VS zien met afgrijzen ISIS verder oprukken
Terwijl de terreurgroep ISIS steeds grotere delen van Irak in handen krijgt, waarschuwen de VS voor het overslaan van de strijd naar andere landen in het Midden-Oosten.
Tijdens een bezoek aan Egypte noemde de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken John Kerry ISIS (Islamitische Staat van Irak en groot-Syrië) gisteren een bedreiging 'voor de hele regio'. De Amerikaanse president Barack Obama zei zondag dat een bevriende natie als Jordanië het slachtoffer kan worden van het geweld dat na Syrië nu Irak beheerst. Hij maakte nog eens duidelijk dat de VS niet van plan zijn grondtroepen naar Irak te sturen. Eerder kondigde hij wel het vertrek van driehonderd militaire adviseurs naar Bagdad aan.
ISIS rukte dit weekend verder op. Zaterdag veroverden de radicale soennieten enkele steden in het westen van het land, zo maakte een Iraakse veiligheidsfunctionaris bekend. De steden liggen aan de hoofdweg van Syrië naar Bagdad, en de verovering door ISIS zou de opmars van de jihadisten richting de Iraakse hoofdstad vergemakkelijken. ISIS slaagde er ook in twee Iraakse grensposten bij Syrië te veroveren, waardoor de laatste obstakels voor de komst van jihadisten uit Syrië verdwenen.
Op de vlucht
Volgens onbevestigde berichten zouden Iraakse militairen op de vlucht geslagen zijn. De legerleiding sprak echter over een 'tactische beslissing'om de troepen elders in het land in te zetten. De regering versterkte haar troepen bij de stad Haditha, waar een belangrijke dambij een stuwmeer ligt.
Alle inwoners gelijk
Om regionale verspreiding van de strijd te voorkomen, deed de Amerikaanse minister Kerry een beroep op soennitische machthebbers in het Midden-Oosten om geen financiële hulp te verlenen aan de strijders van ISIS.
Hij deed ook een dringende beroep op de sjiitische premier van Irak, Nouri al-Maliki. De premier moet volgens de VS ervoor zorgen dat ook andere bevolkingsgroepen dan de zijne delen in de macht. De regering moet 'alle inwoners van Irak' vertegenwoordigen, aldus Kerry. Hij zinspeelde zelfs op het vertrek van Al-Maliki, ten gunste van een leider die wel in staat en bereid is de diepe sektarische scheidslijnen in het land te doorbreken. Koerden, soennieten en zelfs sjiiten die de premier steunden hebben hun onvrede over hem laten blijken, merkte Kerry op. Al-Maliki lijkt niet geneigd te wijken.