Tony Martin, uitdager van Cancellara: 'Ik wil nú wereldkampioen worden'

Ronde van de Algarve, Parijs-Nice, Ronde van Baskenland, Dauphiné Libéré, Tour én Vuelta. In elk van deze prestigieuze rittenkoersen won Tony Martin dit seizoen de tijdrit, wat hem 'en surplus' ook de eindzeges opleverde in Algarve en Parijs-Nice. Zijn enige nederlaag tegen de klok liep hij op in het Duits kampioenschap, tegen Bert Grabsch.

Logisch dus dat het 26-jarige blok beton uit Cottbus vandaag in het WK tijdrijden voor eliterenners van start gaat als grote favoriet. Martin verliet de loodzware Vuelta halfweg, om zich in zijn Zwitserse thuishaven in alle rust te kunnen voorbereiden op 'De Grote Dag'.

"Na de Tour zette ik mijn fiets een paar weken aan de kant en kostte het me alle moeite van de wereld om mijn motor opnieuw op het juiste toerental te krijgen. Dat wilde ik nu koste wat het kost vermijden", zegt Martin. "De kunst was om mijn lichaam te ontspannen en tegelijk toch onder de juiste spanning te houden. Dat is me gelukt. Ik ben er klaar voor. Ik roep het al een heel jaar en wijk er nu niet meer van af: ik wil absoluut wereldkampioen tijdrijden worden."

Technisch parcours

Klare taal van Martin, die na de verkenning van het WK-traject weliswaar geen vreugdedans maakt. "Té technisch, niet 100 procent mijn ding", vindt hij. "Die bochten zijn er voor een rouleur als ik, die lange rechte stukken nodig heeft om goed onder stoom te geraken, een beetje te veel aan. Het gaat nooit meer dan drie kilometer rechtdoor. Dat had ik liever anders gezien. Maar met de conditie waarover ik beschik mag dat geen onoverkomelijke klip worden."