Direct naar artikelinhoud

'Gebruik van steroïden sterk toegenomen in het voetbal'

Met een studie van de UEFA in handen trok de Duitse zender ARD aan de alarmbel: in het voetbal zou het gebruik van steroïden sterk zijn toegenomen. Peter Van Eenoo, mede-auteur en hoofd van het Gentse dopinglab, nuanceert.

De ARD heeft zijn tanden gezet in dopingdossiers in de sport. De atletiek kraakte dit jaar al onder de schandalen die de Duitse tv-zender aan het licht bracht en nu is het voetbal aan de beurt. De ARD bekeek een studie die de UEFA had besteld: wetenschappers uit twaalf verschillende labo's analyseerden 4.195 urinestalen van 900 voetballers die tussen 2008 en 2013 in de Champions en Europa League hun kunsten vertoonden en stelden vast dat 7,7 procent afwijkende testosteronwaarden liet optekenen.

Dat wil niet zeggen dat die 68 spelers zich zeker dopeerden, maar het kan wel wijzen op het gebruik van steroïden. Verontrustend en alarmerend, klonk het bij dopingexperts, want voorheen lag dat op 1,3 procent. Op voorwaarde dat de resultaten klopten.

Daar knelt het schoentje, stelt Peter Van Eenoo, die als hoofd van het Gentse dopinglabo mee aan de studie schreef en een autoriteit inzake doping is. Hij wijst erop dat de ARD nieuwe criteria toepast om oude stalen te beoordelen, wat een vertekend beeld geeft. Sinds 2014 is in het voetbal het steroïdenpaspoort ingevoerd, dat toelaat om 'verdachte' testosteronwaarden op te sporen. Om te bepalen of een staal al dan niet positief is, wordt gekeken naar factoren die het resultaat mogelijk beïnvloeden, zoals de inname van alcohol of geneesmiddelen.

Testosteron

"Van die 7,7 procent valt op zijn minst één derde weg als je de cijfers correct interpreteert", aldus Van Eenoo. "Zelfs twee derde zou niet onrealistisch zijn en dan moet je besluiten dat het geen verontrustend maar eerder een geruststellend resultaat is."

Waarmee Van Eenoo niet zegt dat het voetbal clean is. De verhalen over doping in het voetbal zijn van alle tijden. Denk maar aan de bewering van dopingdokter Fuentes in 2010: "Als ik spreek, dan zou de Spaanse nationale ploeg zijn wereldtitel kwijtraken."

Als er één hormoon is waar voetballers bij gebaat zijn, dan is het testosteron. Het maakt een speler sterker, helpt hem sneller te recupereren en stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen. Afhankelijk van in welke vorm de sporter testosteron neemt, varieert ook de opspoorbaarheid van een paar uur tot enkele maanden.

Het zou kunnen helpen als de FIFA van de strijd tegen doping een prioriteit maakt. De FIFA pocht over zijn dopingbeleid maar wie de statistieken objectief bekijkt, zoals Van Eenoo dat doet, kan niet anders dan concluderen dat ze bijzonder nalatig is. "Het stoort mij dat de FIFA zich voordoet als een federatie die voortreffelijk werk levert terwijl hun aantal controles teleurstellend laag is. In 2014 namen ze slechts 2.064 stalen af, vijf keer minder dan de UCI. Zelfs het tennis deed beter.

"Het is triest dat de rijkste sportfederaties slechts peanuts besteden aan de dopingstrijd. Als zij nog maar één procent van hun jaarlijks budget daaraan zouden spenderen, zouden wij ongelooflijk gelukkig zijn."