Direct naar artikelinhoud

Wie liegt: de wijkagent of de commissaris?

Ondanks een negatief rapport van een wijkagent kon Patokh Chodiev, de spil in Kazakhgate, Belg worden. Maar waarom bestempelt zijn overste dat rapport als een schriftvervalsing? De twee mogen het komen uitleggen in het parlement. Mogelijk opent ook Comité P een nieuw onderzoek.

Patokh Chodiev, de Oezbeekse miljardair die centraal staat in Kazakhgate, is in 1997 Belg kunnen worden via een naturalisatieprocedure. En dat ondanks twee negatieve rapporten van de wijkagent uit zijn woonplaats Waterloo. Omdat Chodiev door de Staatsveiligheid gelinkt werd aan de Russische maffia, raadde die aan het dossier verder te onderzoeken. In een derde rapport is plots geen sprake meer van de link met de maffia.

Michel Vandewalle, destijds commissaris bij de lokale politie in Waterloo, werd vorige week woensdag in de parlementaire onderzoekscommissie om meer uitleg gevraagd. Volgens hem waren de eerste twee rapporten vervalst. Hij claimde, onder ede, dat hij ze nooit mee heeft ondertekend.

Toch blijft de wijkagent bij zijn versie van feiten, zo schrijft De Standaard. Morgen wordt de man gehoord in de onderzoekscommissie. Daarna moet Vandewalle ook verschijnen, zodat beide versies met elkaar geconfronteerd kunnen worden. "Hun uitleg is diametraal tegenovergesteld", zegt voorzitter Dirk Van der Maelen (sp.a). "Hier moet zo snel mogelijk duidelijkheid komen."

Al in 2002 spitte De Morgen het eerste rapport van de wijkagent boven. Naar aanleiding daarvan startte het Comité P een onderzoek, zonder dat het iets opleverde. De wijkagent werd niet gehoord en de twee eerste rapporten waren niet ter beschikking.

Het Comité P zal eveneens morgen ondervraagd worden in het parlement. Mogelijk krijgen ze de opdracht om de zaak opnieuw te onderzoeken, maar deze keer grondiger. "Dat inderdaad een realistische piste", zegt Open Vld'er Vincent Van Quickenborne. "Maar we moeten zien dat we als commissie niet alles uitbesteden."

De rol van Serge Kubla, burgemeester van Waterloo, is in dit deel van het onderzoek cruciaal. Hij woonde in die tijd naast Chodiev en zou in ruil voor zijn inspanningen een buurtweg mogen gebruiken die over het terrein van de Oezbeek liep. "Ook hem willen we zo snel mogelijk horen", zegt Groen-fractieleider Kristof Calvo.

De Staatsveiligheid was overigens maar al te goed op de hoogte van de banden tussen Chodiev en de Russische maffia. Dat bleek ook afgelopen woensdag tijdens de onderzoekscommissie toen Guy Rapaille, hoofd van Comité I werd gehoord.

Meer nog, Chodiev heeft na zijn naturalisatie nog negen ontmoetingen gehad met de Staatsveiligheid. Hij vroeg om bepaalde gunsten, zoals werkvergunningen voor vrienden, terwijl de Staatsveiligheid uit was op meer info over het Russische milieu. Mogelijk kreeg hij voordien hulp om Belg te worden omdat hij werkte als informant. "Maar dan nog kun je daar zeer veel vragen bij stellen", zegt Van Quickenborne.

Prinses Léa

En intussen blijven ook elders in het dossier nieuwe elementen opduiken. Zo heeft de Belgische prinses Léa bevestigd dat MR-politicus Armand De Decker geld heeft gestort op de rekening van haar liefdadigheidsstichting. Ze kreeg de opdracht om de 25.000 euro door te storten naar een scoutsvereniging. De Decker had dat altijd ontkend, maar wordt nu verder in het nauw gedreven.

Het geld kwam er mogelijk als bedanking voor de geleverde diensten. De Decker, die advocaat was van Chodiev, heeft de minnelijke schikking voor zijn cliënt onderhandeld. Die werd afgesloten op een moment dat de afkoopwet eigenlijk nog niet van toepassing was. Nu duikt er mailverkeer op, waaruit moet blijken dat Chodievs advocaten zelf een tekst hadden geschreven die gebruikt kon worden voor minnelijke schikking. Het is onduidelijk of het parket daar ook is op ingegaan.