Direct naar artikelinhoud

Ruim driemaal meer ‘buitenechtelijke’ kinderen sinds 1990

Het aantal in België geboren buitenechtelijke kinderen (kinderen van wie de ouders niet getrouwd zijn), is verhoudingsgewijs bijna verviervoudigd tussen 1990 en 2008: van 11,6 naar 39 procent. Dat blijkt uit recente cijfers van Eurostat, de statistische dienst van de EU.

Over de hele EU is de stijging van het aantal kinderen die buiten het huwelijk geboren zijn, minder uitgesproken. De 27 lidstaten van de Unie telden twee jaar geleden 35,1 procent buitenechtelijke geboortes, tegenover 17,4 procent in 1990.

Dat de stijgingsgraad in België hoger ligt dan het Europese gemiddelde valt niet meteen eenvoudig te verklaren, meent Johan Surkeyn, demograaf van de Vrije Universiteit Brussel. “Misschien gaan we eindelijk de weg op van de Scandinavische landen”, oppert hij. “Daar worden al enkele jaren opnieuw meer kinderen geboren, en ook meer buitenechtelijke. Ook in België ligt de vruchtbaarheidsgraad hoog, maar tot nog toe bleef het aandeel van de buitenechtelijke kinderen hier wat achter.”

In Estland (59 procent), Zweden (54,7), Slovenië (52,8) en Frankrijk (52,6) worden de meeste kinderen buiten het huwelijk geboren. Griekenland (5,9), Cyprus (8,9), Italië (17,7) en Polen (19,9), landen waar religie traditioneel sterk staat, kennen dan weer een veel lager percentage.

Volgens Surkeyn zijn de cijfers geen verrassing. “In landen met economische problemen of in grote crisis, merken we traditioneel een hogere graad van buitenechtelijke kinderen”, stelt hij. “Omdat in die situaties de huwelijks- en gezinsbanden niet zo sterk zijn.” Een tweede factor is de ontkerkelijking van deze moderne tijd. “Nieuw-samengestelde gezinnen, het instituut ‘kerk’ en dus ook het huwelijk dat aan populariteit inboet, dat alles zorgt automatisch voor meer buitenechtelijke kinderen”, zegt Surkeyn.

Zijn woorden worden gestaafd door de huwelijkscijfers van Eurostat. Die blijven over heel Europa dalen. Per duizend inwoners werden in de landen die nu de EU vormen in 1990 nog 6,3 huwelijken voltrokken, in 2008 was dat cijfer gedaald tot 4,9. België zit op dezelfde lijn: van 6,5 naar 4,3. In 2008 werd het vaakst getrouwd in Cyprus (7,7 per 1.000 inwoners), Litouwen (7,2), Roemenië (6,9), Denemarken en Polen (6,8). De landen met de laagste huwelijkscijfers zijn Slovenië (3,3), Bulgarije (3,6) en Luxemburg (3,9).(bse)