In de volgwagen met de madammen van Van Aert, Lampaert en Stuyven: “Kan die nu niet voor één keer chill in het peloton blijven zitten?”

Dat Wout van Aert voor de foto nooit een kus op de mond geeft. Dat er onderweg gestopt moét worden om een kaarsje te branden. En dat Yves Lampaert na de koers blij is met ‘verse soep met vlees en stutjes’. Een mens leert nog eens iets bij als hij de koers volgt met drie rennersvrouwen op de achterbank: Sarah De Bie, Astrid Demeulemeester en Elke Bleyaert, respectievelijk mevrouw Van Aert, Lampaert en Stuyven.

Bram Vandecapelle

“Hier, pak die smartphone vast. Ik houd het niet meer.” De kopgroep met Jasper Stuyven rijdt onder de boog van de laatste twee kilometer, maar voor zijn vriendin Elke Bleyaert is het even te spannend. Sarah De Bie had al tien kilometer eerder afgehaakt. “Die laatste kilometers… niks voor mij. Veel stresserender dan op de cross. Vrijdag in Harelbeke was mijn hartslag dubbel zo hoog als tijdens het BK veldrijden in Kruibeke”, zegt de vrouw van Wout van Aert. “I feel you, honeys”, zorgt Astrid Demeulemeester voor morele steun. Voor haar vriend Yves Lampaert zit de koers er al op, hard gewerkt in dienst van de ploeg. “Alweer. Hij zal wel wat ontgoocheld zijn. Hij had er veel van verwacht.”

Zes uur eerder was er van die zenuwoorlog nog weinig te merken. Voor de start beheerst de kiss cam van de fotografe het gesprek. Eerst Jasper en Elke aan de bus van Trek-Segafredo. “Een snelle kus. Doen we altijd, maar zonder veel woorden.” Dan Sarah en Wout aan de bus van Jumbo-Visma. “Heb je het gehoord? Al die fans riepen Veel succes. Ik was de enige die Wees voorzichtig riep. Mag ik de foto eens zien? Lap, weer niet op de mond. Er bestaan honderden foto’s wanneer we elkaar op de koers een kus geven, maar zelden eentje waarop onze lippen elkaar echt raken.” Omdat Deceuninck-Quick Step als laatste ploeg naar het startpodium moet, komt Astrid als derde aan bod. “Normaal geven wij elkaar voor de koers nooit een kus, maar onder al dat romantische geweld van Sarah en Elke kan ik niet achterblijven. Ik heb Yves al via een sms op de hoogte gebracht, maar ik ben er zeker van dat hij weer zal kussen met zijn ogen open.”

© Inge Kinnet

Wachten

Het startschot is gegeven. We zetten koers richting de kust voor een tweede passage, en een tussenstop bij de bakker, want Brood- en Banket Demeulemeester had zich mispakt aan het zomeruur. “Vanavond moet ik ook al koken. Yves komt thuis. Hij kan ervoor zorgen dat hij veel honger heeft. Ik ben zaterdagavond nog een halve kilo gehakt gaan halen voor mijn spaghettisaus.” Sarah en Elke lachen. “Heeft Yves na de koers nog eens goesting in pasta? Wout blijft na de koers nog met de ploeg eten.” Stuyven blijft zelfs op hotel met de ploeg.

Tijd voor de tweede passage, in Zevenkote. Maar eerst een kwartier wachten. Elke: “Ik wil niet weten hoeveel uren ik al op die jongen heb staan wachten in mijn leven. Is het niet op de koers, dan is het op de luchthaven.” Om de tijd te doden, vertellen de dames over hun ballet- en dansverleden, waarna Astrid de dans van Zorba alle eer aandoet. Zo goed dat ze haar Belgische kampioen niet heeft zien passeren. “Na de koers moet Yves dan altijd lachen: Ik heb je zien staan, maar jij keek de verkeerde kant uit.

Sarah heeft Wout wel gezien. “Ik mis hem nooit. Hij draagt als enige een zwarte bril en geen mouwstukken. Bij de mouwstukken van Jumbo-Visma zijn er onderaan zwarte rekkertjes, waardoor je ze moeilijk kunt oprollen. Wout vindt dat niet mooi, dus rijdt hij maar zonder. Alle renners zijn ijdeltuiten.”

Terug in de auto blijkt de koers al heel vroeg op hol geslagen. Twintig renners rijden weg, onder wie Van Aert met vier en Stuyven met drie ploegmaten. Elke is in de zevende hemel. “Amai, dit zal hem deugd doen, ongeacht het resultaat. Weinig mensen weten hoe diep hij de voorbije weken zat toen het keer op keer niet lukte.” Ook Astrid is blij voor Jappe. “Hij verdient dit echt.” Dat Tim Declercq de enige renner van Deceuninck-Quick Step is in de kopgroep, vindt ze minder leuk. “Waar zit de rest? Het is nog 200 kilometer tot de streep en ik zit nu al met een ei in mijn broek.”

© Inge Kinnet

Geen champagne

Het parcours afsnijden lukt prima, maar de fles champagne aan boord wordt niet ontkurkt. “Dat brengt ongeluk. Zelfs op de cross neem ik vooraf nooit een fles champagne mee”, zegt Sarah.

Wat wel tot hun koersritueel behoort: kaarsen branden. Astrid: “Zelfs als ik op de dag van de koers moet werken, brand ik een kaars op mijn bureau.” Terwijl ze boven op de Catsberg staan te wachten, duiken de drie dames een kapel binnen. Vijf kaarsen worden aangestoken. Drie voor Jasper, Wout en Yves, twee voor de overleden Michael Goolaerts en Daan Myngheer.

Op de Monteberg zien we de renners een vijfde keer passeren, Lampaert voert de forcing in de achtervolgende groep. “Allez Yves!”, brult Astrid. Elke en Sarah zien de kansen van hun geliefde slinken, maar blijven sportief.

Elke: “Amai, Yves rijdt nogal op kop. Mooi dat hij zich als kopman opoffert voor de andere kopmannen. Hij zou opslag moeten krijgen.”

Astrid: “Als je dat zou kunnen regelen, Elke.”

De finale begint, de dames etaleren hun koersinzicht.

Astrid: “Trentin rijdt goed. Ik zou ermee kunnen leven mocht hij winnen. Mitchelton-Scott wordt ook gesponsord door ­Latexco, waar ik werk. Trentin was bij Quick Step blijkbaar zo tevreden van onze kussens en matrassen dat hij van de pr-afdeling van zijn nieuwe ploeg eiste dat ze zich ook door ons lieten sponsoren.”

Sarah: “Dat Mathieu erbij ging zitten voorin, verbaast mij echt niet.”

Astrid en Elke in koor: “En Wout dan! Hoe oud is die nu? Nog maar 24?! Zo jong en ze kunnen hem nu al niet volgen. Dat hij maar terugkeert naar de cross. Anders blijft er voor ­onze venten niks meer over.”

© Inge Kinnet

Als het van Sarah afhangt, blijft Wout zeker op de weg rijden. “Ik vind het leuker dan op de cross. Je komt eens ergens, er is meer afwisseling. Al ben ik die E17 wel al beu gezien.” Wat ze ook stilaan beu is, is dat Wout in de finale maar blijft aanvallen. “Het is leuk dat hij zo goed is, maar kan die nu niet eens voor één keer gewoon chill in het peloton blijven zitten, gewoon al voor mijn hart.”

Van Aert raakt niet weg en wordt 29ste. Ook de vlucht met Stuyven wordt op 750 meter van de streep ingerekend. Elke en Sarah rennen naar hun vriend, al moet Sarah wel een kwartier op haar beurt wachten tot de journalisten klaar zijn. “Wout vindt het leuk dat ik kom kijken, maar pas als hij ’s avonds in de zetel naast mij zit, heb ik er echt iets aan.”

Astrid laat haar Yves een beetje uitrazen. “Hij mag het mij vanavond allemaal vertellen. Ik zal verse soep maken, met vlees en stutjes(boterhammen, nvdr.). Dat heeft hij nog liever dan pasta. En woensdag moet hij in Waregem dan maar een drie op een rij pakken.”

Sarah: “Ik zal met Wout supporteren, vanuit de zetel. Even genoeg spanning gehad.”