Direct naar artikelinhoud

Huiszoekingen bij Belfius en Dexia

Het Brusselse gerecht heeft eind september een reeks huiszoekingen laten uitvoeren bij Dexia en Belfius. Ze passen in een gerechtelijk onderzoek naar het verspreiden van valse of misleidende koersgevoelige informatie over het aandeel-Dexia, tussen 2008 en 2011.

Het onderzoek ging van start nadat advocaat Geert Lenssens van advocatenkantoor SQ Law in opdracht van een aantal privébeleggers in 2011 een klacht had ingediend bij het Brusselse parket. Dat bevestigt zowel het parket van Brussel, als de woordvoersters van beide banken, na berichtgeving daarover in De Standaard. Lenssens is tevens de advocaat die ook optreed voor een aantal Arcocoöperanten.

De beleggers in deze zaak voelen zich misleid door de communicatie van de Dexiabank in de periode van de bankencrisis in 2008 tot de ontmanteling en opsplitsing van Dexia in 2011. Het onderzoek wordt voorlopig gevoerd tegen 'onbekenden' en niet tegen Dexia of Belfius als rechtspersoonlijkheden zelf.

Volgens de klagers hebben Dexia en zijn bestuurders tussen 2008 en 2011 de toestand van de bank positiever voorgesteld dan die was. Dat is bijna een blauwdruk van het onderzoek tegen Fortis. In die zaak vroeg het Brusselse parket in februari 2013 aan de raadkamer om zeven gewezen Fortiskopstukken, onder wie de vroegere CEO Jean-Paul Votron en ex-voorzitter Maurice Lippens, naar de strafrechter te verwijzen, onder meer wegens koersmanipulatie.

Bij Dexia is het nog niet zo ver. Dexia en Belfius bevestigen de huiszoekingen, maar benadrukken dat het onderzoek niets te maken heeft met de twee banken in hun huidige vorm.

Bij de huiszoekingen zijn volgens het parket documenten en elektronische data in beslag genomen. Er werd voorlopig niemand aangehouden.

Of het dossier een uitloper krijgt in de zaak Arco is ook niet uitgemaakt. Waarnemers kunnen oordelen dat de Arcocoöperanten ook schade hebben geleden onder de misleidende communicatie van Dexia, waarin Arco zijn kapitaal had geparkeerd.