Direct naar artikelinhoud

Overheid en tv pakken samen bouwfraude aan

Van onafgewerkte huizen vol fabricagefouten tot malafide aannemers die plots met de noorderzon verdwijnen: bouwen en verbouwen loopt niet altijd van een leien dakje. Om komaf te maken met dergelijke mistoestanden werkt de Federale Overheidsdienst Economie voortaan structureel samen met het op stapel staande vtm-programma Red mijn huis.

FOD Economie en vtm-programma ‘Red mijn huis’ willen komaf maken met bouwellende

‘Heel wat mensen die problemen hebben bij het bouwen, weten niet waar ze met hun klachten terecht kunnen’, klinkt het bij de FOD Economie. ‘Daarom willen wij in de toekomst een coördinerende rol spelen.’

Tom en Sudha, een jong, kroostrijk koppel uit het Vlaams-Brabantse Landen, besluiten twee jaar geleden sleutel-op-de-deur te bouwen. Daarvoor gaan ze in zee met een goed gekwalificeerde bouwfirma uit Gavere. Twee jaar en meer dan 180.000 euro later zit het koppel echter opgescheept met een onafgewerkt huis vol fabricagefouten: van een scheef gegoten betonplaat tot het ontbreken van elke degelijke waterafvoer. Bovendien verdween de aannemer ergens onderweg met de noorderzon. Niet zonder nog zes andere gezinnen met bouwplannen in dezelfde verkaveling voor tienduizenden euro’s aan voorschotten op te lichten. “Echte gangsterpraktijken”, klaagt Tom in de eerste aflevering van het nieuwe vtm-programma Red mijn huis, vanaf morgen op het scherm.

“99 procent van de Vlaamse bouwmarkt gaat correct te werk, maar wij vonden het noodzakelijk om te focussen op de malafide kant van de sector”, zegt Philippe Smets. In Red mijn huis gaat hij samen met Pascale Naessens op zoek naar de uitwassen van bouwovertredingen en verleent hij hulp aan de gedupeerden van bouwfraude. “Van plots failliete aannemers die met de voorschotten gaan lopen, tot flagrante blunders door prutsende beginners die er niets van bakken: ik ben zelf geschrokken van sommige schrijnende gevallen. Wij willen die wanpraktijken aan de kaak stellen en de ravage bij de slachtoffers herstellen.”

“Het gebeurt helaas regelmatig dat een aannemer vaandelvlucht pleegt, de voorschotten opstrijkt en plots verdwijnt”, zegt Geert Coene van de Verzoeningscommissie Bouw, die technische geschillen behandelt tussen particulieren of instellingen van sociale huisvesting enerzijds en aannemers en architecten anderzijds. Sinds de oprichting in 2002 werd de commissie al meer dan 9.000 keer gecontacteerd. Vorig jaar ontving ze 2.278 klachten. “Wij krijgen ieder jaar flink wat klachten van misnoegde bouwers of verbouwers, of het nu gaat om problemen met de ruwbouw een slechte isolatie of vochtproblemen of om gemengde problemen bijvoorbeeld een losrakende parketvloer door een verkeerd gegoten betonplaat. Vaak weten die mensen echter niet waar ze terecht kunnen met hun grieven. Het is dan ook een erg versnipperde bevoegdheid.”

Om gedupeerde bouwers en verbouwers voortaan duidelijker wegwijs te maken, heeft de Federale Overheidsdienst Economie, op initiatief van minister van Ondernemen en Vereenvoudigen Vincent Van Quickenborne (Open Vld), beslist om structureel samen te werken met de makers van Red mijn huis. “Veel mensen ondervinden problemen bij het bouwen en verbouwen”, zegt Chantal De Pauw van de FOD Economie. “Malafide personen waarmee een contract wordt afgesloten, fouten in het bouwproces, regelrechte oplichting, noem maar op. Helaas weten de meeste slachtoffers niet waar ze met hun klachten terecht kunnen. Daarom willen wij een coördinerende rol spelen, zeker omdat we verwachten dat er veel reactie zal komen op Red mijn huis. Wij willen een luisterend oor bieden en aan kandidaat-bouwers praktische en preventieve tips geven bij eventuele bouwproblemen.”

Red mijn huis behandelt zeven gevallen, in acht afleveringen gegoten. “Na elke aflevering buigt een team van specialisten, samengesteld uit ambtenaren van de FOD Economie en specialisten uit de bouwsector, zich over de gemelde vragen”, aldus De Pauw. “Wij zullen zelf niet alle problemen kunnen oplossen, maar willen wel iedereen advies geven en doorverwijzen naar de bevoegde instanties. Samen met onder meer de Vereniging van Architecten, de Confederatie voor de Bouw en het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf willen wij op die manier een soort ombudsdienst vormen die klachten over bouwproblemen aanpakt.”