Spreidstand over brugpensioen Ford Genk

"Iedereen met poten en oren moet werken", verkondigde federaal minister van Werk Monica De Coninck amper een week geleden. Een forse uitsprak die nu als een boemerang terugkomt in haar gezicht.

Een dezer dagen moet De Coninck immers beslissen over de brugpensioenregeling bij de ontslagen werknemers van Ford Genk. De commissie die haar daarbij adviseert, geeft alvast groen licht voor een brugpensioenregeling vanaf 52 jaar. De commissie volgt daarmee de voorstellen van het sociaal plan dat de vakbonden en de directie hadden opgesteld. In totaal komen daardoor 1.772 mensen die voor eind volgend jaar 52 jaar worden in aanmerking voor het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals het brugpensioen inmiddels werd herdoopt.

In principe trok de federale regering begin dit jaar die leeftijdsgrens op, en bij herstructureringen ging de minimale leeftijd voor pensioen van 50 naar 55 jaar. Voor bedrijven in moeilijkheden kan het uitzonderlijk nog vanaf 52,5 jaar. Op voorwaarde dat de minister van Werk daarvoor haar fiat geeft. Omdat de sluiting van Ford Genk vorig jaar werd bekendgemaakt, kunnen de getroffen werknemers evenwel nog in aanmerking komen voor de oude regeling, en is de grens dus 52 jaar.

Monica De Coninck wil niet reageren voor ze haar beslissing heeft genomen. Dat zal eerstdaags gebeuren, stelt woordvoerster Eva De Wolf. In het verleden toonde de minister zich al niet erg happig voor een dergelijke uitzonderingsmaatregel, maar tegelijk wil ze ook niet asociaal overkomen.

Overigens is er al een precedent, toen ze voor de herstructurering bij Bekaert begin dit jaar ook de grens van 52 jaar toestond. "Dat was een sociale oplossing en gezien de economische toestand lijkt het me niet meer dan normaal dat ook nu het sociale primeert", zegt een regeringsbron.

Welvaartsstaat

Vlaams minister van Werk Philippe Muyters (N-VA) is niet te spreken over brugpensioen op 52. Hij bracht eind augustus zijn (positief) advies uit omtrent de outplacement en activeringsmaatregelen die zijn voorzien in het herstructureringsplan. Tot de leeftijd van 58 jaar komen de betrokken werknemers in aanmerking voor die maatregelen. Sinds de wet-Renault is bij een herstructurering de Vlaamse regering bevoegd voor de begeleiding van werkzoekenden. Maar over de pensioenregeling heeft Vlaanderen niks te zeggen, dat is federale materie.

Alle retoriek ten spijt, blijkt het in de praktijk iedere keer weer bijzonder moeilijk om bij grote saneringen vast te houden aan de doelstellingen van de actieve welvaartsstaat. Dat komt uiteraard omdat de getroffen werknemers bij een collectief ontslag massaal in eenzelfde regio op de arbeidsmarkt komen. En voor oudere werknemers wacht op die arbeidsmarkt niet meteen een warm onthaal.

Zelfs de onheilstijdingen die de vergrijzingscommissie de wereld instuurt, kan niet verhinderen dat de werkgelegenheidsgraad bij 55-plussers in ons land met 40 procent bedroevend laag is. Vlaanderen telt 12,7 bruggepensioneerden per duizend inwoners, tegenover 8,7 in Wallonië, blijkt uit de cijfers van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA).

12,7

bruggepensioneerden per duizend inwoners telt Vlaanderen, in Wallonië zijn er dat 8,7