Direct naar artikelinhoud

Troubles in Belfast

Het rommelt weer in Noord-Ierland. Ditmaal niet op bierovergoten zomeravonden in het marsseizoen maar tijdens het politieke laagseizoen. Directe aanleiding: een vlag.

Twee politieagenten zijn maandagavond in Belfast aan de dood ontsnapt nadat vijftien gemaskerde loyalisten hun patrouillewagen in brand hadden gezet. Niet zozeer de agenten waren het doelwit, alswel het kantoor van de Alliantie-politicus Naomi Long dat ze aan het bewaken waren. Deze neutrale Alliantiepartij had voorgesteld om de Britse vlag (Union Jack) alleen nog maar op zeventien speciale dagen boven het stadhuis van Belfast te laten wapperen. Dit viel verkeerd bij het fanatieke deel van de protestantse bevolking. Genoemde aanslag was het dieptepunt bij de rellen die nu al ruim een week aan de gang zijn. Er zijn veertien relschoppers gearresteerd.

Nergens, zo bleek eens te meer, is symboolpolitiek sterker dan in Noord-Ierland. Verregaande politieke besluiten worden in alle rust genomen, maar zodra een maatregel een symbolische lading heeft, is er brandgevaar. Het ultieme symbool is de vlag, bijvoorbeeld de Union Jack die al langer dan een eeuw boven het stadhuis te zien is. De katholieken binnen de gemeenteraad hadden voorgesteld dit symbool van de Britse overheersing voorgoed op te vouwen. Dat bleek voor de protestanten onbespreekbaar te zijn. Hierop kwam de Alliantiepartij met het gewraakte compromis, waarna ze als handlangers van de katholieken werden afgeschilderd.

Wat volgde was een intimidatiecampagne tegen Alliantie-politici. In Bangor werd het huis van de raadsleden Michael and Christine Bowers, en hun 17 maanden oude dochter, aangevallen. Het gezin kon net op tijd vluchten. In Oost-Belfast ontsnapte het jonge raadslid Laura McNamee ternauwernood aan een meute die zich via Facebook had georganiseerd. In Carrickfergus ging een partijkantoor in vlammen op. Alle politieke leiders hebben het geweld veroordeeld, inclusief Hillary Clinton die afgelopen week tijdens haar afscheidstoernee een bezoek bracht aan het land waar ze met haar man een leidende rol had gespeeld bij het vredesproces.

Goede-Vrijdagakkoorden

De inwoners van Belfast, goed thuis in de hedendaagse geschiedenis, weten hoe gevoelig het uithangen van de vlag kan zijn. In 1964 hing de Sinn Fein-politicus Liam McMillan de Ierse vlag aan de gevel van het pand waar de verkiezingscampagne werd gecoördineerd. Dat was in strijd met de Flag & Emblems Act, die het verbood om het Ierse oranje-wit-groen te tonen. In een republikeinse wijk als The Falls werd dit doorgaans gedoogd, maar dit keer besloot de jonge loyalistische leider Ian Paisley actie te ondernemen. Onder zijn leiding verwijderde een groep loyalistische paratroopers tot tweemaal toe de driekleur. Dit leidde tot de ernstigste rellen sinds de jaren dertig.

Sterker, het vlagincident vormde de opmaat voor de Troubles, de burgeroorlog tussen katholieken en protestanten, tussen nationalisten en unionisten, tussen republikeinen en loyalistische volgelingen van stadhouder Willem III van Oranje, door hen 'King Billy' genoemd. Dertig jaar en meer dan 3.500 doden later sloten de strijdende partijen de Goede-Vrijdag-akkoorden. Daarbij was een cruciale rol weggelegd voor dominee Paisley die op zijn oude dag opvallend vergevingsgezind bleek te zijn geworden. In Noord-Ierland wordt de macht gedeeld door Paisleys opvolger Peter Robinson (63) en de katholieke vicepremier Martin McGuinness (62), een voormalig lid van de IRA.

Demografische kentering

Hoewel de vrede voorlopig niet in gevaar komt, lijkt Robinsons achterban steeds onrustiger te worden. Binnen deze kringen heerst de overtuiging dat 'hun' Ulster steeds 'Ierser' wordt. Zo klaagt men over de nationalisten die sportclubs en speeltuinen vernoemen naar hun martelaren. Bovendien is er een demografische kentering gaande. Onlangs werd bekend dat het percentage katholieken in de zes Noord-Ierse provincies gestegen is naar 45 procent, terwijl het protestantse aandeel naar 48 procent is gedaald. Als deze trend zich doorzet, vormen de katholieken in de toekomst de meerderheid. De vrees bestaat dat de loyalistische paramilitairen het voorbeeld van het IRA gaan volgen.