "Onze grote kracht is creativiteit, maar om mee te blijven doen moet daar een beter verdienmodel bij."

Neil Howe vindt het vooral 'interessant' dat de economische groei in veel opkomende economieën hand in hand gaat met populariteit van en geloof in grote leiders, ook onder jongeren: Poetin en Xi, maar ook Modi in India. "Dat kan een constructieve kracht zijn, maar ook een destructieve."

Maar Howe is banger voor een andere tweedeling binnen deze leeftijdsgroep: de grotere kloof tussen het hoog opgeleide het minder hoog opgeleide deel van de millennials.