Strijders Kadhafi executeren politieke gevangenen
Amnesty International zegt over bewijzen te beschikken dat strijdkrachten die loyaal zijn gebleven aan Kadhafi op 23 en 24 augustus tientallen politieke gevangenen hebben vermoord. Ook de rebellen worden beschuldigd van mishandelingen, terwijl ze hun opmars naar Kadhafi's laatste bolwerk Sirte voortzetten met luchtsteun van de NAVO.
Hussein al-Lafi (40) uit Zawiya, en andere ontsnapte gedetineerden uit het militair kamp van Khilit al-Ferjan, in het zuidwesten van Tripoli, beschreven in detail hoe tijdens de avond van 23 augustus de poorten werden opengezet van een hangar waar ze met 160 anderen vastzaten. Twee bewakers vertelden ze eerst dat de poorten open waren. Toen ze vervolgens in groep naar buiten renden, op weg naar de vrijheid, openden twee andere bewakers met machinegeweren het vuur en gooiden vijf handgranaten in de groep. Het is onduidelijk hoeveel mensen er ontsnapten. Van slechts 23 mensen is bevestigd dat ze het er levend vanaf afbrachten, waarvan vier gewonden in een hospitaal. Al-Lafi zag hoe zijn drie broers werden gedood. Hij overleefde omdat anderen op hem vielen. "Ik voelde hun warme bloed over mijn lichaam vloeien." Het viertal was op 29 juni opgepakt op verdenking van steun aan de rebellie. Al-Lafi verklaarde dat ze tijdens hun detentie herhaaldelijk werden mishandeld.
Op 24 augustus schoten bewakers in het militaire kamp Qasr Ben Ghashir vijf gevangenen dood die er in isoleercellen hadden vastgezeten. Ze maakten deel uit van een groep van 75 mensen die vastgehouden werden op verdenking van deelname aan de opstand. Onder de dodelijke slachtoffers bevonden zich twee artsen, onder wie Ali al-Darrat uit Misrata, die in juli spoorloos verdween nabij de oostelijke frontlijn. Beide militaire kampen werden geleid door de Khamis Katiba brigade, die onder leiding staat van Kadhafi's zoon Khamis.
Donderdag verklaarden ook twee BBC-verslaggevers al dat ze in een hospitaal minstens tweehonderd stoffelijke overschotten aantroffen, waarvan duidelijk bleek dat ze gefolterd waren. Onder meer hun vingers waren gebroken. Ze waren door het achterhoofd geschoten.
Huurlingen of migranten?
Amnesty waarschuwt ook de Overgangsraad dat ze hun gevangenen niet mogen mishandelen. Dinsdag troffen onderzoekers van de mensenrechtenorganisatie in een overvolle cel van de Bir Tirfas-school in Zawiya 125 gevangen Kadhafisoldaten aan. Sommigen verklaarden herhaaldelijk te zijn geslagen. Onder hen bevonden zich veel mensen uit Tsjaad, Niger en Soedan, 'huurlingen' volgens de rebellen, maar naar eigen zeggen gewoon buitenlandse migranten die omwille van hun huidskleur werden opgepakt.
De strijd in Libië concentreert zich nu vooral rond Kadhafi's geboorteplaats Sirte. De opstandelingen zijn de stad tot zo'n 100 kilometer genaderd. De NAVO voerde gisteren luchtaanvallen uit op doelen in de stad.
De rebellen voeren ook hun klopjacht op de ex-dictator op. Volgens justitieminister Mohammed al-Alagi wordt het beleg voorbereid van een buurt in Tripoli waar hij zich kan ophouden. Maar volgens hun veiligheidsadviseur, Abdoel Karim Basama, wordt jacht gemaakt op een konvooi dat vanuit Tripoli in zuidelijke richting vertrok.
In Tripoli werd tegelijk wel de luchthaven bestookt door Kadhafi's troepen.
(MR)