Direct naar artikelinhoud

Wat Elio Di Rupo ook doet, in Vlaanderen is het nooit goed

De kritiek die Elio Di Rupo in het noorden te verduren krijgt, nemen de Franstaligen collectief op zich.

Ze wonen hier al jaren en spreken beter Nederlands dan onze premier, maar toch moeten minderjarige leerlingen zonder papieren weg van school." Met die woorden ging Terzake van afgelopen vrijdag van start. Daarna volgde een reportage over de ontreddering van twee Afghaanse adolescenten die met uitzetting bedreigd werden na een verblijf van jaren in Vlaanderen. Een verblijf dat van hen jonge Vlamingen zoals anderen gemaakt heeft, of toch bijna.

Ik moet toegeven dat ik behoorlijk schrok van die woorden. Nooit eerder hoorde ik zo'n manifeste illustratie van de gigantische kloof tussen de perceptie van de eerste minister in Vlaanderen, waar het zinnetje bijna onopgemerkt passeert, en die in het Franstalige landsgedeelte, waar het een schandaal zou veroorzaken. De vergelijking tussen het Nederlands van die jongeren en dat van de premier komt des te wreder over in het zuiden van het land omdat Elio Di Rupo zelf de zoon is van immigranten. Hij verloor zijn vader toen hij één jaar was, wat hij niet nalaat te vermelden. Voor Franstaligen is zijn opgang van een achtergestelde wijk in Morlanwelz in Henegouwen naar de Wetstraat 16 iets wat bij iedereen bewondering oproept, zelfs bij zijn politieke tegenstanders.

Maar we moeten vaststellen dat het gezag en de populariteit die Elio Di Rupo in Wallonië geniet, in Vlaanderen geen navolging kent. Anders dan wat een mediawatcher hier enkele maanden geleden beweerde, blijft Vlaanderen totaal ongevoelig voor het charmeoffensief van de eerste minister.

Als je al twintig jaar premier wilt worden, dan spreekt het voor zich dat je je voorbereidt op alles wat die taak behelst, inclusief kennis van de taal, de cultuur en de mentaliteit van de andere gemeenschap. Dat neemt niet weg dat tal van Franstaligen vinden dat de koele houding tegenover de eerste minister in het noorden, onterecht is. Voor hen toont het aan dat een Franstalige, wat zijn verdiensten ook zijn, nooit erkend en aanvaard zal worden door Vlaanderen. De kritiek die hij te verduren krijgt, nemen de Franstaligen collectief op zich. Het versterkt de indruk dat de Vlamingen eigenlijk niets van hen moeten weten en dat de splitsing onvermijdelijk is geworden.

Toch kun je Di Rupo er niet van beschuldigen dat hij tegenover Vlamingen een andere taal gebruikt dan tegenover Franstaligen. Dat was in de voorbije decennia nochtans een hardnekkige gewoonte bij heel wat van zijn voorgangers. Het echte probleem is dat het noorden en het zuiden niet dezelfde Elio Di Rupo zien. In plaats van de Belgen te verenigen, kristalliseert de eerste minister hun misverstanden en wederzijdse afkeer.

En dat gaat verder dan zijn persoonlijkheid. Het is ook een politieke kwestie. Terwijl hij in Vlaanderen overkomt als het symbool van een totaal achterhaald socialisme - de sp.a doet zelfs geen moeite meer om hem te steunen - wijst de laatste peiling van de RTBF/La Libre Belgique op een ruk naar extreem links in Wallonië. Diezelfde tendens was al gebleken bij de jongste gemeenteraadsverkiezingen. Gevolg daarvan is dat de Parti Socialiste onder druk staat om haar standpunten nog te radicaliseren. Precies het tegengestelde van wat de meerderheid van de Vlamingen wil.

In dat opzicht maken de Franstalige partijen zich zorgen over de verkiezingen van 2014. Het is symptomatisch dat hun enige hoop om de gang van zaken te keren niet gelegen is in de ontwikkeling van een project voor het hele land, maar in de mislukking van hun tegenstanders: lees Bart De Wever en de N-VA. Dat die hoop groeit kon je afleiden uit de reacties van vele politici en commentatoren na de laatste peilingen over de Vlaamse kiesintenties waarbij de nationalistische partij achteruitging.

Het versterkt het optimisme dat gegroeid was na de vaststelling dat de vorming van een rechtse coalitie in Antwerpen toch moeizamer verloopt dan oorspronkelijk gedacht. We zullen snel merken of dat terecht is.

Elio Di Rupo zelf illustreerde perfect hoe je een politieke lijn, waarbij alle pijlen op de N-VA worden gericht, gestalte geeft. Na het akkoord over de begroting voor 2013 reageerde hij op het afwijzende oordeel van Bart De Wever over de sociaaleconomische maatregelen: "Beseft u wel wat u zegt? Als u denkt dat Bart De Wever gelijk kan hebben over de begroting, dan betekent dat dat hij ook gelijk kan hebben over andere onderwerpen." Niet bepaald een zeer overtuigend argument. Nochtans was het in het Frans.