Direct naar artikelinhoud

Wel wanbeleid bij Fortis in aanloop naar crisis

In de periode 2007-2008 was er sprake van wanbeleid bij het toenmalige Fortis. Dat heeft een rechter van de Ondernemingskamer van Amsterdam geoordeeld. De zaak was aangespannen door een reeks Nederlandse beleggersverenigingen zoals het VEB.

Fortis faalde in het goed beheer van de solvabiliteit in de periode die startte met de overname van ABN AMRO en eindigde met de nationalisering van de bank-verzekeraar in oktober 2008. De solvabiliteit geeft de mate aan waarin een bedrijf tegemoet kan komen aan de financiële verplichtingen op lange termijn.

Met het arrest van rechter Peter Ingelse staat de deur nu open naar mogelijke schadeclaims van de beleggersverenigingen tegen verzekeraar Ageas, de opvolger van het ter ziele gegane Fortis, of de voormalige toplui van Fortis zoals CEO Jean-Paul Votron en financieel directeur Gilbert Mittler.In de zaak voor de ondernemingskamer was de vraag naar schadevergoeding niet aan de orde. Deminor en Dolor, verenigingen die gedupeerde beleggers vertegenwoordigen, kondigden gisteren meer dan ooit te zullen ijveren voor zo'n schadevergoeding.

Rechter Ingelse toonde zich behoorlijk streng in zijn oordeel.De VEB betichtte Fortis op een tiental punten van wanbeleid in de aanloop naar de financiële crisis die de groep in 2008 uiteindelijk onderuit zou halen. In zeven van die tien gevallen blijkt Ingelse die visie nu te volgen.

De groep nam niet de juiste maatregelen om de solvabiliteitspositie te behouden en te verbeteren. Fortis heeft in het prospectus voor de kapitaalverhoging van september 2007 en in een trading update uit die periode gebrekkige informatie gegeven over de blootstelling aan Amerikaanse rommelkredieten ('subprime-papier').

Fortis liet ook steken vallen bij het informeren over de opbrengst van de verkoop van dochter HBU. Die transactie was een van de voorwaarden die de Europese Commissie oplegde om de overname van ABN AMRO toe te laten.

Ook bij de informatieverstrekking over de transactie met Ping An vanaf 19 september 2008 liep het fout. Fortis had aanvankelijk een overeenkomst bereikt over de gedeeltelijke verkoop van dochter Fortis Investment Management aan Ping An. Maar toen duidelijk werd dat de Chinese levensverzekeraar toch van die plannen zou afzien, werd daar te laat over gecommuniceerd.

Top in de fout

In mei en juni 2008 is Fortis ook in de fout gegaan bij de communicatie over de vooruitgang van zijn solvabiliteitsplan en de haalbaarheid van de vermogensdoelstellingen. Er waren ook fouten bij de bekendmaking van de beslissing om bijkomende maatregelen te nemen om de solvabiliteit op te krikken, zoals de schrapping van het dividend. Een maatregel die op 26 juni werd aangekondigd.

Op 26 september 2008, net voor het dramatische weekend waarin Fortis uit elkaar zou worden geplukt, ging de top in de fout bij het geven van informatie over de liquiditeits- en solvabiliteitspositie.

"Het is Fortis zwaar aan te rekenen dat zij door te communiceren zoals zij heeft gedaan, steeds weer het voor een bank essentiële vertrouwen in haar op het spel heeft gezet", sneert de rechter in zijn slotverslag.

De rechter besluit daarom ook de kwijting deels nietig te verklaren die de Fortisdirectie was verleend voor het beleid dat het in 2007 had gevoerd.

Munitie

De strenge uitspraak kan belangrijke gevolgen hebben voor Ageas, de beursgenoteerde opvolger van de ontmantelde Fortis-groep. Nu de rechter openlijk het woord 'wanbeleid' in de mond heeft genomen, hebben gedupeerde beleggers nieuwe munitie gekregen om een schadevergoeding te eisen.

In een eerste officiële reactie zegt Ageas akte te nemen van de beslissing. Maar de verzekeraar zegt er in één adem bij het niet eens te zijn met alle besluiten, en gaat dan ook in beroep bij de Hoge Raad in Nederland.