Direct naar artikelinhoud

Rust van Dalí werd nodeloos verstoord

De stoffelijke resten van Salvador Dalí zijn nodeloos opgegraven. De Spaanse surrealistische kunstenaar is niet de vader van de 61-jarige vrouw uit Girona die om de opgraving van zijn lichaam had gevraagd.

Het gebalsemde lichaam van Dalí werd op 20 juli opgegraven in het Dalí-museum in Figueras, nadat een rechter daartoe eerder de opdracht had gegeven. Pilar Abel, een 61-jarige vrouw was naar de rechtbank getrokken met de claim dat zij de dochter van de schilder was. Volgens haar had Dalí in de jaren 50 een affaire met haar moeder, die toen zijn huishoudster was. Mocht de vrouw erkend worden als de dochter van de kunstenaar, dan kon ze delen van zijn eigendom en rechten op zijn kunst in handen krijgen.

Snor nog intact

Maar haar claim klopt niet, blijkt na DNA-onderzoek. Er is tussen beide personen geen enkele relatie, laat de Dalí-stichting weten. "De testen bewijzen dat Pilar Abel niet de dochter is van Dalí. Er is geen vader-dochterrelatie tussen beide", klinkt het in een mededeling. Officieel is die informatie nog niet, maar de rechter zou al van het resultaat op de hoogte zijn. Op 18 september volgt de definitieve uitspraak in de rechtbank.

Er werden bij de opgraving onder andere monsters van haren, tanden, nagels en botten genomen van het lichaam. Het lichaam, dat na zijn dood gebalsemd en gemummificeerd werd, bleek volgens aanwezigen nog in perfecte staat. Zelfs Dalís snor werd bewaard. Dalí stierf in 1989 aan hartfalen, op de leeftijd van 84 jaar. Er werd aangenomen dat hij geen kinderen had.