Direct naar artikelinhoud

Wie stopt dodelijkste ebola-epidemie ooit?

De ebola-epidemie die al zes maanden woedt in drie landen in West-Afrika, is de dodelijkste ooit. In Guinée, Liberia en Sierra Leone zijn al 337 mensen overleden. De ziekte valt moeilijker in te dijken dan verhoopt.

Volgens de Wereldgezondheids-organisatie (WGO) is de epidemie de dodelijkste in de geschiedenis van de ziekte. Terwijl Guinée het zwaarst getroffen wordt, met 264 doden, tekenen Sierra Leone en Liberia respectievelijk 49 en 24 fatale slachtoffers op. Officieel zijn 528 mensen besmet en in behandeling. Ook de geografische verspreiding van het ebolavirus, met 60 besmettingshaarden, is nooit gezien.

Epidemiologen schrijven de snelle expansie toe aan het feit dat het virus nu ook de hoofdsteden Conakry en Monrovia heeft bereikt, ook aan het drukke grensverkeer tussen de verschillende landen en aan de terughoudendheid van burgers om naar een ziekenhuis te stappen. Angst voor stigmatisering en de vrees dat de behandeling de ziekte er nog erger op maakt spelen een cruciale rol. Sommige patiënten wachten te lang voor ze hulp zoeken, waarna hun familie de gezondheidsdiensten beschuldigen.

Nochtans, tot voor enkele weken zag het ernaar uit dat de uitbraak min of meer onder controle was. "Er is helaas een tweede golf ontstaan", zegt Bart Janssens, directeur operaties van Artsen zonder Grenzen (AzG). "Hij is heviger dan de eerste. Momenteel zijn er veel nieuwe locaties waar we de ziekte vastgesteld hebben of vermoeden dat ze er is."

Bang voor artsen

Het epicentrum van de uitbraak ligt in het district Guéckédou, in Guinée, waar meer dan de helft van alle doden viel, 173 om precies te zijn. Janssens: "Guéckédou is een draaischijf van regionale handel. Wie in zo'n omgeving de gezondheidsinstructies niet opvolgt, loopt risico. Mensen blijven er bijvoorbeeld gevaarlijke begrafenispraktijken op na houden. Daarbij worden ze rechtstreeks aan het virus blootgesteld. Mensen blijven ook te vaak weg van de behandelingscentra. Dat is ergens wel begrijpelijk: de sterftegraad ligt er hoog, in hun isolatiepakken zien de dokters er schrikwekkend uit, mensen zijn bang."

Uit onderzoek blijkt dat het eerste regionale ebolageval zich in december 2013 al heeft gemanifesteerd, drie maanden voor de autoriteiten in Conakry de internationale gezondheidsinstanties op de hoogte brachten.

Vanuit Guéckédou kon het virus zich razendsnel naar andere delen van de regio Guinée Forestière verspreiden. Van daaruit sloeg het niet alleen naar de buurlanden over, maar ook naar Conakry, de hoofdstad van Guinée. Het is de eerste keer dat een stad van die omvang, twee miljoen inwoners, met ebola te kampen krijgt.

Ernstig nemen

AzG, tot nu toe de enige organisatie die besmette patiënten verzorgt, slaat dan ook alarm. "We hebben onze limieten bereikt en alle beschikbare mensen ingezet in de drie landen. Grotere capaciteit hebben we niet. Wij alleen zullen de mentaliteit ook niet veranderen, het is de hoogste tijd dat persoonlijkheden zich uitspreken en de bevolking duidelijk maken dat de gezondheidsadviezen ernstig genomen moeten worden."

Voor het op de mens oversloeg, werd het ebolavirus bij vleermuizen geïdentificeerd. Tot het opdook in West-Afrika, een nieuw gegeven, was de dodelijkste epidemie die van 1976 in het dorp Yambuku, 1.000 kilometer ten noorden van de (toen Zaïrese, vandaag Congolese) hoofdstad Kinshasa. Daar vielen 280 slachtoffers. In Kikwit, eveneens in Congo, brak in 1995 een epidemie uit.

Het ebolavirus in Guinée, Sierra Leone en Liberia is een variant op de Zaïrestam en is in 60 tot 70 procent van de gevallen noodlottig.

Na een incubatieperiode van enkele dagen tot meerdere weken zijn de eerste symptomen hoge koorts, spierpijn, braakneigingen en diarree. In een tweede fase doen zich inwendige bloedingen voor die veelal fataal zijn. De ziekte wordt verspreid door onbeschermd en nabij lichaamscontact. Een medicijn is niet voorhanden, de behandeling is gebaseerd op het versterken van de immuniteit.

Ook de WGO houdt de evolutie scherp in de gaten. Toch roept de organisatie niet op tot sluiting van de grenzen tussen de drie landen. Een dergelijke maatregel zou het virus maar beperkt tegenhouden terwijl hij wel de regionale economie lam zou leggen.