Direct naar artikelinhoud

Verhalen uit een praktijk

In De Bleekweide begeleidt Anna Van der Cruyssen jonge mensen. Een meisje van twaalf kan de slaap niet vatten. Omdat ze bang is. Voor monsters en dieven. Maar vooral bang dat ook mama weg zou gaan.

Zo gaat het elke week. We komen samen binnen. We schoppen onze schoenen uit en laten ze achteloos neerploffen op de grond.

Vervolgens gaan we op onze rug liggen en staren we een volledig uur naar het plafond. Soms wordt er gepraat, gelachen en gefluisterd. Andere keren is het gewoon stil.

Ze is twaalf jaar en noemt zichzelf verlegen. Haar mama daarentegen vindt haar 'super gevoelig' en wil haar het liefst wat assertiever zien.

"Ik heb de slaapproblemenziekte", vertelt ze me voor de eerste maal.

Van deze ziekte heb ik nog nooit gehoord, moet ik haar bekennen. "Die krijg je als je bang bent en niet meer durft te gaan slapen. Zelfs niet als je mama hartstikke boos op jou wordt."

Even is ze stil en kijkt ze van me weg. Wat voel je dan als je die ziekte hebt?, vraag ik haar.

Niet zoveel eigenlijk. Alleen worden je ogen heel erg zwaar. Het begon toen zij niet meer wou gaan slapen en vaak uren na elkaar wakker lag. Tijdens die fase was zij steeds oplettend en alert. Want achter elk geluid kon een mogelijk gevaar voor haar schuilen.

Gevaar? Ik kijk haar vragend aan.

"Je weet wel, zoals een dief, een monster en wat heb je nog niet allemaal? Heb jij al ooit een monster gezien?", vraagt ze samenzweerderig. "Je weet wel, zo van die groene, met grote tanden en vuurspuwende ogen." Met haar vinger tekent ze het monster fantasierijk in de lucht.

Neen, moet ik haar waarheidsgetrouw vertellen. Ik heb nog nooit monsters gezien.

Maar de laatste tijd wordt de ziekte dus erger. Want nu durft ze ook niet meer in haar eigen kamer alleen te zijn of te slapen.

Dus slaapt ze elke avond bij haar mama. Samen hebben ze daar voor haar een bed gezet.

In het begin voelde dit veilig. Alleen wordt ze nu ook angstig als mama niet samen met haar naar boven gaat. "Mama blijft altijd zo laat wakker." En even ontsnapt er bij haar een zucht.

Dan wrijft ze in haar ogen, telt denkbeeldige witte schaapjes, want van die zwarte zijn er nooit genoeg. Soms maakt ze ook eigen versjes over hoe moe ze zich wel voelt.

Ik vraag haar wanneer die ziekte dan begonnen is. Ze is hier niet meer zo zeker van, en met een blik vol twijfels kijkt ze me aan. "Maar ik denk dat het begonnen is op de dag dat mijn papa is weggegaan." Ze weet nog precies hoe die laatste ruzie beneden klonk. Zij was toen boven.

"Ja, dat klopt. En ik heb toen mijn mama horen huilen en ook gehoord dat mijn papa de deur hard achter zich dicht heeft gegooid."

Na dat vertrek en de laatste ruzie heeft ze niks meer van haar vader gehoord. Nu ligt ze elke avond naast haar mama in het supergrote bed, altijd met bange gevoelens, dat ook zij op een dag weg zou kunnen gaan. Want stel je voor dat zij dan rustig ligt te slapen en het daardoor niet eens hoort.

"Duurt dat lang, zo'n ziekte?", vraagt ze me op het einde van het gesprek. "Want eigenlijk wil ik niks liever dan weer te kunnen slapen in mijn eigen bed."

Het gebeurt vaak dat kinderen bang zijn om te gaan slapen of alleen in hun te kamer te zijn. "Mijn kind ligt vaak uren in zijn bed te roepen. Is dit normaal?" Dit is nog steeds een van de meest voorkomende vragen van ouders.

Wanneer de slapeloze periode te lang duurt, voelen sommige ouders zich na een tijdje de wanhoop nabij. Want wat als belonen, straffen of roepen niet meer werkt?

"We houden het negeren maar een tijdje vol en dan nemen we ze uiteindelijk mee naar ons eigen bed", vertelde een uitgeput ouderpaar me ooit.

Op deze manier leren we kinderen niet omgaan met hun angsten. Krokodillen onder het bed verdwijnen niet door ze weg te jagen, te ontkennen of te negeren. Het is minstens even belangrijk om stil te staan bij wat die krokodil daar onder het bed heeft gebracht. Alleen op deze manier kunnen we het juiste antwoord op de vraag formuleren. Angst is altijd reëel voor wie hem voelt. Maar is vaak even absurd voor de andere die ermee geconfronteerd wordt.

En dat is volgens mij een gegeven waar we ons te allen tijde bewust van moeten zijn.

annavdc@hotmail.com