Direct naar artikelinhoud

Komt een kunstenaar bij de kapper...

De enige echte erfgenaam van Monty Python en Ivor Cutler blijkt een aardige Brit van 71 te zijn die al een leven lang heerlijke surrealistische tekeningen maakt. Glen Baxter is de naam, en de prenten die hij op de wereld afvuurt waren ooit vaste prik in Humo, Le Monde en The New Yorker.

Uit de geautoriseerde biografie van de man kunnen we afleiden dat hij het levenslicht zag in Leeds, "a tiny suburb of Belgium", en dat hij na een artistiek debuut in het academische clair-obscur zijn ware roeping ontdekte: onnozel doen met illustraties uit oude jongensboeken. Hij bewerkt ze minimaal en voorziet ze van serieuze maar compleet misplaatste bijschriften. In Baxters bizarre universum maken cowboys, ontdekkingsreizigers, padvinders, designstoelen en politiemannen de dienst uit. Roos kan ook. Niet de bloem maar het spul dat op je kraag zit.

Hoe het zover kwam? Moeder Baxter stuurde haar zoontje op pad om een boordenknoopje voor papa's overhemd te kopen. Onderweg naar de garen-en-bandwinkel oefende Glen, die zwaar stotterde, een volzin voor die hem vloeiend door de vuurproef moest loodsen. Hypergeconcentreerd liet de jongen de frase "I'd like to purchase a collar stud, please" uit zijn keel rollen. De man achter de toonbank keek hem aan alsof hij van Mars kwam, glimlachte en opperde dat hij voor knoopjes beter terecht kon in de winkel van zijn buurman dan in een meubelzaak. Op de kunstacademie ontdekte Baxter dat hij een authentieke surrealistische ervaring naar het recept van André Breton had beleefd. Het hek was van de dam.

Wat Glen Baxter doet, heeft alles te maken met de essentie van humor. Hij geeft betekenissen en verbanden een subtiele twist door elementen uit vertrouwde verhalen te verschuiven. Prentjes die hij vindt in spannende jeugdboeken uit de jaren 50, worden uit hun context gerukt door details te wijzigen en nieuwe onderschriften te verzinnen. Dat gebeurt met de typisch Britse onbewogenheid van een John Cleese die silly walks uitvoert.

Precies in deze minimale tussenruimte schuilt het subversieve, hilarische effect. "Het is een valstrik ! Weg van hier ! Het zijn allemaal Mondriaans !" roept een cavalerieofficier die in een kunstgalerie is beland. O ja: als bekwaam absurdist heeft Baxter ook iets met Nederland, waar ooit zijn debuutalbum verscheen. Wim de Bie, verwoed verzamelaar van originele platen én conservator van het fictieve Dutch Glen Baxter Museum, schreef in 2012 de inleiding voor het voorlopig laatste boekje Colonel Baxter's Dutch Safari.

Kunst en krullen

Sinds 1979 wordt Baxters werk gepubliceerd in fijne albums die collector's items zijn geworden. Zijn originelen en edities waren al eerder in België te zien, bijvoorbeeld in 2008 in de Brusselse galerie Le Salon d'Art. Daar keert Baxter nu terug als huisvriend, want voor dit maffe oeuvre is nauwelijks een betere plek denkbaar. Voluit heet de kleine galerie Le Salon d'Art et de Coiffure: de twee gelijkvloerse kamers zijn eigenlijk een heel vreemd kapsalon waar je naar kunst kunt kijken. De discrete, innemende galeriehouder Jean Marchetti is namelijk ook herenkapper en uitgever van fraai vormgegeven bibliofiele boeken. In de galerie vind je welgeteld één klassieke kappersstoel en een grote spiegel. In de hoek van de kamer ligt steevast een hoop zorgvuldig bijeengeveegd haar. Onverstoorbaar knipt de man zijn klanten terwijl andere bezoekers naar schilderijen, tekeningen, foto's of installaties turen.

Al bijna veertig jaar lang is Marchetti's schatkamer een plek waar je kunt genieten van een eigenzinnig aanbod hedendaagse kunst, van Alechinsky tot Pepermans en Pat Andrea. Roland Topor tekende het logo van het salon. Ook dat is een teken aan de wand: hier voelt de gekke kolonel Baxter zich thuis.

Tot 11 juli in Le Salon d'Art, Munthofstraat 81, Brussel. Dinsdag tot vrijdag van 14u tot 18u30; zaterdag ook van 9u30 tot 12u.