Direct naar artikelinhoud

Blair in poleposition voor hoogste EU-post

Er is Tony Blair en er zijn de anderen. Al maanden is de vroegere Britse premier de koploper in de race naar het EU-presidentschap. Maar zou hij ook de beste president zijn? Sommigen roemen hem om zijn sterrenstatus en internationale standing. Anderen tillen erg zwaar aan het feit dat hij uit een land van eurosceptici komt. En dan is er ook nog de oorlog in Irak, waarmee hij de rest van Europa tegen zich in het harnas joeg.

De speculaties rond Tony Blair (56) doen al jaren de ronde. Officieel kandidaat heeft hij zich (nog) niet gesteld, maar afgelopen zomer kwam wel het eerste echte teken dat hij een job als EU-president ziet zitten. Baroness Kinnock, staatssecretaris voor Europa in de Britse regering, zei dat Groot-Brittannië Blair zou steunen omdat de man een sterk karakter had en de status nodig om van zijn job een succes te maken. “Ik zeg niet dat er enige formele bevestiging is geweest van Tony, maar dit is zeker het standpunt van de regering. En ik ben zeker dat die geen positie zou innemen zonder hem eerst te consulteren.”

Steun van Madrid en Rome

Blair is topfavoriet, zo blijkt uit de resultaten van gokkantoren als Ladbrokes en Paddypower. Hij staat mijlen voor op de Nederlander Jan Peter Balkenende en de Luxemburger Jean-Claude Juncker. Het grote voordeel van de Brit is natuurlijk dat hij wereldwijd bekend is, politiek op gelijke voet staat met veel wereldleiders en daardoor onmiddellijk credibiliteit kan geven aan de job van EU-president. Blair heeft niet alleen de steun van Groot-Brittannië en Ierland. Ook de Spaanse premier Rodriguez Zapatero zou de man wel zien zitten omdat die hem heeft gesteund in de strijd tegen het Baskisch terrorisme in zijn land, onder meer door hulp bij het tot stand brengen van een staakt-het-vuren met de ETA, in 2006. En afgelopen week zei ook de Italiaanse premier Silvio Berlusconi dat hij in Blair de man zag die Europa zou leiden. Mijn favoriete kandidaat, noemde Berlusconi hem. “Hij heeft de juiste referenties”, schreef de premier woensdag in de krant Il Foglio. “Hij moet de post krijgen zo snel als legaal en politiek mogelijk is.”

Banden met VS

Tony Blair is sinds 2007 premier af. Tegenwoordig toert hij de wereld rond en geeft hij voor veel geld toespraken. Tegelijk is hij vredesgezant voor het Midden-Oosten, een post die bij veel Europeanen de wenkbrauwen deed fronsen: was Blair immers niet de eerste om zich achter de Irakpolitiek van de voormalige president George W. Bush te scharen en een oorlog in dat land te beginnen? Kritiekloos, zonder zich goed te informeren of er wel massavernietigingswapens aanwezig waren in dat land? Voor de Franse socialisten is dat zowat het grootste bezwaar tegen zijn kandidatuur. “De eerste president van de Europese Unie moet politiek autonoom zijn van de Verenigde Staten”, liet François Hollande, de voormalige leider van de Parti Socaliste, zich al ontvallen. Terwijl Blair achter de schermen al aan zijn campagne werkt (en de vraag of hij zich officieel kandidaat zal stellen handig ontwijkt), heeft zich langzaam maar zeker overal een groep gevormd die zich verenigd in één strijd: die tegen Blair als EU-president. Federalisten vinden dat de job niet naar hem mag gaan. Blair is immers een Brit en Groot-Brittannië is het land dat zich tegen de euro verzet en het Schengenakkoord niet wilde tekenen. Socialisten zien hem als de man die het socialisme in Groot-Brittannië heeft verraden en Labour te veel naar rechts heeft opgeschoven. Zelfs in eigen land is er verdeeldheid. De regering-Brown steunt Blair wel, maar de eurosceptische conservatieven van David Cameron, die naar verwachting de verkiezingen van volgend jaar zullen winnen, vinden dat hij als sterke president Europa een veel te grote uitstraling zou geven. De Tory’s hebben het er nog steeds moeilijk mee dat de Britten geen referendum konden houden over het verdrag van Lissabon. Brown heeft het verdrag in november 2008 zonder volksraadpleging ondertekend. En tegen dat de Tory’s aan de macht zijn, is het verdrag wellicht al geratificeerd. “En dan moeten we een Blair accepteren als een soort intergalactische woordvoerder voor Europa”, vond de conservatieve Londense burgemeester Boris Johnson. Waarnemers vrezen voor een voortdurende strijd tussen Blair en Cameron als de eerste EU-president wordt en de tweede premier van Groot-Brittannië. En er is nog onzekerheid, met name in het kamp van de Duitse kanselier Angela Merkel. Berlijn wil niets van Blair weten, opnieuw vanwege de Irakoorlog en ook omdat hij Groot-Brittannië tijdens zijn premierschap niet verder in Europa kon of wilde integreren. “Hij is goed in het geven van toespraken”, zei Michael Gahler, Europarlementslid voor de CDU van Merkel, in de Britse krant The Times. Merkel zelf heeft zich niet uitgesproken verzet tegen Blairs kandidatuur. Bijzonder groot is ook de tegenstand in de Benelux. België, Nederland en Luxemburg hebben een soort profiel opgesteld van de toekomstige president en die maakte korte metten van de kandidatuur van Blair, zonder hem evenwel bij naam te noemen. “Het is eigenlijk een directe verwijzing naar Blair als een ongeschikte kandidaat voor de job omdat Groot-Brittannië niet het volledige EU-beleid onderschrijft”, zei een diplomaat onlangs aan persbureau Reuters. De voormalige Belgische minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht zei een jaar geleden in een impliciet verzet tegen Blair dat de voorzitter van de Europese Raad niet afkomstig mocht zijn uit een lidstaat die “de euro, het charter van de grondrechten of de Schengenruimte links laat liggen”. België heeft met Guy Verhofstadt en Herman Van Rompuy zelf twee mogelijke kandidaten en Brussel is de spaak die Blair ooit in het wiel heeft gestoken bij de Belgische kandidaten nog niet vergeten. Tot twee keer toe torpedeerden de Britten een Belgische kandidatuur. In 1994 werd Jean-Luc Dehaene slachtoffer van een veto van de toenmalige Britse premier John Major voor de opvolging van Jacques Delors als Commissievoorzitter. En in 2004 was het Verhofstadt zelf die een veto kreeg van Blair voor de opvolging van Commissievoorzitter Romano Prodi. Blair bestempelde Verhofstadt als iemand die te federalistisch was en zich te sterk had geprofileerd tegen de oorlog in Irak.

Ster nu al tanend?

Maar wie weet maakt Blair wel hetzelfde mee als Verhofstadt indertijd. Net als hij was Verhofstadt een hele tijd topfavoriet en leek hij de benoeming al op zak te hebben, voor het Britse njet hem kelderde. Dat Blairs ster misschien wel al daalt, blijkt uit de uitspraak van de Franse president Sarkozy, die iets minder klinkend is in zijn lofbetuigingen. “Het is nog te vroeg om daarover te spreken”, zei de man afgelopen week. “Er moet een discussie komen met als belangrijkste stelling: moeten we een sterke en charismatische president hebben of net een president die het gemakkelijker maakt om een consensus te vinden? Persoonlijk ben ik voor een politiek sterk Europa. Maar het feit dat Groot-Brittannië niet in de eurozone zit, blijft een probleem.”