Direct naar artikelinhoud

Heerlijk toeven bij Rubens thuis

De expo Rubens privé, die morgen opent in het Rubenshuis, toont de Antwerpse barokmeester zoals u hem nog nooit eerder hebt gezien: als liefdevolle familieman. Het is een kleine, intieme en uitermate sobere tentoonstelling. En een regelrechte ontdekking.

Peter Paul Rubens (1577-1640) wordt nog altijd beschouwd als larger than life. Maar hij heeft ook minder bekende kanten, die hem erg menselijk maken.

Het leven is voor Rubens redelijk genadeloos geweest. Hij verloor zijn geliefde broer, de vijf jaar oudere Filips, in 1611. In 1623 stierf Rubens' oudste kind Clara Serena aan de pest: ze was pas 12. En drie jaar later verloor Rubens zijn eerste echtgenote Isabella Brant op haar 37ste, vermoedelijk ook aan de pest. In een brief laat Rubens in zijn hart kijken: "Ik heb werkelijk een uitmuntende gezellin verloren, die men met recht en rede kon, ja moest liefhebben..."

Slaapkamer

In tegenstelling tot andere meesters als Titiaan en Velazquez heeft Rubens wel degelijk zijn geliefden geportretteerd. Die zijn nu allemaal verenigd in het Rubenshuis, de plaats waar ze hebben geleefd.

Een pikant detail is dat het leeuwendeel van die portretten eigenlijk niet voor onze ogen bedoeld zijn geweest. De meeste schilderijen die nu in Rubens privé te zien zijn, hingen in de huiskamer, soms zelfs in de slaapkamer van de meester.

De vele portretten die hij van zijn twee echtgenotes en zijn kinderen schilderde, maakte hij puur voor zijn plezier. Hij gebruikte er hout voor, planken die vaak slordig aan elkaar zijn gezet zodat veel van het werk zeer kwetsbaar is en niet kan reizen. Zoals het monumentale Het pelsken, een levensgroot naaktportret van zijn tweede, veel jongere echtgenote Helena Fourment.

Het pelsken (beeld hier schuin boven) is een pièce unique in de kunstgeschiedenis. Geen tijdgenoot heeft hem zoiets nagedaan: naakte echtgenote ten voeten uit. In Antwerpen is een reproductie te zien, het werk blijft in Wenen. Het portret blijkt, na recent wetenschappelijk onderzoek, nog seksueler getint te zijn. Rubens schilderde aanvankelijk naast de naakte Helena een fontein met een manneken pis. Té expliciet erotisch, vond hij vermoedelijk zelf, en overschilderde het plassende jongetje.

Schoonheidsfoutjes

De exquise tentoonstelling in het Rubenshuis is een schatkist boordevol topwerk, dat hier en daar emoties losweekt. Het portret van dochter Clara Serena op vijfjarige leeftijd is onovertroffen in zijn eenvoud en frisheid. Hoe liefdevol heeft vader Rubens naar zijn dochter gekeken en hoe schalks kijkt zij terug naar haar hem en naar ons, vier eeuwen later. De virtuoze vlugheid en trefzekerheid van de schilder zijn adembenemend.

Toch is Rubens Privé net geen vijfsterrenexpo. Dat ligt aan enkele schoonheidsfoutjes. De zogeheten Herderin, een mogelijk portret van Isabella Brant uit 1615, is een koe-koeksei: een Fremdkörper, waarover betwisting bestaat en dat tussen al dit topwerk erg uit de toon valt. Ook jammer dat door de beperkte ruimte - twee zalen - in het historische pand, enkele meesterwerken onvoldoende ademruimte en focus krijgen.

Laat deze detailkritiek het plezier niet drukken. Het Rubenshuis heeft een tour de force gerealiseerd. Het zijn 'maar' dertig schilderijen en tekeningen en een handvol brieven, maar zelden zullen zoveel intieme werken van Rubens nog samen te zien zijn.

Lees de uitgebreide recensie op www.demorgen.be.