Sven Olaf Kamphuis werd eind april 2013 gearresteerd in Spanje en wordt ervan beschuldigd een cyberaanval te hebben opgezet ‘die bijna het internet heeft gebroken’.

Die DDOS-aanval (een cyberaanval waarbij een website wordt gebombardeerd met zo veel internetverkeer dat ze onbereikbaar wordt voor gewone gebruikers) was gericht tegen Spamhaus, een Zwitserse organisatie die een lijstje bijhoudt van verzenders van spam. Internetproviders gebruiken dat lijstje om spam van hun netwerk te houden.

De organisatie kwam in het vizier van de 39-jarige Kamphuis, die eigenaar is van Cyberbunker. Die Cyberbunker is letterlijk een bunker, in het zuiden van Nederland, waar bedrijven van divers pluimage hun servers mogen installeren zonder dat er lastige vragen worden gesteld.

Cyberbunker kwam in de problemen omdat het door Spamhaus als een verzender van spam werd beschouwd. Daar was Kamphuis zo boos over dat hij de servers van de Zwitserse organisatie zou hebben gebombardeerd met nepverkeer. Dat deed hij vanuit een bestelwagen vol apparatuur. Zo was de wagen voorzien van antennes om frequenties af te zoeken.

Volgens sommige media verstuurde Kamphuis een ongekende hoeveelheid data en was het de grootste cyberaanval uit de geschiedenis, waardoor ‘wereldwijd het internet dreigde vast te lopen’. Dat bleek achteraf een overdrijving, maar de Nederlander mag het toch gaan uitleggen op de rechtbank.

Onschuldig

Kamphuis ontkent dat hij achter de aanval zit en zal zelf ook niet aanwezig zijn op het proces in Dordrecht, zo liet hij via Skype weten aan de Nederlandse krant Algemeen Dagblad. Volgens hem is een Britse jongen ‘gesteund door de Russen’ verantwoordelijk voor de zware internetaanval, al geeft hij zelf ook toe geen fan te zijn van de praktijken van Spamhaus.

Omdat de hele juridische strijd hem al veel geld heeft gekost, stuurde hij zelf een factuur van 102 miljoen euro naar het ministerie van Buitenlandse Zaken. “Ik accepteer het koningschap van de Antillen als aanbetaling”, aldus Kamphuis tegen Algemeen Dagblad.